Schoon water
Natuur en landschap
Het bevorderen van biodiversiteit krijgt een steeds grotere rol binnen het Waterschap. Maaien en baggeren is nodig wanneer de bergings- en afvoercapaciteit anders te klein wordt. Echter, deze activiteiten kunnen schade veroorzaken aan het waterleven. Dit betekent dat we pas willen maaien als een grens voor de hoeveelheid stroming stremmend maaisel wordt overschreden, of flinke regenval wordt verwacht. Anticipatie op verwachte regen vereist een flexibele organisatie.
Verder moet het waterschap er naar streven dat het gebruik van de riool overstorten, en de daarbij veroorzaakte overlast tot een absoluut minimum beperkt gaat worden.
2027 is de deadline voor de meeste doelen van de Europese Kaderrichtlijn Water; schoon water vol waterleven. Doelen en maatregelen om die doelen te halen, hebben de waterschappen deels zelf bedacht en deels zijn ze opgelegd door Rijk of Brussel. We zetten voluit in op uitvoering. Waarschijnlijk komt er vanaf 2027 druk uit Brussel of door de rechter aangaande doelen die (nog) niet zijn gerealiseerd.
Mogelijk gaat het water op slot. Dit willen we voorkomen door steekhoudende argumentatie waarom we doelen niet kunnen realiseren. Bijvoorbeeld wegens onverwacht veel droogval van waterlopen (klimaatverandering), te optimistisch ingeschat effect van maatregelen, of redenen van zwaarwegend maatschappelijk belang.
Een aanzienlijk aantal beken binnen de Dommel zijn benoemd tot (deel van) Natura 2000 gebied, of tot natte natuurparel. Het waterschap heeft een belangrijke rol bij het bereiken van natuurdoelen in deze beken.
Zuivering
We zetten in op het hergebruik van afvalwater. Zo is het hergebruik van water door industrie door het CDA warm aanbevolen. Een voorbeeld; de afstemming tussen diegene die water kunnen gebruiken en die het kunnen leveren bij de industrieterreinen nabij de rioolwaterzuivering in Tilburg. Ook gaat het in deze om het mogelijk maken van hergebruik van effluent afkomstig uit de rioolzuiveringsinstallaties zodat het bijvoorbeeld inzetbaar is voor landbouw irrigatie of ondergrondse wateropslag.
In de zomer bestaat een zeer groot gedeelte van het debiet in beken uit effluent van rioolwaterzuiveringen. Dat betekent dat effluent schoon moet zijn. Waar nodig schakelen we nog een tandje bij met beter zuiveren op stikstof en fosfaat. Om hergebruik van effluent bijvoorbeeld voor recreatie of beregening mogelijk te maken, kijken we ook naar microbiële vervuiling. En we willen op twee rioolwaterzuiveringen, waaronder Eindhoven, gericht gaan zuiveren op medicijnresten. Na 2027 willen we deze gerichte zuivering bij de andere rwzi’s implementeren.
Onder het motto “wat er niet in zit, hoeft er ook niet uit” willen we ook een versterking van de aanpak bij de bron. Bij het Brabantse project “medicijn voor gezond water” is er een brede bronaanpak met de ziekenhuizen, zorginstellingen, huisartsen en andere organisaties in de omgeving. Niet het waterschap maar de gemeente of soms de provincie is bevoegd gezag voor de lozing van industrieel afvalwater op de riolering. Het waterschap heeft echter wel last van allerlei persistente, giftige stoffen in deze lozingen en wil dus de lozingen hiervan graag beperkt zien. Dat willen we agenderen. Er zijn tot slot ook nog stoffen zoals PFAS, dit ook in het afvalwater van gewone huishoudens blijken te zitten. Het CDA bepleit een verbod op gebruik van deze stoffen.