Inbreng commissiedebat over telecommunicatie en post
(alleen het gesproken woord telt)
Voorzitter,
Ik wil in mijn bijdrage ten eerste ingaan op de twee grote veilingen die eraan komen, radio en 5G, en ten tweede internet in de afgelegen gebieden en mobiel bereik. Post hoop ik in een volgend debat op in te gaan.
Veilingen
Ik wil eerst twee overkoepelende punten markeren, die voor beide veilingen opgaan.
Ten eerste. Het is ontzettend belangrijk dat de radioveiling en de 5G-veiling zorgvuldige processen worden. Het gaat niet alleen om veel geld bij de veiling zelf, maar ook om langjarige investeringen na het verkrijgen van de vergunning. De overheid moet zich als organisator van de veiling als betrouwbare partner opstellen en adequate regels stellen. Ook is het belangrijk dat de Tweede Kamer voldoende wordt meegenomen en ruimte heeft om waar nodig bij te kunnen sturen.
Ten tweede. We voeren steeds vaker debatten over marktordening. Het CDA heeft in de debatten over staatsdeelnemingen en de energiemarkt gepleit voor een sterkere rol voor de overheid als het gaat om het borgen van publieke belangen. Vandaag gaat het over de radiomarkt en de telecommarkt. Dit zijn private markten, maar wel sterk gereguleerde markten. Dat vraagt niet alleen om een sterke overheid, maar ook om een sterke toezichthouder die toereikende bevoegdheden en instrumenten heeft om de markt te controleren. Het is mij nog niet helemaal duidelijk welke rol de ACM bij de veilingen speelt. Kan de minister toelichten hoe de ACM betrokken is bij de begeleiding van deze veilingen?
Veiling 3,5 GHz-band (5G)
Voorzitter,
Dan concreet naar de 5G-veiling. Een paar vragen over inhoud en proces.
Ten eerste de bandindeling. Er ligt nu een brief met het voornemen om de lokale vergunninghouders aan de randen van de band te positioneren. Ook is ervoor gekozen om in 2026 een evaluatie te doen, met de mogelijkheid van aanpassing van de bandindeling per 2030. Dat duurt nog even, maar levert ook weer nieuwe onzekerheid op. Kan de minister aangeven of deze oplossing voldoende investeringszekerheid biedt voor de sector? Volgens mij heeft de sector belang bij rust en duidelijkheid.
In het verlengde hiervan heb ik een vraag over de ingebruiknameverplichting. Als je een vergunning verkrijgt, ben je als vergunninghouder verplicht om ook daadwerkelijk aan de slag te gaan. Dat voorkomt speculatie en dat is goed. Maar met de nieuwe onzekerheid die nu wordt geïntroduceerd, lokt dit geen strategisch gedrag uit? In hoeverre kan je als vergunninghouder wachten totdat er in 2026 misschien duidelijkheid is voordat je begint met uitrollen van 5G? Het is in het publieke belang om dit te voorkomen, dat zal de minister toch met mij eens zijn?
Dan naar het proces in de tijd. Het Nationaal Frequentieplan komt in februari. Daarna moet de ontwerp-veilingregeling geconsulteerd worden. Daarna weer een aantal weken voor het ministerie om aanpassingen door te voeren. Dan hoop ik dat we er voor de zomer over kunnen debatteren. En dan wordt er in de zomermaanden geveild, zodat Inmarsat hopelijk genoeg tijd heeft en de vergunningen op 1 december 2023 kunnen ingaan. Dat is erg krap. Bij de Najaarsnota heb ik gepleit voor 'slow politics' en dat herhaal ik hier. Ik wil graag de garantie van de minister dat er voldoende ruimte is voor de Kamer om het debat aan te gaan over het definitieve bandplan en de veilingregeling. Met de nadruk op het woordje 'definitieve'. Kan de minister dit toezeggen?
Radioveiling
Voorzitter,
Op de radiomarkt is het nog steeds onrustig. Er loopt nog een belangrijke rechtszaak waarvan we de uitkomst niet weten. Ik moet het daarom doen met de informatie die er nu ligt. De rechter zich heeft uitgesproken dat de veiling door moet gaan. Ik heb al gewezen op het belang van een zorgvuldig proces. Kan de minister hier specifiek voor de radioveiling op ingaan? Ik ben daarnaast blij dat de minister een aantal adviezen van de ACM overneemt, onder andere om het aantal clausuleringen terug te brengen. Volgens mij is iedereen daar blij mee.
Internet in afgelegen gebieden
Voorzitter,
De toegang tot vast en snel internet moet in ons land een basisvoorziening zijn. Er ligt nu een brief, waarin staat dat er nog 19.000 adressen zijn die dreigen achter te blijven. Het kabinet heeft uitgesproken dat deze kloof moet worden gedicht en dat daarvoor een interventie van de overheid nodig is. Goed dat het kabinet dit inziet, want de markt gaat dit niet oplossen en dat snap ik. Maar betekent dit nu concreet dat het voor deze 19.000 adressen geregeld gaat worden? Ik zie dat de minister al een aantal keer heeft verwezen naar de Voorjaarsnota van 2023. Als financieel woordvoerder weet ik maar al te goed dat dat een uitdaging wordt. Hier heb ik gisteren tijdens het debat over de Najaarsnota al wat woorden aan gewijd. Maar wat is het commitment van de minister dan aan die 19.000 adressen? Want hoe rijmt zij dit met de ambitie om het op te lossen?
In aansluiting hierop heb ik nog een vraag over de 'witte vlekken', waar het mobiele bereik nog niet goed genoeg is. De minister heeft in de beantwoording van mijn Kamervragen aangegeven dat ze nog niet is gestart met het opzetten van een informatiepunt waar mensen zich kunnen melden, omdat er andere prioriteiten waren. Ik vind het wel belangrijk dat deze toezegging snel wordt uitgevoerd, want zo ingewikkeld hoeft het toch ook niet te zijn? Graag een reactie.
Dank u wel.