25 oktober 2024

De begroting, een hele kluif

In de commissievergadering van 23 oktober 2024 werd gesproken over de begroting 2025. Een onderwerp dat mag worden beschouwd als een hele kluif, met veel technische details. CDA-Statenlid Gertjan Zuur stelde, vooruitlopend op de meer inhoudelijke beschouwingen, enkele financieel beleidsmatige punten aan de orde. 

Gertjan Zuur sprak zijn dank uit voor het aanleveren van de stukken en de beantwoording van de technische vragen. De fractie is blij met het feit dat nu het complete plaatje voor 2025 voorligt met het toegezegde uitgewerkt dekkingsplan.

Afwachtstand
Als addertje onder het gras constateert Gertjan Zuur: “Het college zit nog in de afwachtstand” en “Het ‘ravijnjaar’ 2026 bestaat op papier nog steeds. Maar College,” zo vroeg Gertjan Zuur, “dat ravijnjaar bestaat in werkelijkheid toch ook?” Hij vroeg het college: “Als de problemen niet zijn verdwenen met meevallende cijfers uit de septembercirculaire en er toch tekorten dreigen, is er dan een plan B in voorbereiding?”

Informatie over actuele situatie
Het CDA roept het college op de verwerking van de septembercirculaire te koppelen aan de meest actuele situatie en cijfers en PS daar zo spoedig mogelijk over te informeren. 

Concreet en transparant, realistisch begroten 
Gertjan Zuur vroeg zich af of tegenvallers niet meer bestaan, nu in de beantwoording van vragen staat: “Intussen wordt de algemene reserve weer aangevuld vanuit meevallers”. Het CDA dringt aan op realistisch begroten, waarbij, helaas, ook tegenvallers zullen voorkomen. Daarnaast drong Gertjan Zuur aan op volledige transparantie in eenvoudige taal. Het CDA heeft, bevestigd door de antwoorden op technische vragen, geconstateerd dat er nog een forse ruimte is (overschot van 9,6 miljoen op de begroting 2025) die nog niet bestemd is. Hij vroeg GS om dit in de toekomst op eenzelfde eenvoudige manier te vermelden als nu bij beantwoording van de technische vragen is gebeurd.

De gehele bijdrage van Gertjan Zuur lezen? Klik hier.

 

Landelijk/​Provinciaal

De twaalf provinciale afdelingen vormen de schakel tussen de gemeentelijke afdelingen en het landelijke bestuur.