09 mei 2023

Adviesnota herijking parkeervergunningensysteem

Het is niet geheel duidelijk hoe parkeren op eigen terrein nu wordt beoordeeld en het is onzeker wat de financiele consequenties zijn van de digitalisering van het parkeervergunningensysteem. Wat ons betreft is de raad aan zet om nu de kaders zo te stellen dat iedereen ermee door kan. 

Onze inbreng tijdens deze avond:

Een zorgvuldige behandeling van de adviesnota herijking parkeervergunningensysteem zal een belangrijke bijdrage leveren aan de beste oplossing en het grootste draagvlak, zo is onze overtuiging. De adviesnota is begrijpelijk geschreven en inhoudelijk onderbouwd. Onze dank voor de opstellers hiervan.

Nut en noodzaak

Dat er een herijking van het parkeervergunningensysteem nodig was is evident. Zowel de klankbordgroep Parkeren alsook de gemeenteraad hebben dit een of meerdere keren onderstreept.

Er zijn belangrijke knelpunten rondom handhaving, wachtlijsten (tot wel acht jaar zegt het college, dat is wel uitzonderlijk) en de omgang met de vigerende regelgeving, door onszelf vastgesteld. Dat niet iedereen direct op één lijn zou zitten is wat ons betreft logisch. Elke wijziging raakt een grote groep mensen en kent voor- en nadelen. Maar er valt wat te besluiten nu, daar zitten we voor. Als CDA hebben we het als prettig en nuttig ervaren dat er op dit dossier ruimte zat tussen de eerdere behandeling in januari dit jaar en het voorliggend raadsvoorstel nu. Het heeft geholpen met belanghebbenden te spreken en de tijd te krijgen om de geleverde cijfermatige input vanuit het college goed te bestuderen. Wat ons betreft voor herhaling vatbaar.

Doelstelling

Zoals eerder in de commissie aangegeven missen we naast de genoemde doelen over transparantie, efficiëntie en het faciliteren van de juiste doelgroepen de kapstok van de leefbaarheid. Deze was helder opgenomen in het rapport Vitale Binnenstad en is wat ons betreft ook een rode draad in dit betoog.

De oplossingen in de adviesnota

De adviesnota schetst ons 3 mogelijke oplossingen. En zo hoort het in een adviesnota. Een oplossing van 1 vergunningsgebied, 3 vergunningsgebieden en 6 vergunningsgebieden. Optie 2 en 3 zijn daarmee afwijkend of aanvullend ten opzichte van de input bij de commissie in januari. Dit is de resultante van opgehaalde geluiden in Doesburg, zo lezen we. Als CDA herkennen we dat. Wij hoorden twee belangrijke geluiden: handhaaf het systeem per straat of werk met een dusdanig aantal zones dat loopafstanden altijd beperkt zijn. Dit sluit ook enigszins aan op de eerdere geluiden uit de klankbordgroep Parkeren en het rapport Vitale Binnenstad. Niet helemaal, maar een niet al te grote zone zal, naar wij verwachten, in de praktijk snel neerkomen op parkeren in je eigen straat met overloop.

Naast deze zonering worden onder andere maatregelen genoemd over het parkeren op eigen terrein, het instraten van parkeervakken (ook al genoemd in het rapport Vitale Binnenstad), het inwisselen van betaald parkeervakken en het toestaan van gehandicapten parkeerplaatsen op kenteken.

Als CDA kunnen we ons grotendeels vinden in de maatregelen. Goed dat mensen met een gehandicapten parkeerkaart een eigen plek dichtbij kunnen krijgen. Goed dat er betaalde parkeerplekken worden opgeheven en er mogelijk minder zoekverkeer ontstaat. Mooi dat parkeervakken worden ingestraat en er geen witte verf op de bestrating komt.

We hebben meerdere malen gepleit het belang van de leefbaarheid te onderstrepen. En misschien nog wel het meest voor de senioren in onze binnenstad waarvan niet iedereen goed ter been is. Het is in die zin goed te zien dat onze motie uit november 2020 over een zorgvuldige herijking van het parkeervergunningensysteem waarin rekening gehouden wordt met de soms beperkte mobiliteit van binnenstad bewoners niet is aangenomen, maar toch wordt uitgevoerd. Het opknippen in zones beperkt immers de loopafstand, zeker als we in ogenschouw nemen dat een vergunningensysteem per straat niet overal kan.

De voorgestelde oplossing om de stad in 6 parkeerzones te verdelen roept blijvend onduidelijkheid op. Er zijn toch immers meer plaatsen dan vergunningen te verdelen? Goede uitleg hierover lijkt ons evident. Want het klopt. Maar het is niet zo prettig om een paar honderd meter te moeten lopen om je auto op te halen, zeker als je niet al te goed ter been bent. De vraag die daarom ook voorligt gaat wederom over de leefbaarheid. Hoe zorg je dat je auto zo dichtbij mogelijk is?

De effecten van deze oplossingen en genoemde problemen

Het zou goed zijn als de oplossingen bijdragen aan het behalen van de doelen. En de leefbaarheid. En aan draagvlak. Maar er zijn nog wel mogelijke knelpunten die een effect lijken te zijn van de voorgestelde maatregelen.

Allereerst roepen we het college op geen parkeervakken in te wisselen voor tijdelijke fietsenstallingen of terrassen. Wilt u dat toezeggen?

Ten tweede de uitvoerbaarheid. Op dit moment is de handmatige behandeling van de verstrekking van vergunningen door de betreffende ambtenaren complex en tijdrovend. Daarom gaan we digitaliseren, want, zo lezen we, dit is minder tijdrovend en minder foutgevoelig. Als CDA vinden we het wat lastig om voor de aanbesteding uit hier fiat aan te geven. We kunnen ons voorstellen dat dit besparingen enerzijds oplevert qua inzet of inhuur ambtenaren, maar een aanbesteding doe je ook alleen maar als het geld kost. Onze vraag is dan ook, neem ons mee, waar hebben we het grofweg over? Is het parkeervergunningensysteem straks kostendekkend?

Dan wat ons betreft misschien wel de belangrijkste uitdaging van het voorliggende voorstel. Het parkeren op eigen terrein. Mensen die al jaren in de binnenstad wonen, een garage hebben en een parkeervergunning, daar moet zorgvuldig mee omgegaan worden. Maar ook rechtvaardig. Kunnen we hier zo mee omgaan dat er geen willekeur ontstaat, het parkeerprobleem wordt opgelost en dat mensen hun garage kunnen gebruiken zoals zij dat willen?

Het voorstel is om de mensen met een parkeergelegenheid op eigen terrein een vorm van bezwaar te laten maken op de beslissing hun parkeervergunning in te trekken. Procesmatig een werkbare methode al hopen we dat de drempel tot reageren zo laag mogelijk wordt gemaakt.

Een voorbeeld. Mevrouw X woont reeds twintig jaar in haar huis in de binnenstad. Zij heeft een kleine garage die volgens de genoemde normering een parkeerplaats op eigen terrein is. Omdat zij de draai in het smalle straatje bij de garage lastig vindt en de garage al jaren gebruikt om haar fietsen, grasmaaier en haardhout in te plaatsen maakt zij bezwaar. Er komt iemand namens de gemeente. Hij of zij gaat het gesprek aan over de (on)mogelijkheden van de situatie. Er is, zo lezen wij op de website van de gemeente, immers aandacht voor de individuele aandacht voor de bewoners. De gemeente toont begrip voor de situatie en mevrouw behoudt haar vergunning. De buurman van mevrouw heeft echter net geïnvesteerd in een kleine berging omdat hij graag kippenhokken in zijn garage timmert en daarom de fietsen elders neer moest zetten. Ook hij maakt bezwaar. De gemeente vertelt hem echter dat zijn bezwaar ongegrond is omdat de garage leeg is gezien. Hij heeft namelijk net een kippenhok af en verkocht.

Dit roept bij ons toch echt wat fundamentele vragen op:

  • Welke ruimte heeft de gemeente als er een verordening en aanvullende regels worden vastgesteld waar dit niet in staat? En als die ruimte er is, waar staat dit dan? Zou een hardheidsclausule geen integraal onderdeel van dit besluit moeten zijn, als hij al is te definiëren?
  • En andersom: als iemand zijn hobby in zijn garage houdt, of zijn opslag…wanneer is dit dan wel of geen reden voor het toekennen van een parkeervergunning of niet?
  • Stel dat iemand een parkeergelegenheid op eigen terrein heeft en om moverende redenen toch een parkeervergunning krijgt, en gaat verhuizen… hebben de nieuwe eigenaren dan automatisch weer recht op een vergunning of wordt dit opnieuw bekeken? Als dit zo is, leidt dit dan niet tot mogelijke waardevermindering van het pand?
  • We lezen dat als iemand een garage oid heeft maar deze niet als dusdanig wil gebruiken er voor zijn garage een openbare parkeerplaats ingestraat kan worden. De persoon krijgt vervolgens een parkeervergunning. Wat gebeurt er als deze mensen verhuizen? Is de bepaling dat dit geen POET is definitief? Wellicht dat de garage wel weer wordt omgebouwd? Graag een toelichting

Hoe verder?

In het algemeen zouden we willen oproepen: laten we ons niet rijk rekenen met parkeergelegenheden op eigen terrein. Dit zou ruimte bieden voor een wat coulantere methode van omgang met deze materie. Tegelijkertijd: leg dit vast. Zo voorkomen we willekeur. Zou een voorwaardelijke vergunning op deze plekken geen soelaas kunnen bieden? Of zou het uiteindelijk niet gemakkelijker zijn een generieke oplossing te verzinnen waar het gaat over parkeren op eigen terrein? Wellicht een die wat minder stringent is als de verordening, maar wel redelijker en billijker in de uitvoering, juist daar waar het gaat om specifieke gevallen? Daarbij, laten we na een jaar eens evalueren om te kijken hoe alles zich is gaan zetten. Ontstaat er ruimte? Zijn er specifieke of algemene knelpunten? Etcetera.

Als CDA zijn we benieuwd naar de reactie van het college en zijn we bereid hier actief ook onze rol op te pakken.

De onduidelijkheden en vragen

Een commissie als deze is ook om verder inzicht te krijgen alvorens een besluit te nemen, gewijzigd of niet. Daarom nog een aantal vragen:

  1. De gehandicapten parkeerplaats zal op kenteken komen. Hoe gaan we daarmee om als er bijvoorbeeld 3 per straat zijn?
  2. beetje ambigue tekst in de nota: “Aangezien wij als gemeente de ambitie hebben om meer te focussen op het contact met de burger en om zoveel mogelijk de samenwerking met andere gemeenten in de Groene Metropoolregio te zoeken, vinden wij het aanschaffen van een systeem waarmee de vergunningverlening kan worden gedigitaliseerd niet bij onze ambities passen.” Toch staat er dat het een zeer wenselijke maatregel is om de vergunningverlening te digitaliseren. Graag uw toelichting. Past digitalisering bij onze ambitie?
  3. Over digitalisering gesproken: hoe gemakkelijk moet het zijn om van kenteken voor de vergunninghouder te wisselen? Kunnen mensen met een airbnb hun vergunning voor een week gemakkelijk op een ander kenteken zetten? Of voor de tweede wagen?
  4. tijdens cie vrom in januari gaf het college bij monde van wethouder van Veldhuizen aan dat er 680 garages waren. In de toelichting bij de adviesnota op pagina 6 zijn er 150 genoemd die zeker zijn en iets minder dan 300 die onzeker zijn. Dan missen we er nog 230. Graag duiding.
  5. Hoe gaat de bebording en communicatie werken als we toch op de betaalde parkeerplaatsen op de Markt houden? Dan is het nog steeds lastig zoekverkeer te weren.
  6. De brief van de brandweer verrast ons wat. Wij hebben eerder ook wel eens gevraagd naar knelpunten, toen waren ze er niet behalve bij evenementen. Hoe moeten we deze knelpunten nu lezen? Is er nu reeds een veiligheidsprobleem? En als dat er wel is, waarom grijpen we dan niet snel in? En als het er niet is, waarom dan veranderen?
  7. Er is eerder gesproken over het verstrekken van parkeervergunningen buiten de eigen straat. Hiermee zou de wachtlijst op korte termijn worden verkleind. Overweegt het college dit nog uit te voeren?

 

Landelijk/​Provinciaal

De twaalf provinciale afdelingen vormen de schakel tussen de gemeentelijke afdelingen en het landelijke bestuur.