Boer verdient meer respect
Het boerenleven is niet meer wat het ooit was. De romantiek van het plattelandsleven met grazende koeien en groene akkers lijkt iets uit een ver verleden. Er is het hele jaar door zoveel voedsel beschikbaar dat er niet meer wordt nagedacht over waar het vandaan komt. Is het hier niet beschikbaar of niet goedkoop genoeg, dan halen we het uit Spanje. En anders wel uit Brazilië of Rusland. Het respect voor de hoge kwaliteit van voedsel van eigen bodem wordt in het buitenland meer gewaardeerd dan in ons eigen land. En het respect voor de boeren die lange dagen werken om volgens de hoogste standaarden kwaliteitsvoedsel te produceren is al helemaal ver te zoeken. De regelzucht, het wispelturige beleid en de almaar aanhoudende maatschappelijke kritiek is funest voor de toekomst van de agrarische sector.
Hoeft er dan helemaal niets te veranderen? Moet de agrarische sector volledig vrij haar gang kunnen gaan? Zeker niet. Net als alle andere sectoren zal de landbouw en veeteelt moeten bijdragen aan een duurzamere samenleving. Er moet een eerlijke en evenwichtige verdeling komen wat betreft ruimtegebruik, milieubelasting en natuurbescherming. Maar het beeld dat de agrarische sector alleen gericht is op schaalvergroting en maximale winst, zonder zich daarbij wat aan te trekken van de maatschappelijke impact, slaat de plank volledig mis. Wanneer de auto-industrie net zo vooruitstrevend en innovatief zou zijn als de agrarische sector, zouden we allang allemaal elektrisch of zelfs op waterstof rijden. Het is tijd dat wij de boeren perspectief bieden. Zorgen dat ze tegen hun kinderen kunnen zeggen: “Kom, neem het bedrijf over, er ligt een prachtige toekomst in het verschiet.”
“Jonge boeren moeten erop kunnen vertrouwen dat de overheid duurzaam perspectief biedt.”
Derk Boswijk, Tweede Kamerlid voor het CDA, heeft vorige week een bondige en heldere nieuwe landbouwvisie gepresenteerd. En nee, hij wil niet dat de veestapel krimpt zoals sommige kranten beweren. Hij heeft veel boerenbedrijven bezocht en gezien en gehoord dat veel boeren geen opvolger hebben. Aan de andere kant koopt de overheid veel boerenbedrijven op. Het logisch gevolg daarvan is dat de veestapel krimpt. In de CDA-visie staan concrete plannen om boeren die het nog niet hebben opgegeven perspectief te bieden. Een van de plannen is om boeren te gaan betalen voor het beheer van ons prachtige landschap. Een ander plan is om te stoppen met het opleggen van boekwerken aan regels. In plaats daarvan af te spreken welke doelen we willen behalen en boeren(-organisaties) zelf te laten bepalen hoe deze doelen te behalen. De CDA-visie is compact beschreven op slechts vijftien pagina’s. KLik HIER voor de visie, lees het en vorm je eigen mening daarover.
Ook in de lokale politiek liggen kansen om boeren die graag boer willen blijven, of het familiebedrijf door willen geven aan de volgende generatie, te steunen. Dat begint simpelweg met respect tonen voor alles wat er voor onze voedselvoorziening wordt gedaan. Maar het vraagt ook ambitie en praktische maatregelen die de boer verder helpen. Zoals het toestaan van functies die extra inkomsten voor boeren opleveren. Voorbeelden daarvan zijn een mini-camping, een zuivelwinkel en educatieve- en speelvoorzieningen voor bijvoorbeeld schoolklassen. Lijsttrekker voor CDA Nunspeet Lokaal, Wichert Stoffer: “Ik ben opgegroeid tussen de boerenbedrijven en ben vele jaren werkzaam geweest in de agrarische sector. De teloorgang van het boerenbedrijf gaat mij aan het hart. Zowel in onze gemeente als richting provincie en landelijke overheid zal ik mij steeds sterk maken voor de belangen van de agrarische sector.”