CETA, het brede handelsverdrag dat Canada en de Europese Unie in 2016 met elkaar sloten, houdt de gemoederen al geruime tijd bezig. Het debat over de Nederlandse goedkeuring van dit verdrag staat deze week op de agenda van de Tweede Kamer. Het CDA zal voor het handelsverdrag stemmen.

Een aantal mensen maakt zich zorgen over de gevolgen van dit verdrag vanwege onze voedselveiligheid. Zij vrezen dat de Europese markt overspoeld wordt door Canadese producten die niet voldoen aan onze hoge standaarden, bijvoorbeeld als het gaat om dierenwelzijn. Wij begrijpen die zorgen, maar zien in het handelsverdrag juist mogelijkheden.
Het debat in de Tweede Kamer gaat maar over een heel klein deel van het verdrag, namelijk de geschillenbeslechting. Dat heeft alleen betrekking op investeringen en dus niet op goederenverkeer of duurzaamheidseisen. Het deel van het verdrag waar wij het nu over hebben is in september 2017 al in werking getreden. Waarbij we vast kunnen stellen dat de Nederlandse economie op dit moment al ruim twee jaar profiteert van het CETA-verdrag. Zo ziet de agrarische sector een duidelijke stijging van de export naar Canada, van 102 miljoen in 2016 naar 119 miljoen in 2018.

Het CDA is voor een concurrerende en duurzame export naar derde landen. Internationale handel biedt in verschillende sectoren kansen voor het Nederlandse bedrijfsleven. Die handel zorgt óók voor werkgelegenheid en draagt bij aan onze welvaart. CETA is een modern handelsverdrag waarin Europese standaarden centraal staan. Het is een verdrag met een land dat zeer dicht bij onze eigen culturele en economische tradities ligt. En laten we ook niet vergeten: ook voor het CETA-verdrag inging was Canada al een belangrijke handelspartner van ons.

We zijn altijd pleitbezorger geweest van een eerlijke economie. De EU stelt regels op en hanteert duurzame en sociale maatstaven die we mondiaal uitdragen en eisen van onze handelspartners. Veel landen passen hun productieproces aan om toegang te krijgen tot de Europese markt. Juist het invoeren van verdragen als CETA leiden tot betere standaarden. Dat is een goede zaak. Het CDA ziet handelsverdragen dan ook als een kans om wereldwijd Europese en Nederlandse standaarden op te leggen. Bijvoorbeeld op het gebied van voedselveiligheid. Juist omdat Nederlandse agrariërs en tuinbouwers vaak nog boven de Europese standaarden produceren is het van belang dat “wij als Nederland” als standaard dienen. Dat is niet altijd haalbaar, maar er komen geen producten op de Europese markt die niet voldoen aan de Europese standaarden.

We staan pal voor de belangen van onze ondernemers op het platteland en het mkb. In het handelsverdrag is een noodremprocedure ingebouwd waarmee wij op elk moment de handel binnen bepaalde sectoren tijdelijk kunnen stopzetten. Mochten wij constateren dat bepaalde duurzaamheids- of dierenwelzijnsafspraken niet deugen, dan trekken we aan de bel. Laten we CETA daarom met een open blik tegemoet treden.

Mustafa Amhaouch
CDA-woordvoerder Internationale handel

Jaco Geurts
CDA-woordvoerder Landbouw

Landelijk/​Provinciaal

De twaalf provinciale afdelingen vormen de schakel tussen de gemeentelijke afdelingen en het landelijke bestuur.