Niet veel politici uit ons land zullen bij hun overlijden zozeer geëerd worden buiten Nederland als Frans Andriessen. En toch is dat het geval en zeer terecht. De vroegere leider van de KVP, voorganger van het CDA, kende eigenlijk twee politieke loopbanen in één leven, ook dat op zich al een uitzonderlijk feit. Niet alleen was hij een krachtig nationaal politiek dier, hij was ook een van de belangrijkste en meest doeltreffende Europese staatslieden van de voorbije 40 jaar.

Jean Claude Juncker draait er in zijn in memoriam in Brussel dan ook niet omheen. Hij onderstreept dat het juist Andriessen was die op vele essentiële terreinen de Europese Unie klaar maakte voor de toekomst. “He helped to pave the way for our common currency, the euro. He played an important role in making Europe's economy fit for the turn of the century by helping the European steel industry to innovate and the agricultural sector to modernise. Finally, he played a crucial role in advancing multilateral trade negotiations.”

Ik heb weleens de indruk dat men die grote betekenis van Frans Andriessen in ‘het Haagse’ en ook wel binnen zijn partij, het CDA, wat over het hoofd zag en is blijven zien. Als generatiegenoot van mensen als Dries van Agt en Ruud Lubbers kwam hij wat meer op de achtergrond te staan, maar zowel die beide staatslieden als de top in Brussel wisten heel goed wat voor statuur en gewicht Andriessen had.

Zoiets doe je niet zomaar

Zijn rollen in de nationale politiek werden gedomineerd door de gestage neergang van zijn partij gedurende de jaren van secularisatie en polarisatie. Dat de KVP electoraal kopje onder ging lag niet aan hem of aan zijn leiderschap. Aan de andere kant moeten wij heden ten dage erkennen, dat wie een confessionele partij nog 27 Kamerzetels zou weten te geven in deze tijd als een kanjer van een leider en een stemmentrekker van buitengewoon formaat bestempeld zou worden. In het licht van de historie zijn politiek succes en tegenslag altijd relatief.

De kwaliteit van zijn leiderschap en van zijn capaciteiten bleek uit allerlei facetten. Niet alleen uit het feit, dat PvdA-leider en premier Joop den Uyl zeer beducht voor hem was. Het verhaal van Dries van Agt is bekend, dat Andriessen bij de start van diens ‘rode kabinet met een witte, confessionele rand’ een “fabelachtig groot en zeer mooi bloemstuk van rode rozen met een rand witte rozen  er omheen” liet bezorgen op het Catshuis. “Op het kaartje stond: ‘Veel succes. Frans Andriessen, fractievoorzitter van de Katholieke Volkspartij.’ Wat ik me daarvan het meest herinner is dat Joop den Uyl absoluut niet wist – zoals zo vaak – hoe hij daarop moest reageren. Er moest iets achter zitten. Zoiets doe je niet zomaar. Joop heeft Rome nooit begrepen. Zoiets doen wij wél zomaar, het betekent verder niets,” vertelde Van Agt mij jaren later met bijna kinderlijk jolijt.

Andriessen was ook iemand die zich zeer verdiepte in de ideologische discussies over de uitgangspunten van het nieuwe CDA. Zijn blik daarop werd verruimd door mensen als de ARP-denkers Wim Hoogendijk en Dick Kuiper, die de visionaire oplossing formuleerde voor het conflict in de CDA-top met Wim Aantjes over die partij-grondslag. De KVP-leider gaf volmondig toe dat het werk daaraan van Kuiper ook bij hem een nieuw inzicht had doen groeien en “zo had ik het helemaal nog niet gezien, maar het bouwt goed verder op wat ik al vond.”

Een roomse mannenbroeder

Dit geeft aan, dat hij zowel een principieel als een constructief mens was. Dit bleek nog het meest toen hij onder Van Agt minister van Financiën werd. Consequent maar nimmer hardvochtig of met oogkleppen poogde hij de uit het lood geraakte rijksbegroting en de hoge geldontwaarding terug te drukken. Totdat hij merken moest dat hij alleen stond in de Ministerraad. Het was de VVD die hem in de steek liet, zodat premier Van Agt hem niet als enige tegen de rest van de coalitie kon steunen en overeind houden. De trouweloosheid van de liberalen aan hun eigen fiscale en budgettaire beginselen was ook toen al een bekend fenomeen. De reden daarvoor was simpel. De VVD wilde geen breuk met het CDA over de begroting, omdat dan een centrumlinks kabinet zou komen, dat de kruisraketten van de NAVO niet zou kunnen en willen plaatsen. De defensie was hen meer waard dan reductie van het begrotingstekort.

Frans Andriessen trad liever af dan dat hij met zijn eigen beginselen en overtuiging zou marchanderen. Het tekende de ruggengraat van de man. Hij was meer ‘mannenbroeder’ dan heel wat van zijn collega’s uit de toenmalige ARP weleens waren, zou je met lichte ironie kunnen zeggen. Het verhaal gaat dat Koningin Juliana zo verbouwereerd was over zo’n principiële houding van een roomse minister, dat zij eerst weigerde hem zijn ontslag te verlenen.

Staatsman tegen de Eurosclerose

In de politieke woestenij was hij allerminst uitgeteld. Er zat veel kracht en inspiratie in deze man. Toen hij Europees Commissaris in Brussel werd en vervolgens de tweede man van de Commissie onder de Franse staatsman ‘sans pareil’ Jacques Delors leek het bijna of hij een tweede jeugd kreeg. Met Delors werd hij de architect van het ‘Europa 1992’ project, de start van de Interne Markt. Samen maakten zij met groot elan en verbeeldingskracht een eind aan de zogeheten ‘eurosclerose.’

Toen midden in dat huzarenstukje en voor heel de wereld geheel onverwacht de Muur viel in Berlijn, bleek dat die twee titanen de EU klaargestoomd hadden voor de toekomst, een toekomst waarin vrije naties en eigentijdse welvaart en veiligheid Europa zouden moeten kunnen domineren. Het Verdrag van Maastricht, de euro en de bloei van ons continent in vrijheid en welzijn zijn van hun talenten en arbeid het gevolg. Het is ook aan Frans Andriessen te danken, dat in onze tijd 500 miljoen mensen leven kunnen in het meest gelukkige, welvarende en van oorlog, dictatuur en haat verloste werelddeel.

De woorden van Juncker over de thema’s waar deze ‘eurocommissaris’ gedurende meer dan een decennium in hoge mate zijn stempel op drukte, geven aan hoe breed en diep – en daarmee hoe beslissend – de impact van het werk van Andriessen is geweest. Hij bleef dan ook tot zijn dood een van de meest bewonderde en gelauwerde mensen in Brussel. Men wist er buitengewoon goed wat hij betekende en wat hij had verricht. Het is een politieke erfenis om met grote eerbied het hoofd voor te buigen bij zijn overlijden. Het CDA mag fier zijn op mensen als Frans Andriessen met wiens inzet en toewijding deze partij het land en Europa heeft mogen dienen. Fier en dankbaar, beide.

PG Kroeger. Historicus en podcaster bij Betrouwbare Bronnen

Landelijk/​Provinciaal

De twaalf provinciale afdelingen vormen de schakel tussen de gemeentelijke afdelingen en het landelijke bestuur.