06 juli 2021

CDA ontevreden met voortgang Energietransitie

Op de raadsvergadering van 24 juni kwam de Regionale Energie Strategie (RES) aan de orde. De klimaatafspraken van Parijs uit 2015 vereisen in 2030 een halvering van de CO2-uitstoot ten opzichte van 1990. Om weerstand te voorkomen tegen maatregelen van bovenaf, zoals bij de realisatie van het windpark in de Veenkoloniën, is het proces van de RES opgezet. De regio is zélf aan zet. In Drenthe is er toevallig één energieregio, dus alle gemeenten en de provincie en de waterschappen stellen deze nota samen op. Er zijn drie zogenaamde “tafels”, waar doelstellingen voor moeten komen, te weten: mobiliteit (wordt nationaal afgehandeld), warmte en elektriciteit. Over deze laatste twee gaat de energie-regio. Op het gebied van warmte is afgesproken dat De Wolden in 2030 voor 100% is voorzien van groen gas. Op het gebied van elektriciteit moet De Wolden in 2030 70% hernieuwbaar zijn en in 2040 100%.

Per gebied wordt bepaald wat de “ambitie” is, waar vervolgens alle gemeenten en de provincie gaan invullen hoe zij die ambitie gaan realiseren. In de concept RES één jaar geleden is de ambitie al vastgelegd, maar nog amper hoe dit tot stand moest komen. Drenthe gaat 10% van de landelijke opgave dekken tot 2030 en In deze RES 1.0 moest komen te staan hoe dit wordt gerealiseerd. Opnieuw was deze nota “techniek-arm” ofwel niet concreet! De meeste andere Drentse gemeenten zijn veel concreter. Sommigen hebben de doelstellingen van 2030 zelfs al gehaald.

Belangrijk is het betrekken van de inwoners. Maar de gemeente heeft niet het bewustzijn over de energietransitie en het gevoel van urgentie bij de inwoners vergroot. Voor de gemeente geldt de abstracte ambitie van 0,1 TWh aan op te wekken duurzame energie in 2030 voor de gehele gemeente. Er is geen enkele moeite gedaan om dit concreet te vertalen naar wat dit inhoudt per dorp, zelfs niet wat het huidige energieverbruik is per dorp. Een simpel en duidelijk middel dat het CDA al vaker heeft voorgesteld. De voorlichting is nog steeds informatief, terwijl er allang opgeschakeld had moeten worden naar persuasieve voorlichting, ofwel verleidende / overtuigende voorlichting om het draagvlak te halen. Vanwege het grote belang van draagvlak was het CDA mede-indiener van een motie om de RES te zien als een inspanningsverplichting, net zoals dit in de provinciale staten is gebeurd. Dat betekent overigens op geen enkele wijze dat het college dan achterover kan leunen! Sterker nog: ze moet aan de bak om voor een goede planning niet allerlei ruimtelijke functies in de knel te laten komen.

Het CDA is niet voor de afdwingbaarheid van een mogelijk warmtenet in De Wijk en diende met de VDD hier een amendement voor in. Juridisch kent die afdwingbaarheid een wankele basis: betaalbaarheid van het warmtenet wordt gebruikt om te knagen aan het grondrecht van bezit. Daarbij is de milieu-efficiëntie zeer beperkt van het aanleggen van een dergelijk systeem in de bestaand bouw.
Er is geen vooruitgang op het beleid naar grotere windmolens. Momenteel mogen er in De Wolden alleen kleine windmolens met een ashoogte van 15 meter worden geplaatst. Theoretisch zou met 2900 tot 4000 (!) van deze molentjes in De Wolden de ambitie worden gedekt. Molens met een grotere ashoogte zijn veel efficiënter. Er zijn zeker 2 lokale aanvragen voor molens met een grotere ashoogte. En dat terwijl de gemeente in enquêtes wel met het idee van grotere windmolens nadrukkelijk neerlegt.

Het CDA diende ook mede een raadsbrede motie in om tot minimaal 70% lokaal eigenaarschap te komen. Het is heel belangrijk dat de energietransitie niet ontaard in een subsidieroof door niet zelden buitenlandse partijen.
Het CDA staat achter lokale initiatieven, zoals het nieuwe initiatief van Reestdal Energie om de gemeente op een slimme manier snel over te laten stappen naar groene energie. Algemeen vindt CDA De Wolden dat het college te veel aan de kantlijn staat. De houding is afwachtend en passief. Terwijl reeds op 15 december 2016 (!) raadsbreed is afgesproken dat de gemeente niet alleen de rol had van facilitator, regisseur en aanjager, maar ook van uitvoerder en deelnemer!

Landelijk/​Provinciaal

De twaalf provinciale afdelingen vormen de schakel tussen de gemeentelijke afdelingen en het landelijke bestuur.