07 mei 2013

Europarlement onderzoekt voedselfraude

Europarlementariër Esther de Lange heeft van het Europees Parlement de opdracht gekregen de vele voedselfraudes in Europa te onderzoeken. De Lange gaat zoeken naar oorzaken en mogelijke oplossingen voor het toenemend aantal fraudegevallen met voedsel in de Europese Unie.

 

"Fraude met ons voedsel is een ernstige zaak. Dit raakt direct de gezondheid van ons en onze kinderen. Daarnaast is het schadelijk voor de goede reputatie van onze producenten en producten", waarschuwt De Lange (CDA). "Steeds meer schandalen komen naar buiten. Ons eten moet te vertrouwen zijn. We mogen dit soort schandalen niet laten gebeuren."

 

Een bekend incident betrof paardenvlees, dat jarenlang is verwerkt als het duurdere rundvlees. Deze fraude was riskant, omdat in het vlees 'paardenmiddelen' zijn ontdekt die de menselijke gezondheid kunnen schaden. Eerder luidde De Lange al  de noodklok toen Pools strooizout werd verkocht als keukenzout. Ze stelde ook vragen over Pools eierpoeder met cadmium en lood dat mogelijk was verwerkt tot snoepjes.

 

De Lange zal de verschillende incidenten onder de loep nemen. "Wordt de fraude in de hand gewerkt omdat de handel zo internationaal en ingewikkeld is? Of komt het doordat de supermarkten steeds minder willen betalen voor deze producten?"

 

In elk geval wil De Lange voortaan vergelijkbare strenge straffen in de verschillende EU-landen. Ze wijst beschuldigend naar enkele landen die nu slechts lage boetes opleggen aan voedselfraudeurs. Door de lage boetes is de voedselfraude voor hen al snel winstgevend, ten koste van de gezondheid van Europeanen.

 

Esther de Lange (38) is specialist in volksgezondheid en voedselveiligheid. Ze werd in 2007 lid van het Europees Parlement. Ze stelde zich onlangs kandidaat als lijsttrekker voor het CDA bij de Europese verkiezingen volgend jaar.

 

De Lange hoopt haar rapport na de zomer te presenteren. Naar verwachting stemt het voltallige Europees Parlement er in het najaar over.

 

Landelijk/​Provinciaal

De twaalf provinciale afdelingen vormen de schakel tussen de gemeentelijke afdelingen en het landelijke bestuur.