02 november 2009

Beleidsnota Huisvesting arbeidsmigranten

Afgelopen maandag 2 november 2009 stond opnieuw de beleidsnota Huisvesting Arbeidsmigranten op de agenda van de commissie Ruimte en Economie. Na een jaar ligt er nu een nota waar draagvlak voor is.  

Het CDA heeft vanaf het begin onderkend dat er beleid moet komen voor het huisvesten van arbeidsmigranten. Ook nu het even economisch minder gaat is een goede beleidsnota noodzakelijk omdat met het aantrekken van de economie de behoefte naar arbeidsmigranten flink zal stijgen. Spreiding, eerlijke verdeling, humane huisvesting en fasering in grootschalige huisvesting zijn bij de inbreng van het CDA uitgangspunt geweest. 

In twee voorgaande commissies in december 2008 en maart 2009 is flink gediscussieerd over de inhoud van het voorgenomen beleid inzake huisvesting arbeidsmigranten. Voor het CDA kwamen 3 duidelijke punten naar voren waarin ons inziens het beleidstuk aangepast diende te worden. Ten eerste vonden we dat grootschalige huisvesting op industrie terreinen niet wenselijk was. Zeker niet als we zelf al als beleid hebben dat eigen burgers er niet (meer) mogen wonen dan moeten we er ook geen arbeidsmigranten huisvesten.  

Hiermee viel een eerdere optie al af op Industrietrerrein de Bottel. Echter omdat op industrieterrein Leemskuilen wonen wel is toegestaan kon daar nog steeds grootschalige huisvesting gerealiseerd worden. Door onze inbreng in de commissie van maart 2009 en in afstemming met het huisvestingsbeleid in omliggende gemeenten heeft het college er ook voor gekozen om grootschalige huisvesting op alle industrieterreinen niet toe te staan. Wonen en werken levert al de nodige spanningen als het om leefmilieu gaat, dan moeten we dit ook niet stimuleren. Ten tweede zagen we dat huisvesting onevenredig verdeeld was over de wijken en dorpen. Met name de St. Jozefparochie stond op de nominatie om een groot deel van de huisvesting voor haar rekening te krijgen. Wij zijn dan ook zeer tevreden over het invoeren van de 4% norm per wijk of dorp en daarbinnen de 10% norm per straat, zodat iedere wijk of dorp een evenredig deel bijdraagt en spreiding daarmee goed ingevuld wordt. Ten derde vonden we dat grootschalige huisvesting zich eerst moet bewijzen binnen de omgeving. Wij hebben daarom ook gepleit voor fasering. Dus niet in 1 keer 40 arbeidsmigranten plaatsen in een daarvoor geschikt gebouw of te realiseren gebouw, maar qua aantal te faseren. Vervolgens de situatie evalueren om vast te stellen of doorgroei naar 40 plaatsen mogelijk is, het lager aantal gehandhaafd kan blijven of dat er zelfs voor gekozen moet worden om de huisvesting op te heffen omdat er bijvoorbeeld onoverkomelijke problemen ontstaan. Ook dit punt is gehonoreerd met de fasering 20 en daarna eventueel uitbouwen naar 40. 

Hiermee ontstaat een beleidsnota Huisvesting arbeidsmigranten die kan rekenen op een breed draagvlak en waarmee de huisvesting van de arbeidsmigranten uit de illegaliteit gehaald wordt.  

Leo Cuijpers (Raadslid)

Landelijk/​Provinciaal

De twaalf provinciale afdelingen vormen de schakel tussen de gemeentelijke afdelingen en het landelijke bestuur.