Raadsvergaderingen in juni en juli 2022
Op de agenda van 7 juni stonden een aantal agendapunten die vooral betrekking hadden op de ruimtelijke ordening.
Belangrijk onderwerp was de Omgevingsvisie. Onze fractie heeft deze omgevingsvisie al een paar keer in concept besproken. Voor nu waren de belangrijkste punten aldus verwoord door Jürgen van Hulst in de Raad: "Thuis in Etten-Leur", om onze campagne slogan er nog maar eens bij te pakken. Dat is voor ons ook de kern van de omgevingsvisie richting 2040. 4 jaar vooruitkijken is al een kunst, laat staan naar 2040. Voor het CDA is met name de zorg voor gezondheid en leefbaarheid, beschermen en behouden van groen stedelijk karakter en een duurzaam buitengebied belangrijk. Daar letten wij goed op in de visie en later in de omgevingsplannen.
Hoe ziet het CDA dat voor de lange termijn? Etten-Leur zien we als een groeigemeente met een regiofunctie, waar ambities bij horen op het gebied van wonen, verbrede wijkvoorzieningen en ruimte voor vervolgonderwijs. Als het gaat om Veiligheid dan willen we ons als CDA vooral richten op de verkeersstructuur van nu en de toekomst. Alvorens we definitieve besluiten gaan nemen over de wegen moeten we weten waar de woningbouw buiten stedelijk, maar ook binnenstedelijk het meest gunstig is. Voor wat betreft de visie van het CDA ligt die buiten stedelijk bij de Hoge Haansberg waar op korte termijn zeker 600 woningen kunnen worden gebouwd. Op termijn zien we zeker mogelijkheden om nog fors meer woningen te bouwen, met niet te vergeten de bijbehorende wijkvoorzieningen voor sport, spel en verenigingsleven; dit om de sociale cohesie te bevorderen voor onze jongeren en groeiende groep senioren. Hoge Haansberg ligt bovendien ook op uitstekende afstand van het centrum van Etten Leur. Dit draagt allemaal bij aan vergroten van het sociaal welzijn van onze inwoners.
Aan de Lage Vaartkant komt, door het voorstel van de verhuizing van tuincentrum Life and Garden, ruimte voor de bouw van 100 woningen en dat kan het CDA ondersteunen. Het ligt wel in een hoek van Etten-Leur waar de druk van het verkeer al hoog is, dus het vóóraf goed onderzoeken van de verkeersontsluiting is dan ook zeer belangrijk voor het CDA. Bovendien vormen de lage ligging en de natuurwaarden daar een barrière voor forse woningbouwontwikkeling. Het CDA vindt het belangrijk dat we oplossingen zoeken gericht op de toekomst en dat wijzigingen de balans van de landschappelijke, natuurlijke, cultuurhistorische en visueel landschappelijke waarden niet aantasten. De Groene Wig leent zich, wat het CDA betreft, voor een beperkt aantal woningen, zoals bijvoorbeeld tiny houses, aan de rand van dit gebied. De rest van de ambities voor woningbouw zal volgens het CDA binnenstedelijk gezocht moeten worden.
Over verkeer gesproken, één van de hete hangijzers is en blijft de huidige en toekomstige verkeersafwikkeling. Huidige en toekomstige knelpunten houden verband met de plannen voor de Hoevenseweg, centrale as Plantijnlaan/Schoonhout, Lage Vaartkant en Lichttorenhoofd. Het CDA is voorstander van een Noordelijke rond-/randweg. Zorg voor dialoog met omliggende gemeenten, zodat aansluiting naar Zevenbergen en A16 tot de mogelijkheden behoort. Alle opties en mogelijkheden dienen terecht te komen in een mobiliteitsplan en dat dient gekoppeld te worden aan de omgevingsvisie. Alleen op die manier kunnen we, met de blik op 2040, zorgen voor een goede verkeersafwikkeling in EttenLeur.
Dat mobiliteitsplan draagt zeker bij aan de veiligheid, het sociaal welzijn en de duurzame ontwikkeling van het landschap. Een mooi voorbeeld: kijk naar de Streek waarbij tussen de snelweg en woonwijk sociaal/maatschappelijke voorzieningen zijn ingewoven. Of kijk naar de gemeente Houten waar een rondweg in het landschap vorm heeft gekregen.
Het debat over de Omgevingsvisie krijgt op 4 juli een vervolg in de Raad Besluit.
Op 13 juni werden de concept begrotingen van de verbonden partijen besproken. De gemeente Etten-Leur heeft een aantal taken ondergebracht bij publieke organisaties die namens een aantal gemeenten taken uitvoeren. Deze samenwerking is deels wettelijk verplicht (bijv Veiligheidsregio, GGD) en voor een deel zijn deze uit het verleden ontstaan door het samenbrengen van taken die voor een individuele gemeente lastig uit te voeren waren (specialisatie, continuïteit). Voorbeelden hiervan zijn de Omgevingsdienst Midden- en West-Brabant, het Werkplein Hart van West-Brabant en de RWB. De samenwerking in zogenaamde verbonden partijen betekent dat de raad haar controlerende rol op afstand doet. Elk jaar zijn er drie momenten waarop de raad een zienswijze kan inbrengen. Dat is tijdens de eigen begroting door het stellen van kaders, in het voorjaar bij de bespreking van de kadernota van die organisatie, en in juni wanneer de begroting voor het komend jaar wordt gepresenteerd. Onze fractie is altijd kritisch op de uitvoering van taken (kerntaken versus plustaken) en de wijze waarop wordt omgegaan met publieke middelen (bijvoorbeeld het aanhouden van reserves). Deze kritische punten zijn bij een aantal verbonden partijen voorgehouden.
Verder staat nog op de agenda de jaarrekening en de kadernota die op 4 en 11 juli 2022 worden behandeld. De kadernota is beleidsarm opgesteld. Dat wil zeggen dat de cijfermatige ontwikkeling wel is doorgerekend. Maar dat de effecten van het nieuwe raadsprogramma nog niet zijn verwerkt. Dit gebeurt aan de hand van een uitgewerkt collegewerkprogramma dat vervolgens de basis vormt voor de begroting die in oktober wordt gepresenteerd.
Wilt u hierover meepraten en of denken? Neem contact op met de fractiesecretaris Kitty Hoevenberg via mail!