02 juli 2024

Onze Algemene Beschouwing op de Voorjaarsnota 2024

Vandaag behandelt de gemeenteraad de Voorjaarsnota 2024. In de Voorjaarsnota kijken we vooruit naar de begroting (over het jaar 2025) die in november voorligt. Het college doet voorstellen voor noodzakelijk bezuinigingen en geeft de raad keuzemogelijkheden om tot een sluitende begroting te komen.

Onze fractievoorzitter Hans Stam heeft bij de Algemene Beschouwingen over de Voorjaarsnota het volgende gezegd en aan het college gevraagd:

------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------

Voorzitter, college, leden van de gemeenteraad, ambtelijke organisatie en alle anderen.

De afgelopen maanden waren voor ons als fractie niet makkelijk. Ook de voorliggende voorjaarsnota met meerjarig financieel perspectief, maakt het ons niet makkelijk. De nota bevat een meerjarig negatief financieel vooruitzicht. Echter, een actueel beeld was er nog niet bij de eerste bespreking in de fractie, met de achterban of bij de vragenronde rondom de voorjaarsnota. Ook bij (de voorbereidingen op het debat) ontbrak een volledig beeld. Wij vinden het van groot belang dat een volgende keer er tijdig een doorwerking van de meicirculaire beschikbaar is. Kan het college dit toezeggen?

Het vooruitzicht is negatief omdat kosten van zaken waar we als gemeente weinig tot geen grip hebben stijgen. Het gaat om taken die vanuit de landelijke overheid overgedragen worden aan de gemeente. Op dat vlak onderschrijven wij de vaker gebruikte slogan ‘geen taken zonder knaken’. Wij verwachten dat het college dat punt met kracht zal uitdragen.

Doordat wij als gemeente laagdrempelig zijn en dicht bij de mensen staan, zien we een blijvende toegenomen zorgvraag op zowel het gebied van de Wet maatschappelijke ondersteuning als de jeugdzorg. Door deze toegenomen vraag, zijn de kosten steeds hoger geworden. Ook op dat vlak vragen wij een blijvende inzet van het college om een vergoeding van de kosten te krijgen die wij op basis van het rijk vergoeden. We moeten ons echter niet blindstaren op de kosten. Onze inwoners verdienen immers onze steun!

Daarnaast verwachten wij dat het college zich uitspreekt tegen verdergaande bemoeienis vanuit het rijk op de taken die zij al jaren geleden aan ons over hebben gedragen. Als het rijk zich er alleen mee blijft bemoeien moeten zij daarvoor ook de middelen beschikbaar stellen onder de noemer: degene die bepaalt, betaalt.

Tot slot moeten we als gemeente ook de hand in eigen boezem steken. Soms stelt het rijk voor bepaalde taken tijdelijk geld beschikbaar. Vervolgens verwachten onze inwoners of raadsfracties dat wij als gemeente die taken vanuit eigen middelen blijven financieren. Als raad moeten we er ons bewust van zijn dat die tijd nu echt voorbij is in onze ogen. We moeten terug naar de basis en de gemeentelijke verantwoordelijkheden. Voor ons betekent dat we willen investeren in mensen en niet in stenen.

Een belangrijk deel van de gemeentelijke verantwoordelijkheden hebben we ondergebracht bij gemeenschappelijke regelingen met de daarbij behorende kosten. De laatste jaren zien wij de kosten van die regelingen met meer dan een inflatiecorrectie stijgen. Gelet op het meerjarig financieel perspectief van de gemeente verlangen wij van het college dat zij het gesprek aangaat met alle gemeenschappelijke regelingen (met uitzondering van 1Stroom) om de gevolgen inzichtelijk te maken als de kosten structureel met 5% dalen. Bij het vaststellen van de begroting kunnen wij die gevolgen dan mee laten wegen. Kan het college dit toezeggen? Anders komen wij met een motie met die strekking.

In onze gemeente zien we daarnaast ook dat het maatschappelijk middenveld (toelichten wat het is) steeds vaker kijkt naar de gemeente. En dan niet  om ondersteuning maar om structurele middelen of om taken over te nemen. Wij zijn er voor dat het maatschappelijk middenveld zelf verantwoordelijkheid neemt en niet gelijk of automatisch naar de gemeente te kijken. Dit neemt nadrukkelijk niet weg dat de gemeente hen, daar waar mogelijk, met raad en daad moet bijstaan. Niet automatisch ook financieel!

Het zesde en laatste besluitpunt dat het college ons voorlegt, vraagt ons om ‘richtinggevende uitspraken te doen over het wel of niet verwerken van maatregelen in de nog op te stellen meerjarenbegroting’. Op dit moment zal het college het wat betreft CDA Duiven-Groessen-Loo moeten doen met het uitgangspunten ‘investeren in mensen en niet in stenen’, ‘OZB-stijging is niet uitgesloten maar geen automatisme’ en ‘zonder zicht op een structureel sluitende begroting geen tijdelijke trucjes’.

Geen puntsgewijze reactie dus op alle aangedragen A-, B- en C-bezuinigingsvoorstellen. Wel herhalen wij nog een deel van onze inbreng op de voorjaarsnota 2024:

Voor wat betreft de uitdaging van het college (om denkrichtingen aan te geven om tot een sluitende begroting voor 2024 te komen) geven wij graag het ‘scherper aan de wind varen’ en ‘de stofkam’ terug bij de begroting.

En toch willen we er twee in het bijzonder noemen. En dat is ten eerste het onderzoek naar de oprichting van een kinderraad waar wij vorig jaar middels een motie om hebben verzocht. Het college heeft deze omarmd en kan wat ons betreft in stand blijven. En ten tweede vinden wij dat het vieren van Vrijheid enorm belangrijk is en moet blijven. Vandaar ook onze blijvende steun aan dit thema.

Verder nog enkele speerpunten. Kom zo spoedig mogelijk met een actueel overzicht en betrek zowel de gemeenteraad als het eerdergenoemde maatschappelijk middenveld. Groep Walraven (ere wie ere toekomt) doet daarvoor een voorzet in de vorm van een ‘commissie bezuinigingen’ maar het lijkt ons toch dat het college kan toezeggen zowel de raad als het maatschappelijk middenveld  te betrekken bij het verdere proces richting begroting 2025 en voorjaarsnota 2026.

Een aantal van onze speerpunten zijn al opgenomen in moties en/of amendementen van andere partijen. Los daarvan hebben wij nog een tweetal speerpunten waarvoor wij een motie hebben, namelijk de eerdergenoemde kindergemeenteraad en het borgen van de herdenking van de vrijheid (onder de noemer 80 jaar vrijheid).

Wat ons betreft wordt ook de verkoop van gemeentelijk vastgoed (zoals bijvoorbeeld de bouwmogelijkheid voor twee woningen aan de Parallelweg) en het aanpassen van de afschrijvingstermijnen daarin besproken en afgewogen. Ook de mogelijkheid om lasten te verschuiven, zoals bijvoorbeeld het verschuiven van de kosten van het vegen van de straat (€ 168.000) van de algemene dienst naar de rioolheffing is voor ons een mogelijkheid, net. Kan het college toezeggen dergelijke aspecten ook mee te nemen in het vervolgtraject?

Om niet negatief af te sluiten willen ik namens mijn fractie aangeven dat wij ook heel veel mooie dingen terugzien in de voorjaarsnota. Het ‘omzien naar elkaar’ zien wij in kleine en grotere dingen, ook bij het eerder aangehaalde maatschappelijk middenveld. Zo hield LiemersFietsen een ontbijt voor alleengaanden en is er een derde fiets beschikbaar gekomen bij Fietsmaatjes.

Wij houden het vertrouwen in de toekomst en elkaar, immers, de gemeente, dat zijn WIJ. En laten we als raad SAMEN deze enorme uitdaging aangaan om onze gemeente ook duurzaam financieel gezond te houden.

Namens de CDA-raadsfractie,

Hans Stam, fractievoorzitter / Justin van der Steen, raadslid / Henk Albers, raadslid

Landelijk/​Provinciaal

De twaalf provinciale afdelingen vormen de schakel tussen de gemeentelijke afdelingen en het landelijke bestuur.