Verslag pensioendebat 2 februari: Uw pensioen is ook onze zorg.
Uw pensioen is ook onze zorg.
Die gedachte was voor het CDA Hilversum reden om het pensioendebat te organiseren dat op 2 februari jl. plaatsvond.
Meer dan honderd geïnteresseerde inwoners van de Gooi & Vechtstreek kwamen naar de Bethlehemkerk om in discussie te gaan over ons pensioensysteem. De organisatoren van deze avond, Hajé Walch en Willem van der Spek, CDA leden met een lange staat van dienst, hadden een indrukwekkend programma samengesteld. De gasten werden met koffie ontvangen en kregen naast het programmaboekje ook kaarten waarop ze hun vragen aan de sprekers konden noteren.
Daarna was het aan Willem van der Spek, als avondvoorzitter, om iedereen welkom te heten en een inleiding te geven. Vervolgens werden de drie gastsprekers geïntroduceerd die ieder vanuit hun professionele achtergrond nieuwe inzichten op het gebied van pensioenen presenteerden.
De eerste spreker was Willem Jan Berg, lid van het dagelijks bestuur van CNV Vakmensen en plaatsvervangend lid van de Sociaal Economische Raad.
Zijn zienswijze over pensioen is dat verwacht mag worden dat:
- Het genoeg is om van te leven.
- Een pensioen je in staat stelt om op dezelfde voet verder te leven als toen je werkte.
- Een pensioen meegroeit met de stijging van de kosten van levensonderhoud = indexeren.
De vijf pijlers van dat pensioen zouden moeten zijn:
- AOW, voor iedereen en evenveel.
- Aanvullend pensioen opgebouwd via de werkgever bij een pensioenfonds. Hoogte hangt af van inleg en rendement.
- Individuele pensioenspaarrekening.
- Eigen spaargeld. Eigen huis.
- Langer doorwerken.
Het huidige systeem kent echter een aantal knelpunten, aldus de heer Berg, die om een oplossing vragen. Zo is er verlies van vertrouwen in het stelsel door kortingen en de angst is “wat blijft er voor mij over”. De veranderende arbeidsmarkt met flexibilisering van contracten en de toename van het aantal AOW’ers die bovendien steeds ouder worden. En dan is er de rentegevoeligheid van het pensioenstelsel.
De drie stellingen die de heer Berg voordroeg, waren:
- Mensen moeten zelf kunnen kiezen wanneer ze hun AOW laten ingaan, invoering van een flexibele AOW-leeftijd, tussen 65 en 69 is gewenst.
- Zonder verplichtstelling wordt ons mooie pensioensysteem overgeleverd aan de verzekeraars.
- Zonder collectiviteit en solidariteit geen toekomstbestendig pensioenstelsel.
De volgende spreker was mr. Aart Jan de Geus, bestuursvoorzitter van de Duitse denktank Bertelsman Stiftung en oud minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid.
De heer De Geus gaf een beeld van de snel veranderende opbouw en samenstelling van onze bevolking en werkomgeving. Veranderingen die een directie invloed hebben op de uitvoerbaarheid van het huidige pensioenstelsel. Wanneer de huidige trends zich voortzetten - met ondermeer een geboortecijfer van 1,72 - zal de bevolking vanaf 2040 afnemen. In 1900 was 6% van de bevolking 65 of ouder. In 2016 was dat percentage al 17%.Deze potentiële beroepsbevolking neemt tot 2040 in aandeel én omvang af (CBS 2012). De verhouding tussen het aantal potentiële arbeidskrachten en de 65-plussers daalt landelijk van 4 op 1 tot 2 op 1 in 2040. Voeg daar aan toe de snel veranderende werkomgeving, door globalisering, digitalisering en automatisering. Deze veranderingen in “werk” hebben ook geresulteerd in veranderingen in de arbeidsverhouding; ondernemingen zijn vaak niet meer de werkgever meer zoals Uber en Air BNB. Ook zijn werkers vaak geen werknemers meer in de traditionele zin van het woord. Het aantal ZZP’ers, uitzendkrachten en payrollers als percentage van de beroepsbevolking neemt in Nederland nog steeds toe terwijl werknemers met een vast contract in percentage afneemt. Door technologische vooruitgang zal in de maakindustrie het aantal arbeidsplaatsen afnemen. Denk daarbij aan de inzet van robots en de toepassing van 3-D printing.
De heer De Geus bepleitte dat de AOW, één van de twee pijlers van het pensioenstelsel, een individueel recht behoort te zijn. Geen korting voor samenwonenden. Pensioenfondsen zijn een groot goed en de collectiviteit moet ook opengesteld worden voor werkers zonder werkgever.
De laatste spreker was dr. Pieter Omtzigt, lid van de Twee Kamer voor het CDA en woordvoerder over pensioenen, financiën en Europese Zaken.
Hij gaf uitleg over de financieel-technische aspecten die van invloed zijn op het pensioenstelsel. De onzekerheid over het pensioenstelsel wordt veroorzaakt door de discussie over de pensioengerechtigde leeftijd, indexatie en kortingen, het nieuwe pensioencontract en de rol van het ECB.In 2005 werden de VUT en het prepensioen afgeschaft en de pensioengerechtigdeleeftijd verhoogt van 61 naar 65 jaar. Sinds 2012 stijgt die leeftijd verder. De gemiddelde resterende leeftijdsverwachting van een AOW’er is 18,26 jaar. Het doel van het verhogen van de pensioengerechtigdeleeftijd is om voor iedere generatie het recht op dezelfde lengte van een AOW uitkering te garanderen. Indexatie en kortingen zijn vaak in het nieuws. Voor elke 100 euro nominale verplichtingen hebben de meeste pensioenfondsen minder dan 100 euro in kas. Die dekkingsgraad van onder de 100% komt voornamelijk door een te laag rendement op de kapitaaldekking die afhangt van de rentevoet die bepaald wordt door de Europese Centrale Bank. De heer Omtzigt gaf het volgende rekenvoorbeeld; wanneer je vanaf 25-jarige leeftijd 100 aan premie betaalt, is er op 65-jarige leeftijd 149 in kas bij 1% rente en 1.497 in kas bij 7% rente. Het tienvoudige dus. Bij een aanhoudende lage rente van 1% of zelfs lager, is een pensioenstelsel op basis van kapitaaldekking onhoudbaar. De gevolgen zijn hogere premies, lagere pensioenopbouw en tekorten bij de fondsen. Verder benadrukte hij dat we de essentiële onderdelen van ons pensioenstelsel, op basis van solidariteit en collectiviteit, in stand moeten houden. Verplichtstelling, ook voor ZZP’ers, spreidt de kosten en voorkomt dat mensen later buiten de boot vallen.
Essentieel zijn de instandhouding van het arbeidsongeschiktheid- en nabestaandenpensioen. Hij bepleitte verder dat de Sociale partners het pensioencontract bepalen omdat het pensioenstelsel een nationale verantwoordelijkheid is. De politiek heeft hier in slechts een adviserende rol, aldus de heer Omtzigt.
In een initiatiefnota heeft het CDA een aantal aanbevelingen gedaan met betrekking tot legitimiteit van de rol die de ECB speelt. Belangrijk, want uit het rekenvoorbeeld bleek wel hoe ingrijpend de invloed van de rentevoet is op het voortbestaan van ons pensioenstelsel.
Na deze presentaties was het tijd voor een korte pauze waarin we ruim 50 kaarten met vragen konden verzamelen. Relevante en diepgaande vragen die helaas door tijdgebrek niet allemaal tot in detail beantwoord konden worden. Het waren meest vragen over berekeningsmethoden en de rol van de Europese Centrale Bank. Vragen die zo essentieel waren dat we daar in de bantwoording separaat in ons blad CDA Interactief op terug zullen komen.
De avond werd afgesloten in goede CDA traditie met een geanimeerde terugblik op de avond onder het genot van een glas wijn.
Voor een uitgebreide fotoserie klik hier