Regionale Energie Strategie: criteria, participatie en communicatie
In de commissie VROM van 10 juni lag het voorlopig concept bod RES voor. Dit concept is een opmaat naar de RES 1.0 en die weer als opmaat naar een verdeling van energie opwekking in de Regio Arnhem-Nijmegen. Een ding is duidelijk, wat je ook van de opgave vindt, hij is enorm. Ontzettend veel mensen en partijen hebben zich al bemoeid met het concept zoals nu voorligt. Daaruit blijkt een grote inspanning en die is zeer te waarderen.
Als CDA vinden we het niet gemakkelijk hier wijs mee om te gaan. We kunnen ons, in het algemeen, het best vinden in stukken die niet top-down zijn opgesteld. Ideeën die groeien vanaf een burgerinitiatief bij wijze van spreken. Maar daar is deze opgave wellicht te groot voor. En toch… welke mogelijkheden zijn er om langs wegen van participatie en communicatie tot een gedragen beleid te komen? Hoe betrek en bereik je bijvoorbeeld de gemiddelde huurder? Hoe ga je om met weerstand? Hoe gaan we communiceren? Een uiterst belangrijk vraagstuk zeker nu deze opgave bij de gemeenten in de regio ligt.
De communicatie is een taak van elke betrokken gemeente, ook die van ons. Hoe gaan we dit doen? Er staat geschreven dat er dit najaar een handreiking volgt over het benutten van zgn meekoppelkansen. Dit zou moeten helpen bij het komen tot een integraal plan. Maar dit is wat ons toch nog wel wat vaag. Desgevraagd hoorden we van wethouder Bollen dat er een communicatieplan in de maak is. Wat ons betreft belangrijk, al zal deze ten allen tijde aangevuld moeten worden met een participatieplan.
Er verschijnen in het land op grote schaal zogenaamde zonnevelden. Wanneer je langs zo'n veld rijdt kun je enorm schrikken. Het effect is vaak dramatisch. Als je dan in dit voorlopig concept bod leest dat het majeure deel van ons bod gaat over het opwekken van energie via zonnepanelen ipv wind dan maken we ons zorgen over wat het effect op onze landelijke omgeving is. We industrialiseren het landschap op een ongekende wijze als we niet oppassen. We gaan nu onderzoeken, richting RES 1.0, of we de balans tussen zon en wind kunnen verbeteren. Maar hoe werkt dit nu? We gaan de tijd goed gebruiken, is gezegd, maar hoe gaan we nu tot een betere balans komen? In februari 2021 komt het Planbureau voor de Leefomgeving met een reactie, en ook het nationale RES programma. Ondertussen zitten wij allerlei alternatieven te verzinnen… Wethouder Bollen gaf in de commissie aan dat er verder onderzoek volgt (waar kunnen windmolens uberhaupt geplaatst worden bijv) en we samen met burgers en politiek hierin zullen optrekken.
Gelet op bijv al die enorme zonnevelden, hebben we aandacht gevraagd om heldere criteria op te stellen over belangrijke aspecten in ons beperkte areaal zoals het landschap zelf, onze natuurgebieden etc. We zien bijvoorbeeld dat veel mensen denken dat natuurgebied de Fraterwaard een prima plek is om te zonnevelden te creeren. En waarom zouden we geen eisen stellen aan de biodiversiteit? We kunnen wat bloemetjes zaaien rondom de panelen, maar waarom zouden we geen criteria opstellen die meegenomen moeten worden bij de afwegingen? Als reactie op onze suggestie gaf de wethouder aan men op dit moment bezig is om afwegingskaders op te stellen. Wanneer deze dit najaar klaar zijn zal er eerst met direct omwonenden worden gesproken waarna deze ook met de Raad gedeeld kunnen worden.