CDA over arbeidsmigranten
Het CDA stelde tweemaal collegevragen aangaande Arbeidsmigranten in onze Gemeente.
In het vragenhalfuurtje van de raad op 13 september sprak Raadslid Peter Henssen duidelijke taal.
Lees hier zijn bijdrage:
Geachte voorzitter,
De CDA fractie is door inwoners van Sittard-Geleen aangesproken op overlast, veroorzaakt door woningverhuur aan (buitenlandse) arbeidsmigranten. Zo wonen zes Poolse en Duitse arbeidsmigranten in een zwaar verwaarloosd pand in onze Gemeente. Vier van hen huren een kamer in het woonhuis, twee huurders bewonen de achtergelegen garage. Iedere zes weken / drie maanden komen er andere
huurders. De directe buurtbewoners vinden het niet alleen buitengewoon vervelend dat er een totaal onderkomen pand in hun buurt ligt, maar maken zich ook grote zorgen over de brandveiligheid. Ook de zwaar verwaarloosde tuin zal binnen afzienbare tijd ongedierte aantrekken. De huurders zelf veroorzaken geen overlast maar hun auto’s doen dat echter wel! Overdag zijn de huurders afwezig, maar ’s avonds en in het weekend staan hun auto’s in de bochten en op de stoep geparkeerd en in deze drukke straat betekent dat wachten op het eerste ongeluk. Bovendien kunnen de eigenaren van de omliggende woningen die niet over een eigen oprit beschikken, hun auto’s niet meer in de buurt van hun huis parkeren. Werkgevers kopen vaak goedkope huizen op om er hun Oost-Europese werknemers te
huisvesten. Niet elke huisbaas neemt het daarna even nauw met de regels waardoor de hygiëne en (brand)veiligheid te wensen overlaten.
Vragen met antwoorden ex. Art. 43
Geachte heer Henssen,
In uw schrijven van 4 april 2018 heeft u de volgende vragen ex artikel 43 RVO aan het
College voorgelegd naar aanleiding van gemelde overlast veroorzaakt door woning
verhuur aan (buitenlandse) arbeidsmigranten.
Vooropgesteld kunnen we constateren dat de door u geschetste situatie, overlast
veroorzaakt door woningverhuur aan arbeidsmigranten, een redelijk nieuw fenomeen is
binnen gemeente Sittard-Geleen. Tot voor kort leek dit geen veelvoorkomend probleem
te zijn.
Het vermoeden bestaat wel dat het aantal meldingen van overlast in de toekomst zal
toenemen. Dit blijkt ook uit signalen dat er meer behoefte is aan huisvesting van deze
doelgroep. Vanuit dit perspectief is gemeente Sittard-Geleen recent in overleg getreden
met partijen uit het veld die een relatie hebben tot de huisvesting van arbeidsmigranten
(corporaties, particuliere beleggers, werkgevers en gemeenten). Op het thema ‘arbeids
migranten en huisvesting’ wordt vanuit verschillende blik-/ werkvelden nader ingezoomd, waarbij gekeken wordt naar kansen, mogelijkheden en ook problematiek (overlast is
hierbij een thema). Insteek is om te komen tot, wanneer dat noodzakelijk blijkt, een
specifiek beleid.
Onderstaand zullen we specifiek ingaan op de door u gestelde vragen:
Vraag 1
Is u bekend dat deze situatie(s) zich binnen onze gemeente voordoen? Zo ja, welke
actie is hiervoor ondernomen? Zo nee, heeft u voornemens hiertegen actie te
ondernemen?
Antwoord:
Ja, dit is ons bekend. Recent is een zeer beperkt aantal meldingen van overlast
binnen gekomen, die duidelijk maken dat ook in onze gemeente aandacht nodig is voor deze problematiek.
In geval van een overlastmelding wordt per melding bekeken welke actie nodig is. De reguliere praktijk is dat in eerste instantie de feitelijke situatie in kaart wordt
gebracht (beeldvorming). Vervolgens is afhankelijk van de situatie een enkel
voudige benadering voldoende om het probleem op te lossen of is het nodig om
meer disciplines te betrekken, zodat de melding integraal wordt aangepakt.
Vraag 2
Is bekend dat er op adressen in onze gemeente meerdere arbeidsmigranten onderdak
hebben en zo ja, zijn ze verplicht zich te laten inschrijven en zo ja, is dit ook gebeurd?
Antwoord:
Het is wel bekend dat er binnen onze gemeente woningen zijn waar arbeids
migranten wonen. Echter, er is geen volledig overzicht van alle adressen waar
arbeidsmigranten onderdak hebben. Verklaring hiervoor is onder meer dat
inschrijving in de BRP (Basisregistratie Personen) pas een verplichting is bij een
verblijf langer dan 4 maanden.
De verplichting om zich in te schrijven in de BRP geldt voor iedereen. Voor alle
arbeidsmigranten (dus zowel van binnen de EU als daarbuiten) die korter dan 4
maanden in Nederland verblijven, bestaat dus geen verplichting zich in de BRP te laten inschrijven.
Vraag 3
Hebben wij als gemeente ambtenaren in functie die soortgelijke gevallen bewaken,
behandelen en mogelijk bijsturen.
Antwoord:
De boa’s en toezichthouders van team Handhaving zien toe op naleving van wet
en regelgeving in het algemeen. Overlastsituaties worden onderzocht naar
aanleiding van meldingen. Voorzover nodig worden andere afdelingen van onze
gemeente betrokken bij de verdere afhandeling van meldingen.
Vraag 4
Landelijk zijn er gemeenten die Poolse en Roemeense arbeidsmigranten weren met als
doel om woonwijken leefbaar te houden, mede omdat buurtbewoners klagen over
geluidsoverlast en straten vol met auto’s met Oost Europese kentekens.
Gemeentebesturen overwegen dat er maximaal vier arbeidsmigranten per huis mogen
wonen. Overweegt het college hetzelfde te doen. Zo niet, waarom niet?
Antwoord:
De gemeente Sittard-Geleen heeft op dit moment nog geen specifiek beleid als het gaat om huisvesting van arbeidsmigranten. Wel is sprake van woonbeleid in meer algemene zin dat ook voor arbeidsmigranten geldt, bijvoorbeeld met betrekking
tot kamerverhuur.
Het thema ‘arbeidsmigranten en huisvesting’ wordt momenteel, zoals in de
inleiding benoemd, nader onderzocht. De uitkomsten van dit traject worden, waar nodig, vertaald in specifiek beleid. Of een percentage-regeling (bijv. maximaal 4
arbeidsmigranten per woning) onderdeel uitmaakt van het te formuleren beleid, is nu nog niet duidelijk. We zullen uw suggestie daartoe meenemen.
Hierop zijn vervolgvragen gesteld:
Geachte voorzitter,
Op 31 mei jl. heeft het CDA antwoorden ontvangen op gestelde vragen d.d. 4 april.
Zie hiervoor kenmerk 2151427.
Het CDA is blij dat u de mening deelt dat er overlast wordt veroorzaakt. Omdat u het vermoeden heeft dat het aantal meldingen in deze zal toenemen, bent u vanuit dit perspectief als Gemeente in overleg getreden met partijen uit het veld die een relatie hebben tot vernoemde huisvesting. We zijn nu 3 maanden verder en we gaan er van uit dat u inmiddels een beeldvorming heeft. In dit perspectief heb ik namens het CDA enkele vervolgvragen:
Vervolgvragen ex. Art. 43:
1. Hoeveel meldingen dienaangaande zijn er inmiddels binnengekomen, al dan niet anoniem?
2. Door de binnengekomen meldingen is inmiddels bekend waar geschetste situaties zich voor
doen. Klopt dit? Zo nee heeft u andere informatie die hierin bijdraagt?
3. Bij 1e brief, vraag 4, stelde het CDA dat er Landelijk Gemeenten zijn die arbeidsmigranten weren.Gelet op ontwikkelingen – ook Landelijk- is mijn vraag: ”Wat doen wij als Sittard-Geleen hier nu
mee ?”
4. Vaak is een snelle aanpak bij de basis en duidelijkheid voor allen, een betere methode dan
gevolgbestrijding. Om op korte termijn een richting te hebben, vragen wij: “Op welke datum denkt u meer informatie en richting te kunnen geven?”
Het CDA stelt het op prijs wanneer binnen de daarvoor geldende termijn passende antwoorden worden geretourneerd.