11 februari 2022

CDA en JA21 pleiten voor behoud 600 meter afstandseis windturbines

De provincie Noord-Holland wil de 600 meter afstandseis voor windturbines ten opzichte van gevoelige bestemmingen los te laten. CDA en JA21 willen dit besluit terugdraaien. Er zijn verschillende rapporten geschreven over hoe schadelijk windturbines kunnen zijn voor de gezondheid van omwonenden en hoe ze de leefbaarheid schaden 

In de Provinciale Statenvergadering van 7 maart dienen JA21 en CDA gezamenlijk twee amendementen in om de 600 meter afstandseis voor windturbines ten opzichte van gevoelige bestemmingen te behouden. Het eerste amendement richt zich op de gehele provincie Noord-Holland. CDA-statenlid Wilma van Andel licht toe: Het is niet uit te leggen dat de provincie de 600 meter afstandsgrens wil schrappen. Er zijn grote zorgen bij omwonenden van zoekgebieden voor windmolens over hun gezondheid. In het regeerakkoord is opgenomen dat er heldere afstandsnormen voor de bouw van windmolens op land komen. We zouden ons geen betrouwbare overheid tonen als we nu een afstandsgrens weghalen, terwijl we weten dat er breed draagvlak is voor deze grens en er landelijk nieuwe afstandsnormen komen. Als het voorstel doorgaat valt de provincie eerst alleen terug op landelijke geluidsnormen. Geluidsnormen zijn moeilijk te meten en veroorzaken veel onduidelijkheid. Een afstandsnorm is helder, meetbaar en goed te handhaven”

Het tweede amendement spitst zich toe op Amsterdam. Hierover zegt JA21-statenlid Daniël van den Berg het volgende: “In Amsterdam zijn de zorgen over windturbines in de buurt van woningen groot. Amsterdam is al enorm dichtbebouwd en de bouw van windturbines vergroot de druk op de leefbaarheid aanzienlijk. Amsterdam is een stad, geen windturbinepark. We weten dat de VVD in Amsterdam ook geen voorstander is van afschaffing van de afstandseis voor windturbines, met dit amendement helpen we ze om hun beloftes gestand te doen.” 

Landelijk/​Provinciaal

De twaalf provinciale afdelingen vormen de schakel tussen de gemeentelijke afdelingen en het landelijke bestuur.