Luchtvaartveiligheid neemt vlucht vooruit
In een stemming van de Transportcommissie van het Europees Parlement hebben Europarlementariërs vandaag een belangrijke stap gezet naar nieuwe regels voor onder anderen het registreren van drones, het overvliegen van conflict gebieden en de Europees certificeren van veiligheidsgevoelig materieel. CDA-transportwoordvoerder Wim van de Camp, is blij dat het Europese luchtvaartagentschap meer bevoegdheden krijgt om gemeenschappelijk veiligheidsvoorschriften te bepalen. Strakkere veiligheidsvoorschriften zijn hard nodig door toenemende technologische complexiteit van vliegtuigen, de opkomst van drones in onze publieke ruimte en de toenemende instabiliteit om Europa heen.
Een van de belangrijkste voorstellen is dat vliegvelden en luchtvaartmaatschappijen gebruik gaan maken van een Europese standaard voor materiaal dat direct verband houdt met de veiligheid. “Wij zijn er niet voor alle materiaal op een vliegveld Europees te laten certificeren, maar als het de veiligheid raakt van passagiers, is het nodig hier één lijn op te trekken. Bovendien scheelt dit een enorme hoeveelheid bureaucratie voor de betrokken partijen,” aldus Van de Camp.
De Transportcommissie wil ook dat er een Europees mechanisme komt om beter informatie te verzamelen om te bepalen of boven bepaalde gebieden, zoals conflict gebieden, gevlogen kan worden door Europese luchtvaartmaatschappijen. Van de Camp: “Het Europese luchtvaartagentschap verzamelt nu alle beschikbare veiligheidsinformatie, daarmee moeten ze ook conclusies gaan trekken. De veiligheid van passagiers is te belangrijk om afhankelijk te laten zijn van de keuzes van maatschappijen voor iets kortere reistijden of goedkopere routes. Het is niet uit te leggen dat in het geval van ongelukken bij conflictgebieden, zoals met MH17, dat het ene Europese vliegtuig een andere route kiest dan het andere.”
Ook worden er nieuwe regels voorbereid voor de regulering van drones. De Transportcommissie wil dat alle drones van boven de 250 gram geregistreerd gaan worden en dat er eisen worden gesteld aan de bestuurders. “We zien steeds meer drones in onze omgeving. Ze bieden kansen voor burgers en bedrijven. Maar ze kunnen ook schade aanrichten of gebruikt worden om moedwillig schade aan te richten. We hebben het hier niet over de speelgoed drones, maar boven de 250 gram moeten we snel kunnen achterhalen wie verantwoordelijk is in het geval van ongelukken.”
Het Europees Parlement zal nu gaan onderhandelen met de lidstaten om te komen tot een definitieve tekst.