Bijdrage Koersdocument 2024: Niet voor mijzelf, maar voor ons allemaal
Voorzitter,
U kent het CDA als een ‘Wij-partij’ – u kent het wellicht wat beter met een Rotterdams accent, maar daar zal ik mij niet aan wagen na onze laatste voetbalervaring in de Kuip.
Voorzitter, in het landelijke coalitieakkoord zien we dat iedere coalitiepartij zijn eigen paradepaardjes krijgt. Maar hier in Nijmegen is het niet anders, en dan neem ik als voorbeeld ons recente debat over de mobiliteitstransitie. Graag wil ik u meenemen door dit beleid vanuit de blik van een oudere mevrouw die met haar kopje thee voor het raam zit en de deur uit wil. Als de wethouder mobiliteit zegt dat u maar verder moet lopen – of zelfs fietsen! – als u met de bus wil gaan omdat er minder bussen zullen rijden door onze versnelling mobiliteitstransitie, dan overziet het College wat ons betreft de consequenties van haar eigen beleid over de paradepaardjes niet meer.
Want, voorzitter, het College zegt enerzijds dat mensen verder naar het bushokje moeten gaan in het belang van de mobiliteitstransitie, maar zegt anderzijds dat we senioren uit de vereenzaming moeten helpen. Maar een mevrouw op hoge leeftijd kàn niet verder lopen of fietsen naar de bus! Daarom betalen we vervolgens weer een extra organisatie om die oude
mevrouw achter het gordijn te helpen met een kopje koffie om het eenzaamheidsgat aan de andere kant te dichten. Dit beleid maakt iemand die onderdeel is van de maatschappij tot
een individu die niet meer kan deelnemen.
Koers van het CDA
Voorzitter, als wij-partij kiest het CDA voor een andere koers. Wij kiezen voor een koers in Nijmegen die ons allemaal verbindt. Wij zullen er alles aan doen om die mevrouw in het ‘wij’ te houden, zodat ze mee kan blijven doen met de samenleving van onze stad.
We merken namelijk in de stad dat steeds meer mensen niet verder kijken dan hun eigen vierkante meter: maakt mij het uit wat anderen doen, als ik het maar goed heb en mijn zin krijg – wat de rest vindt, boeit me niet. Ik, ik, ik. We zien het in de krakers, die een pand met andermans spullen kraken – en zelfs opnieuw kraken met een beroep op huisvredebreuk. We zien het in de protesten op de Radboud Universiteit, waar geen rekening gehouden werd
met de veiligheid of spullen van anderen.
Maar we zien gelukkig ook een Nijmegen waarin mensen samenkomen: waarin ook vreedzame mensen samenkomen om hun geluid te laten horen tegen mensonterend onrecht in Gaza. Waarin mensen samenkomen om elkaar te helpen. Dàt is het Nijmegen van ons allemaal, waarin het CDA wil investeren. Dat hebben we als CDA al eerder gedaan door te zorgen voor een dierenbuddy tegen eenzaamheid en door ons in te zetten voor dak- en thuislozen. Onze stad is groter dan ik.
Het CDA wil hiermee verder gaan. En dan wel door ongelijk te investeren om iedere Nijmegenaar gelijke kansen te geven. Het CDA geeft liever extra geld uit aan voorzieningen in Lindenholt en Dukenburg dan dat we het gelijkmatig over de stad uitgeven. Als CDA deden we dat eerder door te pleiten voor de komst van poppodium Merleyn in Dukenburg.
Want, voorzitter, in Oost kennen we het beeld van de Nijmegenaar die goed mee komt, die gelukkig geniet van een pokébowl en die het trotse visitekaartje vormt van progressief Nijmegen. Maar Nijmegen is complexer dan dat. We hebben namelijk een Nijmegen van twee snelheden. Mark Buck en Marjolijn Mijling waarschuwden er op deze plek al voor en nu doe ik het weer. En nu komt het uit! In Dukenburg en Lindenholt komen de mensen niét zo makkelijk mee met deze progressieve vaart der volkeren.
Daarom moeten we ongelijk investeren. Door mensen in Lindenholt en Dukenburg fatsoenlijke wegen te geven, fatsoenlijke scholen, fatsoenlijke winkels en horeca, investeren we juist héél gericht in dat deel van de stad die de investering het beste kan gebruiken.
En voorzitter, voor het CDA is het daarom onbestaanbaar dat dit College nu net wil bezuinigen op de kansengelijkheidsagenda die die gelijke kansen zou moeten bieden!
Het CDA staat voor een stad waarin we als samenleving zorgen voor elkaar. We gaan weg van het eigenbelang en laten de zwakkere gewoon meedoen. Met inkomensondersteuning die mensen in nood met doorbraken uit de problemen helpt. Met buurtteams die de mens en het gezin achter het probleem centraal stellen en met extra investeringen in die scholen, waar kinderen geen schoolreisje of gezond ontbijt vanuit huis kunnen krijgen.
Met deze koers wil het CDA zorgen dat we samen kunnen leven in een fatsoenlijk Nijmegen. Een stad waarin iemand niet alleen zorgt voor zichzelf, maar voor ons allemaal.
Toetscriteria CDA
CDA zal daarom de begroting die het College binnenkort zal presenteren toetsen aan de volgende 3 criteria:
1. Zorgt de koers dat de zwakkere weer mee kan doen? Versterkt het een samenleving die voor elkaar zorgt?
2. Draagt de koers bij aan onze gemeenschappen? Gaat het een Nijmegen van twee snelheden tegen en zorgt het dat we fatsoenlijk samenleven?
3. Komt het College afspraken na? Zijn we een betrouwbare overheid?
Koers van de coalitie
Voorzitter, als we de koers die het College voorstelt beschouwen langs deze criteria, is het CDA nog niet gerust of dit de juiste koers is. Het CDA geeft het College daarom onze richting mee en zien graag dat het College onze Stadsbegroting hierop afstemt.
Koers voor gemeenschappen
Voorzitter, allereerst wil ik het hebben over gemeenschappen. Voor het CDA staat de koers van ons mooie Nijmegen in de schaduw van de bezuinigingen van de aankomende regering op gemeentes en het sociale domein. We weten dat Nijmegen stevige bezuinigingen te wachten staat en we zien graag dat dit in elk geval niet gaat gebeuren op verenigingen, sportclubs en buurthuizen. Dit zou een manier zijn om makkelijk geld binnen te halen, maar waar we vanaf moeten blijven. Bezuinigingen op verenigingen en buurthuizen maken onze samenleving op termijn kapot.
Wat het CDA betreft investeren we juist in plekken om samen te komen: we investeren in verbondenheid en levendigheid in onze buurten, verenigingen en ontmoetingsplekken. Als het College dat niet doet, komen wij zelf bij de begroting met voorstellen hiervoor.
Koersen op zorg voor elkaar
Ten tweede, voorzitter, over zorgen voor elkaar. Een belangrijke prioriteit voor het CDA is dat we met ons allen zorgen dat iedereen mee kan doen in de stad. We weten ook dat het aankomende kabinet flinke bezuinigingen staat te wachten die ze voornemens zijn te verhalen op zorg en op gemeentes. We lezen daarentegen dat het College blijft investeren in Jeugdzorg, wat het CDA op zichzelf kan toejuichen. Jongeren hebben te maken met een ongekende hoeveelheid problemen en we moeten onze jongeren daarbij helpen. Onze CDA-fractie komt bij de begroting daarom met voorstellen voor mentaal welzijn van jongeren, zodat we kunnen voorkómen dat jongeren in de jeugdzorg terecht komen.
Maar het CDA vraagt zich af hoe het College in de toekomst in het gat kan blijven springen dat het Rijk creëert. We weten dat er bezuinigd gaat worden op gemeentes, op de GGD, op de zorg. Steeds als onze stad meer geld uittrekt voor iets wat het Rijk moet doen, kan Nijmegen minder geld uitgeven aan andere prioriteiten op zorg. Met Nijmeegs geld lopen wij gaten dicht die de rechtse regering van PVV, NSC, BBB en VVD maakt, terwijl onze eigen taken op zorg dreigen onder te sneeuwen. Wij vragen ons af welke prioriteiten het College daarin wil leggen als deze bezuinigingen op ons af komen?
Daarnaast maakt het CDA zich zorgen of de richting die het College uitgaat wel de juiste is; of het voor onze jongeren wel de beste toekomst zal brengen. Het verbaast ons dat juist dit College, met nota bene een D66-wethouder op onderwijs, koerst op een bezuiniging op de agenda om kansenongelijkheid onder jongeren te bestrijden. Die agenda zou jongeren een eerlijke kans moeten bieden, ongeacht de positie waar hun ouders in verkeren. Voor ons is hierop bezuinigen een no go. Het CDA maakt een andere keuze: wat het CDA betreft blijft kansengelijkheid op de agenda staan.
Investeren in een Nijmegen van gelijke snelheid
Sterker nog, voorzitter. Wat het CDA betreft is er juist méér nodig om kansenongelijkheid tegen te gaan. Niet alleen op onderwijs en voor onze jongeren, maar juist ook om de kansenongelijkheid tussen de verschillende delen van onze stad tegen te gaan. Het mag niet uitmaken waar je wieg staat of wie je ouders zijn.
Hier ligt wat ons betreft de kern om onze stad van twee snelheden aan te pakken: door juíst meer te investeren in de meest kwetsbare wijken en wat minder in de stadsdelen waarin het al goed gaat.
Voorzitter, het CDA wil ongelijk investeren om het Nijmegen van twee snelheden tegen te gaan; een Nijmegen met kansen voor één gelijke snelheid. Wij roepen het College met een motie op om een investeringsplan te maken om een Nijmegen van twee snelheden tegen te gaan en te zorgen voor gelijkheid in kansen voor héél Nijmegen.
En om terug te komen op die mevrouw op leeftijd die door dit College straks niet meer naar de bushalte kan lopen: wij gaan als CDA nog één keer de bus pakken naar Arnhem om bij de Provincie te proberen die bus te behouden voor onze stad.
Om af te sluiten, voorzitter, zou ik graag mijn favoriete zangeres willen citeren. Door te spreken doe ik dat op een wijze die ongetwijfeld onrecht doet aan haar zangkwaliteiten – maar ik kan het toch niet laten, omdat dit een boodschap is die het CDA van top tot teen raakt.
“Ik wil een toekomst, ik wil een verhaal. Niet voor mijzelf, maar voor ons allemaal.”
Voorzitter, dank u wel.
D.A.N. van Luik
Raadslid namens CDA Nijmegen