Het CDA stelt vraagtekens bij de verkoop van de Van Goghkerk. Lees hier de volledige bijdrage die Ronnie Buiks gisteren inbracht.
Natuurlijk hoort Van Gogh bij Etten-Leur. Hier groeide hij op tot de schilder die hij werd. Hier staat nog de kerk waar zijn vader in predikte. Dus natuurlijk ziet het CDA ook graag dat Etten-Leur onderdeel is van vangoghbrabant.com, met haar boeiende ontdekkingsreis door de geboortestreek van onze beroemdste inwoner. Een unieke kans om samen met Zundert en Nuenen uit te groeien tot een toeristische trekker. De verkoop van de Van Gogh Kerk aan de NV Van Gogh lijkt daarvoor een stap in de goede richting. Maar is dat ook zo? Als CDA vinden we dat we daarbij moeten kijken naar het complete verhaal. Inclusief het financiële plaatje. En dat is nu niet volledig. Ik wil dat graag onderbouwen.
Allereerst kijken we naar de benodigde lening. De provincie bood voor de aankoop een lening van 1,2 miljoen euro tegen 2% rente. Maar bij de gemeente Etten-Leur mag de Van Gogh NV een lening afsluiten tegen een rente van 0,75%. Met een beperkt onderpand. Met als argument dat de gemeente bij zo’n laag rentepercentage minder subsidie hoeft te betalen. Wie wil dat niet in Etten-Leur? Wij zien dit als CDA dan ook als een verkapte subsidie van € 15.000 op jaarbasis. Ofwel: € 375.000 over 25 jaar. Daarnaast is er nog het risico op staatssteun: ofwel andere partijen kunnen dit zien als oneerlijke concurrentie.
Ten tweede is er de afschrijving in combinatie met de toevoeging aan de voorziening groot onderhoud. Het college gaat uit van 25 jaar gelijkblijvende lasten van totaal € 104.000. Ongeveer een derde daarvan is voor gas, water, licht, verzekeringen en klein onderhoud. € 34.500 wordt jaarlijks gereserveerd voor groot onderhoud. En elk jaar komt de rente en afschrijving op totaal € 36.000. 25 jaar keer € 104.000 is een totaalbedrag van 2,6 miljoen euro aan lasten. Maar: de rente en afschrijvingen lopen nog maar 10 jaar door. Als de onderhoudskosten lager zijn opgenomen dan de verwachte onderhoudskosten is de voorziening te laag opgenomen. Als wij geen aanbouw of andere investering gaan doen is de afschrijving dus na 10 jaar vervallen. Na tien jaar zijn de kosten zodoende geen € 104.000 meer, maar € 104.000 min € 36.000. Ofwel: 68.000. Het gaat dus niet om 2,6 miljoen euro lasten die worden bespaard, maar om ruim 2 miljoen euro. Een verschil van € 540.000.
Ten derde komt daar nog bij dat als de kerk verkocht wordt, de gemeenteraad op een andere locatie moet vergaderen. In het verleden berekende het college dat het 1,2 miljoen euro kost om het huidige gemeentehuis daarvoor geschikt te maken. Het CDA kan u verzekeren dat daardoor de kapitaalslasten hoger uitkomen dat het voordeel dat u nu heeft berekend. Wij gaan er hoe dan ook vanuit dat de gemeente jaarlijks extra kosten gaat maken van minimaal € 25.000 voor het houden van de raadvergaderingen. Ofwel € 625.000 per 25 jaar.
Al met al voorzitter is het voordeel niet de 1,9 miljoen euro ofwel € 76.000 per jaar die u aangeeft. Wij vinden dat dit bedrag gecorrigeerd moet worden met het vervallen van de rente en afschrijvingen, de kosten voor de andere vergaderlocatie en natuurlijk de jaarlijks €15.000 extra subsidie aan de stichting vanwege een rentevoordeel. Dat brengt het voordeel op nog maar € 10.000 op jaarbasis. Oftewel € 250.000 na 25 jaar. En daar krijgen we dan nog de fiscale risico’s en het risico met betrekking tot staatssteun bij. En dat is volgens het CDA het complete financiële verhaal.
En daaruit blijkt, voorzitter, dat we het voor de kosten niet moeten doen. Als we deze keuze maken, moeten we het doen om andere redenen. Om die kans om aan te sluiten bij de Van Gogh-initiatieven. Die moeten leiden tot meer toeristen in Etten-Leur, waar ook ondernemers van kunnen profiteren. Maar ook daar zijn risico’s. Wat als het aantal bezoekers niet wordt gehaald? Moet de gemeente dan weer bijspringen? Het CDA denkt van wel. En op welke manier worden die toeristen eigenlijk verleid om naar Etten-Leur te komen? We hadden via de businesscase meer overtuigd willen worden van de slagingskans, bijvoorbeeld door toegezegde externe sponsoring voor mooie initiatieven zoals het Van Gogh-pad in Nuenen. Of subsidiestromen vanuit de provincie, nu de NV daar geen lening hoeft aan te gaan. Het CDA heeft ook via haar Europese vertegenwoordiger navraag gedaan omtrent Europese subsidies. Er zijn enkele Europese regelingen die hierop van toepassing zouden kunnen zijn. Een eerste mogelijkheid is het Creative Europe-programma, dat onder meer de ondersteuning en instandhouding van Europees cultureel erfgoed omvat. Hiervoor gaan binnenkort de inschrijvingen open. De Creative Europe Desk NL kan helpen bij het doen van een aanvraag voor deze regeling.
Daarnaast is er nog het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling (EFRO), een fonds waaruit alle Europese regio's geld ontvangen. EFRO bevat de mogelijkheid om een deel van het ontvangen geld aan te wenden voor cultureel erfgoed. Het lijkt er echter op dat de provincie Noord-Brabant – dat in het kader van EFRO als landsdeel Zuid-Nederland samenwerkt met de provincies Limburg en Zeeland – deze mogelijkheid niet heeft meegenomen in de kaders die men zelf heeft opgesteld voor de Zuid-Nederlandse EFRO-bijdrage, het zogenaamde 'OpZuid'-programma voor de periode 2021 - 2027. Wellicht is het dan ook handig om bij de provincie te polsen of het nieuwe programma inmiddels klaar is en welke mogelijkheden dit (nog) biedt. Voor het CDA is het jammer dat ook deze mogelijkheid niet terugkomt in het voorstel.
Nu dat bovenstaande niet zo is vinden we deze stap financieel onverantwoord. Want we kunnen het niet uitleggen aan andere verenigingen en stichtingen die óók bezoekers naar Etten-Leur willen halen. Of clubs die het financieel erg lastig hebben en niet of nauwelijks op steun kunnen rekenen. Ook al niet omdat er niet is gekeken naar alternatieven. Wat gebeurt er bijvoorbeeld als net als bij het kapelletje in het Oderkerkpark de kerk bij inschrijving te koop wordt gezet met daarbij dezelfde voorwaarden als die voor de van Gogh stichting zouden gelden? Misschien zijn er wel creatieve ondernemers in Etten-Leur die ook kansen zien in deze locatie. En misschien kunnen die wel een mooie samenwerking met de Van Gogh Stichting realiseren. Het CDA heeft in het verleden al vaker op deze aanpak aangedrongen. Want dan valt er iets te kiezen. Inmiddels heeft zich al een ondernemer uit Etten-Leur zich bij het CDA gemeld met een veel beter bod op de kerk dan de van Gogh stichting heeft gedaan. Dit onder dezelfde voorwaarden.
Het CDA is daarom benieuwd naar de reactie van de wethouder op onze financiële correcties en de onzekerheden op gebied van staatssteun en fiscale aspecten. Maar we zijn vooral benieuwd naar het plan B als de doelstellingen niet behaald worden én de mogelijkheden die de wethouder ziet voor een andere aanpak van de verkoop van de Van Gogh Kerk. De vraag is ook of de wethouder nog mogelijkheden ziet om het subsidie bedrag aan te passen?
Conclusie van deze bijdrage is dat het CDA wel voor verkoop van de kerk is onder de voorwaarde welke we destijds hebben vastgesteld met een ander financieel plaatje dan nu weergegeven is. Wij zien namelijk ook wel in dat deze kerk de gemeente jaarlijks geld kost. Dit terwijl het gebruik vanuit de gemeente minimaal is.
Als laatste wil het CDA aangeven dat wij de financiële voordelen welke ontstaan door de verkoop van de kerk als dekking willen gebruiken om geen bezuinigingen toe te passen op de verenigingen in Etten-Leur. Deze zijn bij de begrotingsbehandeling voor de lange termijn niet teruggedraaid door het college. Graag een reactie hierop van de andere fracties.