Hoe racistisch is Nederland echt?

Deze week publiceerde de rechtbank Maastricht een nogal opmerkelijke uitspraak. Een minderjarige jongen met een Arabische voornaam had de rechtbank gevraagd om verandering van zijn voornaam toe te staan, omdat hij al vanaf de basisschool gepest en uitgescholden werd vanwege zijn voornaam.

De rechtbank besloot deze naamswijziging toe te staan: de rechters waren ervan overtuigd dat de jongen in zo'n ernstige mate werd gehinderd door de negatieve reacties die zijn voornaam bij klasgenootjes oproept, dat het niet houdbaar is.

De rechtbank kwam tot de volgende tamelijk cynische overweging: "Hoewel binnen een multiculturele samenleving als de Nederlandse niet zou hoeven uitmaken, dat het gebruik van een naam associaties met een bepaalde bevolkingsgroep oproept, ervaart betrokkene bij het gebruik van zijn Turkse voornaam zoveel last en ongemak dat sprake is van een voldoende zwaarwichtig belang om tot voornaamswijziging over te gaan."

De ouders betoogden ter zitting dat zij Nederland de laatste jaren hebben zien veranderen van een zeer tolerant land, waar zij erg trots op waren, in een racistisch en intolerant land. Hadden zij op voorhand de gevolgen kunnen overzien van de naam dan hadden zij nooit voor die naam gekozen, zo zeiden ze tijdens de zitting.

Behalve de psychische last die de jongen van zijn voornaam heeft, vrezen hij en zijn ouders ook dat hij in de toekomst met solliciteren problemen zal ondervinden met een Arabische naam.

Deze rechtszaak laat duidelijk zien hoeveel problemen een kind met een afwijkende, buitenlands klinkende naam ervaart. De zaak geeft tevens aan dat de rechtbank de pesterijen zodanig zwaar inschat, dat de jongen in staat wordt gesteld om zijn voornaam te veranderen.