Begroting '25: Wat wil college met 'vitale samenleving'?

Op woensdag 23 oktober hield Provinciale Staten z'n jaarlijkse begrotingsvergadering. Tijd voor de fracties, dus ook de onze, om uitgebreid te reageren op de plannen die het college heeft voor het komende jaar. Onze fractievoorzitter Marian Uitdewilligen legde de nadruk op de vitale en krachtige samenleving.

Volgens het college wordt daarmee bedoeld: "Goed wonen in een gezonde leefomgeving, bereikbare steden en dorpen en voorzieningen voor een dynamische samenleving". Een definitie die weer vragen oproept, want wat is goed wonen? Wat is goed bereikbaar? En wat zijn dynamische voorzieningen? Wat het CDA betreft heb je het bij dat laatste over goede culturele en sportieve voorzieningen in dorpen en wijken, die meer dan ooit belangrijk zijn - vooral nu ze door landelijke bezuinigingen onder druk komen te staan. Het CDA pleit dan ook voor een minimum norm aan deze voorzieningen in een wijk voordat deze wordt gebouwd.

Over bereikbare dorpen en steden stipte Marian de Lelylijn (weer) aan. Mensen in gebieden zonder goed ov kunnen niet goed deelnemen aan de maatschappij. Het CDA wil dan ook een snelle(re) investering in verschillende vormen van ov, zoals een belbus.

Landbouw
Voor de landbouwsector drong Marian nog maar eens een keer aan op actie voor de PAS-melders. In Friesland gebeurt het al, in Flevoland nog niet. Dat moet dus sneller. En de sluiting van de waterputten in Z.-Flevoland is een voldongen feit, maar wat gebeurt er daarna? Is daarover overleg met de boeren die het betreft?

Genoeg boeiende onderwerpen om ons de komende tijd in te blijven verdiepen!

Lees hieronder de volledige bijdrage van Marian:

Het CDA  heeft bij de behandeling van de Perspectiefnota de handschoen opgenomen om te reflecteren wat zij verstaat onder een vitale samenleving. We zijn nog steeds erg op zoek wat dit College daarvan vindt en belangrijker nog: kunnen we dit terugvinden in de begroting van 2025?

We lezen bijvoorbeeld dat er "samenlevingen gebouwd worden" en "geen stenen gestapeld", maar welke inspanningen levert dit College hier dan concreet voor. Wat is de inzet?

We hebben gevraagd naar een visie op krachtige samenleving, Het antwoord was: goed wonen in een gezonde leefomgeving, bereikbare steden en dorpen en voorzieningen voor een dynamische samenleving. Dit alles wordt gemonitord door de brede welvaartsmonitor.

Het CDA blijft hikken tegen een aantal vragen. Bijvoorbeeld: wat is goed wonen? Wat is goede bereikbaarheid ? Wat zijn dynamische voorzieningen? Als het College geen normen hierover heeft of stelt, waar richten wij ons dan op?

We lezen dat Flever  de opdracht heeft te bouwen aan een samenleving; dit wordt verder in 2026 vormgegeven. Onze vraag is: Welke kaders hebben zij meegekregen, met andere woorden wat is volgens dit college een krachtige samenleving.

Als het gaat om dynamische voorzieningen: we zijn het er allemaal over eens dat je geen wijken kunt bouwen zonder de daarbii behorende voorzieningen. We kennen  het rapport Meer ruimte voor cultuur, opgesteld door de provincie Noord-Holland en de Metropool Regio Amsterdam, waartoe Almere en Lelystad ook behoren. Een handreiking voor het ontwikkelen van een referentienorm voor  culturele voorzieningen in nog aan te leggen wijken, maar ook toepasbaar op alle andere voorzieningen. Zeker in een tijd van bezuinigingen op sport, preventie en (culturele) voorzieningen door het Rijk is het belangrijk om hier duidelijke doelen voor te stellen. Anders zijn voorzieningen  al wegbezuinigd voor ze  gerealiseerd zijn.

Voldoende ruimte en budget op voorhand voor passende invulling kan een grote rol spelen in het creëren van een leefbare stad, wijk of buurt. Dus vooraf plannen inplaats van achteraf inpassen. Onze vraag is dan ook: is het college bereid deze referentienorm in te voeren in Flevoland?

Dan de bereikbaarheid. Vervoersarmoede hoort bij de brede welvaartsmonitor. In Flevoland is er sprake van vervoersarmoede: in Noordelijk Flevoland kleurt de kaart donkerpaars, in het overige deel van landelijk Flevoland rood. Dit betekent dat mensen in die gebieden zonder eigen vervoer niet of moeilijk kunnen deelnemen aan de maatschappij. Een slecht functionerende (of zelfs helemaal geen  bus) en een het ontbreken van een spoorlijn in de buurt zijn hier debet aan. De haperende busdiensten van het afgelopen jaar maken het nog erger. 

Volgende week is er een belangrijk overleg over de Lelylijn. De indruk bestaat bij andere partners dat staatssecretaris CHris Jansen zich niet heel hard maakt voor de Lelylijn, hij wil zelfs een deel van de gereserveerde 3 miljard elders inzetten. De commissievergadering die we onlangs hadden leerde ons dat het niet zinvol en effectief is de komst van de Lelyijn te koppelen aan andere projecten. Wat is hierin de inzet van het college?

Wij hebben de indruk dat dit college de Lelylijn koppelt aan het doorgaan van de IJmeerverbinding. Allebei projecten die broodnodig zijn, maar het ene moet los gezien worden van het andere. Is het college  het daarmee eens?

Door de slechte resultaten van het busvervoer dit jaar blijft er 1,1 miljoen euro over, plus een betaalde boete van 3 ton. Wat gaat er met dat geld gebeuren? Is het college bereid dit te investeren in een snellere uitbouw van vraagafhankelijk vervoer (zoals een belbus), bijvoorbeeld in een van de dorpen?

Dan de landbouw. We vragen al 3 maanden lang naar de voortgang van PAS-melders. Maar al 3 maanden wachten we op antwoord.  In de media hoorden we gedeputeerde Klopman uitgebreid verslag doen, hij is er dagelijks mee bezig maar er zijn nog geen concrete resultaten. Gisteren lazen we dat in Friesland al 78 bedrijven geholpen kunnen worden. En nog 35 bedrijven zitten in de onderzoeksfase. Er is daar dus wél een goed en  heel gedetailleerd overzicht van de situatie. Bovendien weet Noord-Holland al hoeveel geld het ministerie voor PAS-melders in die provincie heeft.

Kortom, wanneer horen wij iets concreets voor Flevoland?

En tot slot.  In 2025 kunnen boeren uit Zeewolde geen gebruik meer maken van waterbronnen. Dit is in 2010 door GS besloten. Hoe ziet het traject er uit na 2025? Worden deze bronnen gesloten? Wie doet dat en wie controleert?  Er wordt communicatie gemist in het gebied over het proces. Het Waterschap en de provincie zouden meedenken met oplossingen. Gebeurt dat en welke rol  speelt de provincie precies?