Detailhandelsbeleid alleen voor de binnenstad van Meppel?
Nadat medio september 2016, tijdens een informatieavond over het Actieplan binnenstad, het concept van het detailhandelsbeleid werd toegelicht, bleef het even stil.
Maar het beleid heeft ter inzage gelegen, er is gereageerd en nu kan de raad deze maand tot besluitvorming overgaan.
In deze commissievergadering heeft de CDA-fractie de volgende vragen en opmerkingen gemaakt:
1. in het raadsvoorstel staat dat het beoogde effect van het vaststellen van dit beleid allereerst is bedoeld om duidelijkheid te scheppen naar aanleiding van gestelde vragen en ingediende reacties. Vervolgens om de regionale positie van Meppel te handhaven door vanuit dit beleid de binnenstad te beschermen en te versterken. Voorzitter, wij missen bij het beoogde effect het bevorderen van het detailhandelsklimaat in de gemeente Meppel. Kan de wethouder aangeven of hij het met de CDA-fractie eens is dat dit beleid niet alleen maar gaat over de bescherming en versterking van de binnenstad?
Reactie wethouder Koning: de CDA-fractie heeft helemaal gelijk. Dit effect wordt wel degelijk beoogd.
2. In het raadsvoorstel, onder de kanttekeningen, staat dat dit beleid onderdeel is van een groter samenhangend verhaal en raakvlakken heeft met ander beleidf. Het GVVP wordt genoemd, evenals het parkeerbeleid, het Actieplan binnenstad, het evenementenbeleid en citymarketing.
De CDA-fractie zou graag van de andere fracties en de wethouder willen horen of dat voldoende is. Ja, natuurlijk is er een relatie met ander beleid, maar wat is die relatie dan? Wat te denken van bijvoorbeeld het effect van het aantal voorzieningen (theater, bioscoop, bibliotheek, enz) in Meppel en de kwaliteit van die voorzieningen? Zou een gemakkelijkere verbinding tussen Blankenstein en de binnenstad meer bezoekers opleveren? En zou het lonen om meer hoger beroepsonderwijs , en dus studenten, naar Meppel te lokken? En wat zou het effect zijn als Meppel meer recreanten uit de regio naar zich toe zou trekken en zou kunnen binden?
In dat opzicht ondersteunt de CDA-fractie de zienswijze van de heer Arp, want hoewel de zogenaamde winkel-ambacht component niet thuishoort in het detailhandelsbeleid, er is wel degelijk een relatie en zij kunnen elkaar wel versterken.
Is daarmee de reikwijdte van dit beleid nu niet te beperkt ingestoken, hoezeer ook de CDA-fractie het belang van een sterke binnenstad onderkent? M.a.w. Dit beleidsdocument ljkt nu alleen over de binnenstad te gaan, en lijkt daarmee andere ondersteunende, versterkende of flankerende maatregelen buiten beschouwing te laten.
Reactie wethouder: onderstreept het belang van ondersteunend, versterkend en flankerend beleid. Het ene doen, betekent niet het andere laten.
3. Zijn er al concrete resultaten te melden van de inzet van de Kwartiermaker Binnenstad, al dan niet in combinatie met de inzet van Citymarketing? Wordt de raad over de resultaten geïnformeerd?
Reactie wethouder: De kwartiermaker zal worden gevraagd de raad te informeren.
4. En tenslotte is de CDA-fractie benieuwd of in het gesprek tussen ondernemers en gemeente blurring ook op de agenda staat. Want ondernemers moeten steeds meer bieden om bezoekers naar hun winkel te trekken. De klant wil niet alleen een kwalitatief goed product, maar ook keuze en in toenemende mate beleving. Door detailhandel, horeca en dienstverlening in 1 ruimte te combineren kan aan die wens van consumenten tegemoet worden gekomen. Kan en wil het college dat stimuleren?
Reactie wethouder: de gemeente staat hier positief tegenover, maar op dit moment lijkt er weinig animo te zijn onder de ondernemers. Bovendien is het vooral voor horeca-activiteiten lastig vanwege landelijke regelgeving.