19 november 2018

Omgevingsvisie: Lokaal wat kan, regionaal wat moet

Haarlem – Vandaag is de omgevingsvisie van de provincie Noord-Holland aangenomen. Hiermee zet de provincie hoofdlijnen uit voor de toekomst, het jaar 2050. De rol van de provincie gaat hierbij veranderen: van regelgever en toetser naar een overheid die naast andere overheden, maatschappelijke organisaties en bedrijven staat, om gezamenlijk maatschappelijke opgaven aan te pakken. Maar, zo stelde CDA-Statenlid Wilma van Andel ‘the proof of the pudding is in the eating’. Oftewel: ‘de proeve van de omgevingsvisie zit in de omgevingsverordening.’ De verordening bepaalt straks in hoeverre de visie haalbaar is voor de komende jaren. Hierbij is de grote vraag, wat de provincie in deze verordening gaat regelen.

De vragen die hierover in het debat over de Omgevingsvisie werden gesteld door Van Andel werden door gedeputeerde Geldhof beantwoord.  Geldhof is het hiermee eens en gaf aan dat de cultuuromslag al in gang is gezet. Het CDA zal het verdere proces kritisch volgen. Van Andel: “De provincie is bijvoorbeeld gewend de ruimtelijke regels in alle buitenstedelijke gebieden te bepalen, dat moet nu echt gaan veranderen. Het CDA gaat kritisch volgen of de provinciale organisatie dit op deze manier oppakt.”

In de omgevingsvisie wordt in samenhang gekeken naar de ambities op het gebied van mobiliteit, natuur, landbouw, duurzaamheid, economie, biodiversiteit en inrichting van het landschap. De provinciale omgevingsvisie is de provinciale uitwerking van de omgevingswet. Met de Omgevingswet wil de rijksoverheid de regels voor ruimtelijke ontwikkeling vereenvoudigen en samenvoegen.

De provincie zal, om dit voor elkaar te krijgen, het vertrouwen moeten geven aan gemeenten en faciliterend moeten zijn aan lokale ambities. Van Andel: “Er zijn 108 zienswijzen op deze visie ingediend. Veel indieners, waaronder veel gemeenten die gezamenlijk een visie hebben ingediend, vragen om vertrouwen. In samenspraak moet gekeken worden hoe initiatieven kunnen worden aangepakt. Daarvoor geldt ‘ja mits’, in plaats van ‘nee, tenzij’. Ook kunnen de organisaties samen bepalen welke initiatieven, bijvoorbeeld op het gebied van duurzaamheid, hulp vanuit de provincie nodig hebben. Zo kan de provincie eraan bijdragen dat we aan de aan de gestelde normen hiervoor (gaan) voldoen.”

“We kunnen niet in de toekomst kijken”, stelt Van Andel. “Kijk hoe de wereld, en dus ook de provincie, in de afgelopen tien jaar veranderd is. Een visie voor 2050 is daarom moeilijk te maken. Maar het is goed dat op deze manier een poging gewaagd wordt, want we hebben de verantwoordelijkheid dat onze provincie ook nog bewoonbaar en leefbaar is voor onze kinderen en kleinkinderen. Daarom moeten we de opgaven die er liggen niet voor ons uitschuiven. Maar we kunnen deze opgaven alleen oppakken als we dat samen doen.”

Lees hier de inbreng van Statenlid Wilma van Andel in het eerste termijn:

 

 

Voorzitter,

We staan hier aan het eind van een lang traject over de omgevingsvisie, waarin ikzelf ben begonnen aan de zijlijn als fractiemedewerker van het CDA en nu dit traject mag afsluiten als Statenlid. Er ligt een afgewogen omgevingsvisie. We hebben er 108 zienswijzen op ontvangen, waarvoor we de indieners hartelijk willen bedanken. Gemeenten hebben vaak gezamenlijk, waarvoor hulde, een afgewogen visie ingediend. Waardevol voor ons om te lezen waar deze gemeenten staan. Dat geldt ook voor maatschappelijke organisaties en inwoners die hun zorgen hebben geuit. Wij gaan deze zienswijzen er nog vaker bij pakken om onze mening op verschillende dossiers te scherpen. De zienswijzen hebben op verschillende punten tot aanpassing geleid die Gedeputeerde Staten nu aan ons voorleggen. In de nota van beantwoording is te lezen waarom dingen wel en niet overgenomen zijn. We danken de gedeputeerden en de ambtenaren voor dit afgewogen stuk.

Maar voorzitter, dit is pas het begin. Het recept van de pudding is er wat ons betreft: doe lokaal wat kan, regionaal wat moet. We roepen dit al vanaf het begin van het traject. Maar voorzitter, the proof of the pudding is in the eating: the proof of the Omgevingsvisie zit in de Omgevingsverordening. Het woord omgevingsverordening staat niet voor niets 249 keer in de zienswijzen en nota van beantwoording samen. De grote vraag is wat de provincie daar straks in gaat dichtregelen en waar we geen regels meer op durven te maken. Veel zaken waar de indieners van zienswijzen om vragen gaan worden meegenomen in de omgevingsverordening. U geeft daarbij alleen aan, bij het schrijven ervan de partners erbij te betrekken. Dit is een goede zaak natuurlijk. Maar voor het gehele traject van praten, schrijven, praten, conferenties met het bouwen van legoblokken en weer verder schrijven weer begint, moet wel duidelijk zijn dat de klassieke Ruimtelijke Ordening-verhoudingen gaan verdwijnen. De provincie als regelgever en toetser gaat verdwijnen. De provincie komt naast de gemeenten en maatschappelijke organisaties te staan met het aanpakken van de opgaven, in plaats van het toetsen van door haar zelf gemaakte regels. Bent u dat met ons eens? Bent u het met ons eens dat we het niet meer over provinciale belangen moeten hebben, die met regels verdedigd moeten worden, maar dat we het over opgaven in de provincie die gezamenlijk moeten worden opgepakt, moeten gaan hebben? Bent u het met ons eens dat u vooraf aan moet geven dat het uitgangsput is  de provincie zoveel mogelijk faciliterend wil zijn bij het bereiken van lokale ambities? En dat niet meer een punt van discussie laten zijn? Bent u het met ons eens dat deze sturingsfilosofie alleen tot stand komt als er een cultuuromslag komt bij de provincie, zowel bij het bestuur als bij het ambtelijk apparaat? Welk aanvalsplan voor een verandertraject heeft de gedeputeerde om deze cultuuromslag intern en extern te maken? 

De provincie loopt er in de nota van beantwoording nog niet op vooruit wat er allemaal in de omgevingsverordening geregeld gaat worden en wat niet. In de zienswijzen staat al heel veel over wat de wensen van de partijen die hierop gereageerd hebben zijn. Gebruik deze zienswijzen bij het schrijven van de verordening! Wij lezen dat velen van hen op zoek zijn naar vertrouwen vanuit de provincie. Bij het schrijven van de omgevingsverordening lijkt het ons goed ook vooraf te bekijken wat er vanuit de provincie niet meer geregeld gaat worden. 

Voorzitter, wij vinden ook dat er vanuit de Omgevingsverordening GEEN lappendeken van dezelfde regels over de provincie gelegd moet worden. De opgaven die er liggen, zoals bijvoorbeeld het bouwen van woningen waar onze inwoners om zitten te springen, maar ook de opgaven van het hebben van landbouwgrond om onze inwoners te eten te geven en open landschap te behouden moeten per plek afgewogen worden. Voor initiatieven geldt de basishouding, zoals in de Omgevingswet beschreven:  ja, mits, in plaats van nee, tenzij.

Ook vanwege het feit dat wij vinden dat in de geest van de omgevingswet de provincie wel de provinciale opgaven moet beschrijven, maar zo weinig mogelijk daarover op moet leggen aan lagere overheden, pleiten wij inhoudelijk niet voor aanscherping van de visie zoals deze er nu ligt. We dienen alleen het amendement over landschap mede in, de oorspronkelijke tekst veroorzaakte teveel onduidelijkheid. Wij denken dat er met deze visie in de hand steeds in samenspraak met partijen gekeken kan worden, hoe er met initiatieven om wordt gegaan en welke benodigde initiatieven, bijvoorbeeld op het gebied van duurzaamheid, een duw vanuit de provincie nodig hebben om te zorgen dat we aan de gestelde normen gaan voldoen.

In de commissie is het ook genoeg gegaan over wonen, een punt dat wij zoals bekend erg belangrijk vinden en waar mijn collega bij de begrotingsbehandeling al het een en ander over heeft gezegd. De prognoses zoals die in deze visie zijn  opgenomen, worden aangepast zodra deze niet meer actueel blijkt te zijn.

Voorzitter, wij kunnen niet in de toekomst kijken. Een visie voor de provincie in 2050 is nauwelijks te leggen. Kijk al hoe de wereld en dus ook in de provincie in de afgelopen tien jaar veranderd is. Het is goed dat we een poging wagen, we hebben de verantwoordelijkheid dat onze provincie ook nog bewoonbaar en leefbaar is voor onze kinderen en kleinkinderen en moeten de opgaven die er liggen niet voor ons uitschuiven. Maar we kunnen deze opgaven alleen oppakken als we dat samen doen. Voorzitter, daarmee sluit ik af, dank u wel.

Landelijk/​Provinciaal

De twaalf provinciale afdelingen vormen de schakel tussen de gemeentelijke afdelingen en het landelijke bestuur.