Antwoorden op vragen over het bericht dat er camera's hangen in de kleedkamers van fitness keten Fit for Free
Antwoorden van de ministers van Veiligheid en Justitie en van Volksgezondheid, Welzijn en Sport over het bericht dat er camera's hangen in de kleedkamers van fitness keten Fit For Free.
Vraag 1
Bent u bekend met het bericht ‘Camera's in kleedkamers fitnessketen Fit For Free’? 1)
Antwoord op vraag 1, Ja.
Vraag 2
Rechtvaardigt het tegengaan van diefstal de schending van de persoonlijke levenssfeer?
Vraag 3
Hoe beoordeelt u de motivatie van Fit For Free dat de camera’s gedurende een periode niet aanstonden, maar slechts dienden als afschrikwekkend middel?
Antwoord op vraag 2 en 3
Cameratoezicht in een sportclub kan helpen om eigendommen maar ook bezoekers en personeel te beschermen. De inbreuk op de privacy van bezoekers en werknemers is echter wel groot. Cameratoezicht mag dan ook, ingevolge de Wet bescherming persoonsgegevens (Wbp), alleen plaatsvinden als er wordt voldaan aan een aantal voorwaarden. Voor deze voorwaarden verwijs ik naar het antwoord op vraag 3 van de set Kamervragen inzake het bericht dat er een camera in een toilet in een café is geplaatst.[1] Een van de voorwaarden is het hebben van een gerechtvaardigd belang. Het tegengaan van diefstal kan een gerechtvaardigd belang zijn om cameratoezicht te laten plaatsvinden, maar eerst moet altijd gekeken worden of het probleem (diefstal) op een andere – voor de privacy minder ingrijpende - manier kan worden opgelost (bijvoorbeeld door gebruik te maken van kluisjes of door personeel rond te laten lopen). Voorts moet er voor worden gezorgd dat de inbreuk op de privacy van bezoekers en werknemers zo klein mogelijk is als tot cameratoezicht wordt overgegaan. Cameratoezicht in kleedkamers of toiletten gaat te ver omdat mensen dan ontkleed in beeld komen.
Vraag 4
Klopt het dat camera’s in ruimtes als kleedkamers en toiletten wel mogen worden opgehangen, zolang ze maar niet aan staan?
Vraag 5
Is het ophangen van camera’s in zichzelf niet al een inbreuk op de persoonlijke levenssfeer en de individuele vrijheid, omdat de mogelijk gefilmde personen niet kunnen weten of ze al dan niet gefilmd worden?
Vraag 6
Indien het in vergelijkbare situaties wel toegestaan zou zijn om camera’s op te hangen, zolang ze maar niet filmen, biedt deze juridische situatie in uw optiek niet grote mogelijkheden voor misbruik, aangezien het onmogelijk is zeker te weten of er daadwerkelijk niet gefilmd wordt?
Antwoord op vraag 4, 5 en 6
Van een inbreuk op de persoonlijke levenssfeer is volgens de Wbp sprake als persoonsgegevens worden verwerkt. In dat geval moet aan de hand van de Wbp worden bepaald of de verwerking van de persoonsgegevens rechtmatig is. Indien camera’s worden opgehangen terwijl vaststaat dat zij niet daadwerkelijk worden gebruikt, is er geen sprake van het verwerken van persoonsgegevens en derhalve ook niet van een inbreuk op de persoonlijke levenssfeer. Indien de gebruiker van een kleedkamer of toilet ziet dat er camera’s hangen, kan hij uiteraard de beheerder daarop aanspreken. Indien hij geen bevredigend antwoord krijgt, kan hij zich wenden tot de Autoriteit persoonsgegevens (AP). De AP zal dan kunnen verifiëren of er daadwerkelijk beelden worden gemaakt. Als dat het geval is, kan de AP handhavend optreden.
Indien camera’s daadwerkelijk worden gebruikt voor het maken van beelden, geldt een van de in het antwoord op de vragen 2 en 3 genoemde voorwaarden dat ondernemers een informatieplicht hebben. Deze informatieplicht houdt in dat ondernemers aan hun bezoekers moeten laten weten dat er sprake is van cameratoezicht alvorens zij naar binnen gaan. Ik verwijs verder naar de door de AP uitgegeven beleidsregels voor de toepassing van bepalingen uit de Wpb en de Wet politiegegevens omtrent cameratoezicht.[2]
Vraag 7
De Autoriteit Persoonsgegevens (AP) heeft volgens het artikel vorig jaar “enkele meldingen” ontvangen over de camera’s; zijn deze meldingen efficiënt en effectief opgevolgd en wat is daarvan het resultaat geweest?
Antwoord op vraag 7
De AP heeft twee meldingen gekregen. Naar aanleiding hiervan heeft de AP contact opgenomen met de betreffende sportschool en een waarschuwing gegeven. Fit For Free heeft daarop verklaard hun klanten goed te informeren en ervoor te zorgen dat er geen ontklede mensen in beeld kunnen komen. De AP heeft nadien geen meldingen meer ontvangen. Fit For Free heeft inmiddels laten weten dat de camera’s in alle filialen zijn verwijderd.
Vraag 8
Ziet u aanleiding om bestaande wet- en regelgeving aan te passen naar aanleiding van meerdere berichten over de schending van de horizontale privacy? 2) 3)
Antwoord op vraag 8, Nee.
Vraag 9
Voeren fitnesscentra sociaal veiligheidsbeleid om sporters te beschermen net zoals sportverenigingen dat behoren te doen? Zo nee, waarom niet?
Antwoord op vraag 9
Binnen de fitnessbranche wordt op diverse manieren aandacht besteed aan de veiligheid van sporters en medewerkers. Zo wordt er bij de fitnesscentra die zijn aangesloten bij NL Actief (60% van de totale branche) getoetst of klanten voldoende worden geïnformeerd over de aanwezigheid van eventuele camera’s. Tevens wordt er getoetst of fitnesscentra werken volgens de Wet bescherming persoonsgegevens. Daarnaast wordt gevraagd of er een gedragscode is opgesteld waar alle medewerkers zich aan moeten houden. Bovendien kan een fitnesscentrum besluiten om medewerkers om een VOG (Verklaring Omtrent gedrag) te vragen. In de opleiding tot fitnessinstructeur wordt aandacht besteed aan een veilige begeleiding van klanten. Op deze wijze zorgt de branche er binnen haar invloedssfeer voor dat er sprake is van een sociaal veilige omgeving binnen fitnesscentra.
1) https://www.rtlnieuws.nl/nederland/cameras-in-kleedkamers-fitnessketen-fit-for-free
2) 2017Z09677 Vragen van de leden Koopmans en Tellegen (beiden VVD) aan de minister van Veiligheid en Justitie over het bericht 'In je blootje op Dumpert' (ingezonden 4 juli 2017),
3) 2017Z08496 Vragen van het lid Koopmans (VVD) aan de Minister van Veiligheid en Justitie over het bericht dat er een camera in een toilet in een café is geplaatst (ingezonden 19 juni 2017).
[1] Aanhangsel Handelingen II, 2016/17, nr. 2332.
[2] https://autoriteitpersoonsgegevens.nl/sites/default/files/atoms/files/beleidsregels_cameratoezicht-.pdf