Ankie de Hoon: 'Het CDA houdt van samen. Niet samen voor ons zelf, maar samen voor elkaar'
Bij de start van de begrotingsbehandeling sprak fractievoorzitter Ankie de Hoon de volgende tekst:
Over 4 dagen, op 9 november, vieren we de val van de Berlijnse muur, nu 32 jaar geleden. Eind vorige eeuw werden dus muren afgebroken, nu worden ze weer opgebouwd. Tussen landen en tussen groepen mensen, al dan niet fysiek.
Pieter Heerma zei tijdens de algemene beschouwingen, enkel weken geleden, in de Tweede Kamer:
De Corona crisis heeft als een vergrootglas gewerkt voor de tegenstellingen in onze samenleving.
We zijn steeds hoger opgeleid, maar ons land kent 2 miljoen laaggeletterden. We zijn met iedereen digitaal verbonden maar de eenzaamheid groeit. In het toeslagenaffaire werden duizenden mensen door hun eigen overheid in de problemen gebracht. Einde citaat.
Tegelijkertijd hebben we ook het afgelopen jaar gezien dat mensen juist wel om elkaar geven en bereid zijn elkaar te helpen. En, snakken we er niet allemaal naar elkaar weer te ontmoeten, samen te sporten, samen te feesten, gewoon samen, elkaar weer zien.
Het CDA houdt van samen. Samen, maar niet samen voor ons zelf, maar samen voor elkaar.
Juist die verbinding, in de vorm van wederkerigheid, verantwoordelijkheid en solidariteit, kan het vertrouwen herstellen dat we als één gemeenschap elke uitdaging aan kunnen. Het plaatst de samenleving boven de overheid en boven de markt en geeft burgers meer ruimte om met elkaar vorm te geven aan een goed leven.
Een samenleving die recht doet aan mensen en hun onderlinge relaties. Waar vrijheid en verantwoordelijkheid onlosmakelijk met elkaar zijn verbonden. Niet omdat het moet van de overheid. Niet omdat de markt het dicteert maar omdat we als mensen elkaar nodig hebben.
In de begroting van ons Brabant voor het komende jaar herkent de fractie van het CDA, gelukkig, ook deze elementen. Brede Welvaart, als een van de samenbindende thema’s, geeft daar vorm aan. Brede Welvaart is het cement tussen de stenen. Onze provincie kan daarbij in samenwerking met regio’s en gemeenten een belangrijke rol spelen. U weet, voorzitter, wij spraken daar eerder over bij de behandeling van de perspectiefnota en zijn blij dat we hier mee aan de slag gaan.
Wat het CDA betreft moet hierbij ook ruimte gegeven worden aan gemeenschappelijke, zelforganiserende initiatieven. Zij vervullen dezelfde rol als de kerk, de vakbond en de coöperaties altijd al deden. Cement tussen de stenen dus. Netwerken, waar mensen op terug kunnen vallen, elkaar kunnen helpen, betekenis vinden en zich thuis kunnen voelen.
Gelukkig zien we het steeds meer: een coöperatieve samenleving, waar mensen met elkaar gezond voedsel inkopen, kinderen opvangen, duurzame energie opwekken, voor elkaar zorgen of nieuwe woonprojecten oprichten.
Over wonen gesproken voorzitter,
Vorig jaar vroeg het CDA , bij de behandeling van de begroting toen, aandacht voor de verhuurdersheffing. Welnu, kennelijk heeft men in Den Haag gehoord wat we daarover in Den Bosch hebben gezegd en we zijn verheugd te zien dat er op dat gebied nu vooruitgang wordt geboekt. Het begin is gemaakt, maar we zijn er nog niet. Hopelijk plukken we daar ook in Brabant de vruchten van.
Tijdens diezelfde Statenvergadering van 13 november 2020 vroegen we aandacht voor de woonbehoefte in kleinere kernen. We waren benieuwd naar de verhuisbewegingen in Brabant.
Zoals het CDA al vermoedde blijkt uit de “Staat van Brabant”, die is opgeleverd bij de Begroting, dat er een grote trek vanuit de steden naar het landelijk gebied in Brabant is. Het binnenlands migratiesaldo komt voor de Brabantse steden negatief uit. Het Brabantse landelijk gebied ziet hier juist een plus. [die is veel groter (4x) dan de min die we zien bij de steden indien in aanmerking wordt genomen dat Cranendonck alleen een negatief saldo heeft van ruim 3000 mensen als gevolg van de plaatsing van statushouders uit het asielzoekerscentrum in Budel naar elders in het land] De steden hebben in 2020 wel een groot aantal mensen uit het buitenland naar zich toegetrokken, waardoor er per saldo ook in de steden sprake is van groei. Kortom, de druk op de woningmarkt is groot, zowel in de steden als in de dorpen. En deze druk zal nog wel een tijdje aanhouden.
Er wordt nu volop ingezet op het realiseren van woonruimtes in zowel steden als kleine kernen, en dat moet voor een langere periode zo blijven, ook in kleine kernen. Om de aandacht voor dorpen en kleine kernen in de toekomst vast te houden, vragen we, samen met GroenLinks en ChristenUnie-SGP, het College om dat in de uitwerking van het beleidskader Leefomgeving mee te nemen. En dat doen we via een motie. Hiermee bedoelen we dat er bijvoorbeeld blijvend ingezet wordt op het creëren van woonruimtes in kerkgebouwen.
Voorzitter,
Na de coronadip vorig jaar, lijkt de economie zich nu al weer te herstellen. Herstellen, ja, maar terug naar hoe het was? Dat zeker niet. Overal zijn de gevolgen van maanden stilstand of vertraging, gevolgd door een sterke inhaalslag merkbaar. Grondstoffen zijn schaars, energie is duur, containers zijn niet te krijgen en levertijden worden langer.
Meer en meer argumenten om het heft in eigen hand te nemen, oftewel, het terughalen van bedrijfsactiviteiten naar Nederland, in goed Nederlands: Reshoring.
De SER heeft onlangs gezegd dat reshoring vooral een strategische afweging van bedrijven zelf is en dat er vrijwel geen rol voor de overheid is. We herinneren ons dat eerdere colleges van GS daarover een andere mening hadden. Wat is de visie van dit college? Willen we inzetten op de terugkeer van maakbedrijven? Wat is de impact van reshoring op de arbeidsmarkt? Hoe beïnvloeden deze ontwikkelingen de relatie met regio’s als bijvoorbeeld China?
De arbeidsmarkt stelt ons voor de nodige uitdagingen. Lange tijd waren we op zoek naar meer banen. Dat was ook steeds de inzet van de provinciale maatregelen. Nu lijkt het er al even op dat we moeten kijken hoe we de banen krijgen ingevuld. Het is goed dat GS daarvoor de nodige aandacht heeft. In Brabant ontvangen 32.000 mensen een WW-uitkering. Dat is een laagterecord, een goede zaak. Echter, ongeveer de helft van deze groep Brabanders is ouder dan 50 jaar. Wij dienen een motie in om te benadrukken dat zowel jongeren als ook ouderen aan bod komen in ons arbeidsmarktbeleid.
Voorzitter,
Het CDA is blij dat expliciet gesteld is dat er focus moet zijn op uitvoering van bestaande plannen.
Er moeten volop woningen worden gebouwd. Daarbij komt vergunning verlening om de hoek kijken. Via een motie vragen we het College welke instrumenten of processen ingezet kunnen worden om de huidige lange doorlooptijden van vergunningaanvragen te kunnen verkorten.
Vrijwel alle supermarkten gaan overschakelen naar de zogenaamde ‘beter leven’ kip. Dat is een goede zaak, vindt ook het CDA. Elke kip krijgt meer ruimte en er is, daardoor, onder andere, meer dierenwelzijn, lokale afzetmarkten, minder transport en mogelijk een beter verdienmodel voor de boer. Het ziet er nu naar uit dat kippen uit heel Nederland kunnen kwalificeren als “beter leven kip”, behalve de Brabantse kip. Aan deze verduurzaming kan de Brabantse pluimveehouder nog niet meedoen. Wat kan het College doen om er voor te zorgen dat ook de Brabantse kip de kwalificatie “beter leven kip” kan krijgen waardoor de Brabantse kip in de schappen van de Nederlandse supermarkt blijft? Afhankelijk van de beantwoording van het College hebben we voor de tweede termijn een motie achter de hand.
Veiligheid
De provincie wil Noord-Brabant voor zoveel mogelijk mensen een fijne en leuke plek laten zijn. Om te wonen, werken en te bezoeken. Veiligheid is daarbij erg belangrijk.
Ondermijnende criminaliteit is een maatschappelijk probleem dat ons allemaal aangaat. We maken ons zorgen over ondermijning in het buitengebied, Bij de aanpak van ondermijning werkt de provincie langs drie actielijnen:, 1 van de drie lijnen is een veiliger buitengebied het CDA is dan ook blij met het meldpunt ondermijning buitengebied. De provincie zet samen met inwoners, gemeenten, politie en justitie in op de bestrijding van ondermijnende criminaliteit. De CDA fractie is dan ook benieuwd hoe ver het staat met het beleidskader veiligheid?
Mobiliteit
Voorzitter,
Wat was het een verademing: minder verkeer, geen files en minder uitstoot. Reistijden waren plots veel korter. Dat thuiswerken voor velen een onderdeel zal blijven van de routine is zeker. Echter, de economie heeft zich razendsnel hersteld en kennelijk gaan dagelijks toch weer zoveel mensen de weg op dat de files terug zijn. De door het Planbureau voor de Leefomgeving verwachtte afname van de files lijkt uit te blijven.
Mede om die reden is het van belang te blijven werken aan een goede kwaliteit en kwantiteit van de mobiliteit in Brabant. Er is in het beleidskader Mobiliteit een drietal goede criteria opgenomen. Door middel van een motie vragen wij met een aantal andere partijen aandacht voor een vierde element. We willen accentueren dat ook gewogen zou moeten worden in welke mate een project bijdraagt aan verbeterde leefbaarheid en mobiliteit voor iedereen.
Verbeterde leefbaarheid in relatie tot mobiliteit, dat bereik je ook door minder uitstoot. Wat het CDA betreft is nu toch de tijd daar: er zijn voldoende mogelijkheden, de laadinfrastructuur is in Brabant en elders in Nederland, op orde. Is het geen tijd dat ook het college overstapt op elektrisch rijden?
Reeds vaker heeft het CDA aandacht gevraagd voor de veiligheid en leefomstandigheden van vrachtwagenchauffeurs. Europese regelgeving verbiedt het slapen in de truck (met name tijdens de verplichte wekelijkse rust) maar waar kan de chauffeur terecht? Regio’s hebben opdracht samen te werken en te zoeken naar locaties voor truckparkings waar door chauffeurs overnacht kan worden.
Onlangs bleek ons dat er, wellicht had covid-19 ook hier invloed op, nog niet veel vooruitgang is geboekt op dit terrein en dat met name waar het gaat om plaatsen te vinden waar chauffeurs nabij of in de vrachtwagen kunnen overnachten er nog weinig of geen oplossingen gevonden zijn. Dit is in combinatie met regelgeving op lokaal niveau die het vrachtwagenchauffeurs verbiedt op bedrijventerreinen, laat staan elders, te overnachten en de groei van de logistieke sector in Brabant, een probleem wat alleen maar groter is geworden. Heeft GS zicht op oplossingen voor dit nijpend probleem?
Voorzitter,
Na inspanning komt ontspanning. De provincie timmert aan de weg en werkt aan het water. Zo wordt Brabant gezonder en mooier. Van het mooie van Brabant moeten we allemaal kunnen genieten. Recreatie in, op of aan het water groeit, ook in Brabant. Waar echter natuur en waterveiligheid, terecht, de prioriteit krijgen verliest de waterrecreant de ruimte. Voor veel Brabanders is dobberen in een bootje of lekker rustig aan de kant de hengel uitwerpen de manier om te ontspannen. We willen met een motie vragen om hiervoor oog te hebben bij de aanpak van de wateropgaven. Deze motie dienen we in samen met de VVD.
Daarmee eindig ik deze algemene beschouwing zoals ik haar begonnen ben: Samen, Het CDA houdt van samen. Samen, niet samen voor ons zelf, maar samen voor elkaar. 'Samen, Slagvaardig en Slim: Ons Brabant' SAMEN BOUWEN AAN DE KWALITEIT VAN BRABANT. Dank u wel.