Inbreng Dennis Heijnen over concept-document ''Ruimtelijk Voorstel Noord-Holland''
Voorzitter, we zijn blij dat de bespreking van het Ruimtelijk Voorstel verschoven is naar vandaag. Wij starten met complimenten aan de ambtenaren voor het in beeld brengen van dit grote vraagstuk.
Voorzitter, het CDA is heel kritisch op het proces waarin we dit voorstel behandelen. We bespreken het vandaag voor het eerst politiek, de twee eerdere technische briefings waren dat niet. En dat is vreemd, omdat wij uit beantwoording van onze technische vragen begrijpen dat het Rijk inmiddels al lang is begonnen met het schrijven van de landelijke Nota Ruimte en daarvoor dit document gebruiken, welke ze twee maanden geleden zonder politieke behandeling, al hebben ontvangen.
Dat is een slechte zaak. Overigens zal het rijk ook niet veel aan het stuk hebben, want met de titel ´Op weg naar een ruimtelijk voorstel´ heeft Noord-Holland niet eens een conceptversie aangeleverd. Er worden nauwelijks tot geen keuzes gemaakt en dit laat dus veel ruimte aan het Rijk om zelf keuzes te maken over ónze Noord-Hollandse ruimte. Dit terwijl bijna alle andere provincies wel scherpere keuzes gemaakt in de documenten die zij hebben aangeleverd bij het Rijk. Hoe voorkomt GS dat het Rijk keuzes over Noord-Holland maakt voordat ons ruimtelijk voorstel definitief is? Waarom is het GS in tegenstelling tot andere provincies niet gelukt om met een gedegen ruimtelijk voorstel te komen?
Voorzitter, we hadden van GS meer verwacht. Het stuk brengt vraagstukken en dilemma’s goed in kaart, maar het geeft hier geen antwoorden op. Eigenlijk zegt GS: ‘Het is lastig allemaal, dan weet u dat.’ Van GS mag worden verwacht dat ze niet alleen problemen schetst, maar ook keuzes maakt en oplossingen voorstelt aan PS. Als we alle doelstellingen uit dit voorstel willen halen, hebben we 27% meer Noord-Holland nodig. Waar halen we dat vandaan? Of zeggen we van sommige doelstellingen: deze zijn gewoonweg niet realistisch en laten we daarom vallen. Je kunt niet eindeloos doelen formuleren zonder te weten hoe je die gaat uitvoeren.
Voorzitter. Dat gezegd hebbende. U kent ons, wij zijn de beroerdste niet. Bij gebrek aan keuzes door GS schiet het CDA graag te hulp. Het stuk lezende zijn er enkele keuzes die wij in ieder geval wel durven maken. Het zijn er 7.
- Het CDA is van mening dat alle nieuw te realiseren bos in het kader van de bossenstrategie moeten komen bínnen bestaande natuurgebieden. Hiermee is de opgave 1398 ha minder.
- Het CDA wil het NNN nu, op dit moment, niet verder uitbreiden. De restopgave van 4400 hectare kan nu achterwege blijven. De focus moet eerst zijn op het goed beheren van de huidige 56.400 hectare. Daarnaast kan de provincie zich richten op andere natuur die geen NNN status heeft. Bijvoorbeeld door vergroening van bedrijventerreinen, langs infrastructuur en in woonwijken.
- Het watersysteem en de landbouw. Het tegengaan van bodemdaling moet gepaard gaan met realistisch tijdspad en oplossingen voor de landbouw. Deze sector heeft perspectief nodig, waarbij wij ervoor willen kiezen zo min mogelijk landbouwgrond op te geven. De land- en tuinbouwsector is van onmisbaar belang voor onze voedselvoorzieningen dat wordt, ook gezien de toenemende geopolitieke spanningen, steeds meer. De focus moet dus komen te liggen op het innoveren van agrarische bedrijven met technische maatregelen tegen bodemdaling. Wij vinden dus niet dat 7.000 hectare van functie moet wijzigen.
- Woningbouw. Het CDA vindt het de allergrootste prioriteit van deze tijd dat mensen betaalbaar kunnen blijven wonen in onze dorpen en steden. Daarvoor zijn veel meer woningen nodig. Het is onwenselijk en onmogelijk om alles binnen de afgesproken tijdsspanne en kosten binnenstedelijk te bouwen. Ten eerste omdat niet iedereen daar wil wonen, en ten tweede omdat steden vanwege toenemende hittestress en wateroverlast ook meer groen nodig hebben. De provincie belemmerd nu teveel bouwprojecten door het eigen bijzonder provinciaal landschap. Het CDA wil een af van die verzamelterm en een herijking van die regimes. Het beschermt nu namelijk ook zaken die helemaal niet beschermd hoeven worden.
- Nieuwe woningen betekent ook nieuwe infrastructuur. Dat moet hand in hand gaan en daarvoor moet ruimte worden geboden. Dit betekent ook blijven investeren in het wegennet. Het CDA blijft voor een robuuste ontsluiting van Noord-Holland boven het Noordzeekanaal door aanleg van de A8-A9. Dit kan ook met een meer betaalbare variant dan het huidige voorkeurstracé.
- Laat zware industrie niet wijken voor woningbouw, denk aan het Amsterdams havengebied. We hebben deze ruimte nodig hebben voor werkgelegenheid van de toekomst. Concentreer vervuilende industrie en geef ruimte aan, helaas vaak ook overlast gevende, circulaire economie. Bedrijventerreinen met lichte industrie kunnen eventueel gecombineerd ruimtegebruik hebben met natuur en woningbouw, maar ook hier geldt dat werkgelegenheid belangrijk is.
- Het CDA wil ruimte geven aan duurzame energie van de toekomst. Daarbij ligt de prioriteit wat ons betreft op het elektriciteitsnetwerk. Huizen en bedrijven moeten worden aangesloten op het energienet. Zonneweides moeten compact worden ingezet en bij voorkeur liggen zonnepanelen op daken. Wat het CDA betreft zijn BPL en UNESCO-erfgoed in algemene zin ondergeschikt aan de opgave voor duurzame energie.
Voorzitter, wij horen graag wat andere partijen hiervan vinden en verwachten van GS dat ze ook spoedig heldere en scherpe keuzes durft te maken en deze voorstelt aan PS in een politieke vergadering. Het CDA heeft u in ieder geval een beetje geholpen.
Dank u wel!