CDA: Groningen Airport Eelde belangrijk voor ontwikkeling van het Noorden
Op de agenda van de Statencommissie FCBE (Financiën, Cultuur, Bestuur en Economie) op woensdag 4 december stond onder meer op de agenda het Jaarverslag 2018 van Groningen Airport Eelde NV dat was geagendeerd door het Forum voor Democratie. De reden hiervoor was enerzijds het negatieve bedrijfsresultaat in 2018 terwijl het jaar daarvoor er sprake was van een positief bedrijfsresultaat. Ook was de toenemende krimp van passagiers in 2019 en de nieuwe samenstelling van Raad van Commissarissen aanleiding om het jaarverslag te agenderen. Woordvoerder voor dit onderwerp namens de CDA-Statenfractie is Gertjan Zuur.
Rust gekocht
Opnieuw stond vliegveld Groningen Airport Eelde op de agenda en dat was volgens Gertjan Zuur ook wel logisch omdat het in deze nieuwe Statenperiode de gelegenheid is voor nieuwe fracties en partijen met een kritische houding ten aanzien van dit vliegveld, waaronder de Vereniging Omwonenden Luchthaven Eelde (VOLE), hun visie te geven. “De CDA-fractie kan hierover kort zijn. Nog steeds staat voor ons het belang van de economie voor Noord-Nederland voorop en is de luchthaven onderdeel van de economische infrastructuur in het Noorden. Er is in 2017 door ons als aandeelhouder vertrouwen uitgesproken in de ontwikkeling voor de komende tien jaren met een investeringsbedrag van 46 miljoen, waarvan dus ruim dertien miljoen euro voor Drenthe. En daar veranderen de nu op de agenda staande stukken niets aan. Wíj hebben daarmee rust gekocht, maar verwachten van de directie en andere betrokkenen natuurlijk wél het één en ander. En gezegd moet worden dat ook wij wel benieuwd zijn naar hoe de directie verder gaat met het snel geslonken routeontwikkelingsfonds, als onderdeel van de tienjarige investering.”
Vliegveld zorgt voor reuring
De stukken dragen volgens Gertjan Zuur bij aan de meer dan normale verantwoording van het doen en laten op en rondom het vliegveld, zoals een kwartaalrapportage. “Wij zien dan ook steeds met belangstelling uit naar nieuwe rapportages, maar zien ook graag dat het college van Gedeputeerde Staten ons aangesloten houdt bij de meer actuele ontwikkelingen, waaronder wijzigingen in directie en Raad van Commissarissen, die vaak pas veel later hun beslag vinden in de formele rapportages. En dat mogen onze inwoners ook van ons verwachten bij dergelijke grootschalige investeringen in een klein vliegveld. Maar daarmee niet minder belangrijk in de ontwikkeling van onze nationale vliegveldeninfrastructuur zie de gesprekken met Schiphol hierover. Het enige vliegveld met ook nog ‘ruimte’ om te ontwikkelen, zowel zelf als in de omgeving.” De Christendemocraat gaf aan bevestigd te worden in het standpunt van de CDA-Statenfractie door een uitkomst van een peiling onder inwoners van de drie noordelijke provincies naar aanleiding van het voornemen voor het aanleggen van de Lelylijn. “Zelfs als een snelle trein het alternatief wordt voor het vliegtuig voor trajecten binnen Europa, dan nog vindt 49% van de geënquêteerden niet dat het vliegveld moet worden gesloten. 2018 en 2019 mogen op basis van de kille cijfers en verwachtingen wat tegenvallen. Maar mijn fractie is van mening dat het vliegveld zorgt voor veel méér reuring dan de eigen verantwoordingscijfers. Dit bleek bijvoorbeeld bij een bezoek, dat wij als CDA eerder dit jaar brachten aan één van de bedrijven op het vliegveld, Cirrus BV, een wereldspeler op het gebied van de verkoop en vooral ook onderhoud van kleinere vliegtuigen.”
Geen ander vluchtplan
“Kortom, wij staan op basis van de meest actuele gegevens geen ander vluchtplan voor, nu en in de nabije toekomst. We blijven achter het eerder geaccordeerde tienjaren investeringsplan staan. Natuurlijk, maar dat hebben we ook eerder gedaan, is het het meest wenselijk dat alle aandeelhouders de rijen zouden sluiten en ervoor gaan. Helaas waait er bij sommige aandeelhouders soms een andere wind. Maar wij vertrouwen erop dat ook ons college eendracht zal bepleiten en wachten de ontwikkelingen in dat kader af. Bij dit alles hoort soms ook dat er risico’s moeten worden genomen, dat past bij een zekere mate van ondernemerschap.”