Klimaattop Kopenhagen

Met technologie en middelen bijdragen aan de ontwikkeling van arme regio’s

Het CDA Partijcongres op 31 oktober 2009 bijeen in Utrecht,

 

constateert dat:

 

1.      de inwoners van de minder ontwikkelde landen het zwaarst de gevolgen van klimaatverandering zullen ondervinden, bijvoorbeeld in droge of in laag gelegen gebieden;

2.      Het World Development Report 2010 van de Wereldbank aangeeft dat door het veranderende klimaat in grote delen van de wereld de voedselproductie significant kan verminderen, waarmee armoede en honger verder kunnen toenemen;

3.      naast CO2 de overige broeikasgassen (methaan, N2O en andere) in het totaal van de emissies ca. een derde deel uitmaken, met name in landbouw en landbeheer;

4.      over het algemeen de kosten voor het verminderen van de overige broeikasgassen in de minder ontwikkelde landen lager zijn dan voor het verminderen van CO2 hier;

5.      van 7 tot 18 december 2009 de grote United Nations Climate Change Conference in Kopenhagen plaatsvindt die voor de wereld van historische betekenis zal zijn;

 

overweegt dat:

 

  1. wij, de ontwikkelde landen,  een vergaande verantwoordelijkheid hebben om groei van armoede en honger in de wereld te voorkomen;
  2. een aanzienlijk gedeelte van de broeikasgasemissies goedkoper in de minder ontwikkelde landen verminderd kan worden;
  3. wetenschap en bedrijfsleven in Nederland uitstekende expertise (landbouw, watermanagement, natuur- en bosonderhoud) hebben over deze problematiek;
  4. het beschikbaar stellen van kennis en technologie zal bijdragen aan het accepteren door de minder ontwikkelde landen van reductie van hun broeikasgasemissies;

 

spreekt uit dat:

 

  1. het Nederlandse kabinet zich in Kopenhagen in Europees verband hard moet maken voor het beschikbaar stellen van een aanzienlijk bedrag aan klimaatgelden, dat voor kennis- en technologieoverdracht aan de minst ontwikkelde landen wordt ingezet.
  2. het Nederlandse kabinet in Kopenhagen ruimhartig technologie en kennis beschikbaar stelt om in internationale samenwerking te komen tot vermindering van broeikasgasemissies in landbouw en landbeheer in de minder ontwikkelde landen.

En gaat over tot de orde van de dag.

Landelijk/​Provinciaal

De twaalf provinciale afdelingen vormen de schakel tussen de gemeentelijke afdelingen en het landelijke bestuur.