Kadernota 2020
Dinsdag 2 juli tijdens de laatste raadsvergadering van het zomerreces werd de Kadernota 2020 behandeld. Lees hieronder de inbreng van het CDA bij monde van fractievoorzitter Erwin Dehing.
Voorzitter, voor ons ligt de kadernota 2020 ‘nieuwe stijl’. Een kadernota waarvoor de inhoud van het coalitieakkoord 2018-2022 alsook het besprokene tijdens de themabijeenkomst op 9 april de input voor de gestelde kaders heeft geleverd. De CDA-fractie heeft kennis genomen van de in deze kadernota opgenomen financiële vertrekpunten/ algemene richtlijnen. Wat ons betreft kan o.b.v. de inhoud van deze nota de verdere koers worden uitgezet bij de uitwerking van de programmabegroting 2020. Hierbij merken wij wel nog het volgende op:
Onze reservepositie op peil houden is volgens de CDA-fractie noodzakelijk. De geformuleerde richtlijn ter bescherming van de reserves heeft dan ook onze goedkeuring. Bij grote uitgaven moet een duidelijk maatschappelijk rendement aangetoond kunnen worden, waardoor een belastingverhoging ter dekking van nieuwe uitgaven verantwoord is. Daarnaast kan het behalen van efficiency-voordelen op grote structurele kostenposten onze vermogenspositie verbeteren.
Wat de verenigingsaccommodatie Wessem betreft hebben wij er begrip voor dat de investering duurder is geworden door de bouwvlakproblematiek alsook de indexering van de bouwkosten. Dat we tevens de huidige exploitatie verbeteren is naar onze mening ook een pré. Echter als dat dus betekent dat de jaarlijkse kosten voor dit project bijna 4 maal duurder zijn dan beide accommodaties De Spil in Maasbracht en Don Bosco in Heel bij elkaar, de twee accommodaties die binnen onze gemeente een regiofunctie vervullen, is dat voor de CDA-fractie de grens. Wat ons betreft gaan we dan ook met de wethouder opnieuw in gesprek over de kaders voor een nieuwe opdracht.
De voorbereidingen inzake het project A2-ontsluiting Clauscentrale voorlopig stil leggen tot er meer duidelijkheid is over de investeringsbeslissing van RWE wat betreft de bouw van Claus D is naar onze mening een goede overweging. Opgemerkt zij wel dat de gereserveerde gemeentelijke middelen hierbij wel in stand dienen te blijven.
Aan maatregelen ter versterking van de dijken in Wessem en Thorn ontkomen wij als gemeente niet. Het Waterschap is de instantie die hierover besluit en de middelen inzet. Daarnaast wordt er door RWS momenteel gekeken naar de mogelijkheden een retentiegebied in te richten tussen Wessem en Thorn. Besluitvorming hierover ligt eveneens niet bij onze gemeente maar in casu bij de landelijke overheid. De CDA-fractie vindt het in het kader van deze ontwikkelingen van het grootste belang dat we in gesprek blijven met de diverse belangengroepen en op deze wijze met elkaar zoeken en blijven zoeken naar de meest wenselijke aanvullingen op de maatregelen die door de andere overheden worden genomen.
T.a.v. de programmabegroting 2021 wordt in de kadernota opgemerkt dat onderzocht wordt om de personeelsbegroting te begroten op basis van het functieboek gewaardeerd tegen het maximum van de functieschaal. Bij de resultaten van dit onderzoek ontvangen wij graag meer inzicht in de systematiek hierachter. Kan de pfh ons reeds informeren of en zo ja wanneer wij deze resultaten tegemoet kunnen zien?
Het klimaatakkoord en de energietransitie vergen de komende tijd ook de nodige inzet binnen onze gemeente. In relatie tot de totstandkoming van de Regionale Energie Strategie Noord- en Midden Limburg begrijpen wij goed dat sommige gemeenten een groter deel van de transitieopgaven voor hun rekening zullen moeten nemen dan anderen. In relatie tot de ruimtelijke omstandigheden vragen wij bij deze ontwikkelingen wel specifieke aandacht voor de ruimtelijke kwaliteit binnen onze eigen gemeente.
De koppeling van hondenbelasting met hondenbeleid en de toegroei van inkomsten en uitgaven wordt ontraden. De CDA fractie zou graag zien dat behalve de financiële consequenties van de tijdens de themabijenkomst besproken verbeteringen, ook de consequenties van het afschaffen van de hondenbelasting inzichtelijk worden gemaakt incl. hoe de hieruit voortvloeiende budgettaire claim opgevangen zou kunnen worden door het verhogen van andere belastingen.
De kadernota sluit af met een 6-tal eerder ingetrokken amendementen i.r.t. ons belastingbeleid en belastingverordeningen waarbij is afgesproken er bij de kadernota op terug te komen. Hierbij een korte reactie onzerzijds:
Amendement zonnepanelen buiten WOZ waarde houden
Zonnepanelen hebben een positieve invloed op de verkoopprijs en zouden dus in de WOZ-waarde moeten worden meegenomen. De CDA-fractie kan dit amendement derhalve niet steunen.
Amendement verenigingsgebouwen van niet-woningen naar woningen
Er loopt momenteel een onderzoek van de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) naar dit onderwerp. De CDA-fractie staat positief tegenover de inhoud maar wacht de resultaten van dit onderzoek graag af. Het CDA stelt voor dit amendement aan te houden en bij de begrotingsbehandeling later dit jaar hierop terug te komen.
Amendement OZB tarieven niet-woningen en woningen naar elkaar laten groeien
Het CDA steunt dit amendement niet. Dit amendement zou het voordeel voor verenigingen bij accordering van het vorige amendement immers te niet doen.
Amendement inzetten BTW-voordeel uit actualisatie kostendekkendheid riolering voor lagere tarieven van rioolheffing
Wij houden vast aan het systeem van 100% kostendekkendheid en kunnen derhalve dit amendement niet steunen.
Amendement tariefsaanpassing grootverbruik rioolheffing
Ook hier geldt wat onze fractie betreft het vasthouden aan het systeem van de 100% kostendekkendheid. Wij kunnen dit amendement niet steunen.
Tot slot ziet de CDA-fractie uit naar de uitwerking van de in het coalitieakkoord genoemde doelen/actiepunten waar momenteel aan gewerkt wordt zoals de nota sportbeleid, de visie op gebiedsmarketing en het organiseren van het accountmanagement voor burgerinitiatieven. Maar ook de mogelijke herijking van het subsidiebeleid als vervolg op de gesprekken van wethouder Snijckers met alle verenigingen in 2019.
Lees HIER het artikel dat De Limburger over de Maasgouwse Kadernota schreef