Amendement aangenomen: informatievoorziening Raad inzicht in vastgoedbeleid
Tijdens de Raadsvergadering van 17 mei j.l. diende ons zeergewaardeerde raadslid Gertjan Postma een op het eerste oog complex maar in de kern zeer doeltreffend amendement in: informeer de Raad in een vroeg stadium over het voornemen van aan- of verkoop van gemeentelijk vastgoed. Het amendement werd met algemene stemmen aangenomen.
Gertjan Postma gaf de volgende toelichting bij het amendement:
Voorzitter,
In de commissie economie en bestuur van 19 april j.l. hebben we een goed gesprek gehad met de rekenkamer over het nazorgonderzoek vastgoed. Dit nazorgonderzoek vond plaats naar aanleiding van het onderzoek van de rekenkamer in 2017 naar het vastgoedbeleid van de gemeente Hilversum. Dat onderzoek heeft onder meer geleid tot de vaststelling van de kadernota grond- en vastgoedbeleid met daarin opgenomen een beslisboom die inzicht biedt in de vraag wanneer het bezit van maatschappelijk vastgoed van cruciaal belang is voor het bereiken van maatschappelijke doelen. De rekenkamer noemt dat met een mooi woord de doeltreffendheid van het vastgoedbeleid. Dat komt mede tot uiting in het aankoop- en verkoopbeleid van het maatschappelijk vastgoed door de gemeente. Beide dienen goed onderbouwd te worden immers het gaat in de kern natuurlijk niet om het bezit van vastgoed maar om het bereiken van maatschappelijke doelstellingen daar waar andere partijen zoals marktpartijen dat bijvoorbeeld niet doen.
Bij een schoolgebouw of een buurthuis is dat min of meer vanzelfsprekend maar zo duidelijk is het in de praktijk lang niet altijd. De gemeente bezit om en nabij 275 panden en het is van belang ons steeds te vragen of het bezit daarvan nog wel het juiste doel dient.
Een tweede constatering van de rekenkamer is dat de raad nog onvoldoende inzicht heeft in de doelmatigheid van het aanhouden van vastgoed. Met andere woorden kun je als raad vaststellen of er wel een gezond evenwicht is tussen de baten en de lasten van het aanhouden van dit vastgoed en als dat niet het geval zou zijn je dat juist vanwege dat maatschappelijke belang soms accepteert. De aanbeveling is dan ook de raad te informeren met behulp van inzicht in de exploitatie. Het college nam dat advies van de rekenkamer op dat moment niet over omdat de reikwijdte van dat advies niet verder was uitgewerkt en het aan het college werd overgelaten hoe dat in praktische zin ingevuld zou kunnen worden. Het voorliggende amendement voorziet nu in een voorstel daartoe in een aantal hoofdlijnen en om het praktisch te houden stel ik voor dat in de vorm van een aantal kengetallen te doen zoals dat ook in het amendement is benoemd.
Een derde en laatste punt is het moment van informeren van de raad over aan-en verkopen van vastgoed. Dit vindt nu plaats door middel van een Raadsinformatiebrief achteraf. In de commissie werd de wethouder gevraagd in ieder geval in de jaarstukken met naam en toenaam een lijst met aan-en verkopen op te nemen. Dat had ik ook in dit amendement verwerkt maar toen ik begin deze week de jaarstukken 2022 erop nasloeg bleek de wethouder op zeer voortvarende wijze dit al gerealiseerd te hebben waarvoor hulde. Blijft dan over de raad op een vroeger tijdstip te informeren over het voornemen om tot aan- of verkoop over te gaan en het amendement voorziet erin dit in de begrotingsstukken van enig jaar op te nemen inclusief een onderbouwing van de reden van aan- of verkoop. Dat stelt de raad eerder in staat om af te wegen of een dergelijke aankoop of verkoop passend is bij het maatschappelijk belang van het bezit daarvan.
Dit amendement dien ik graag in mede namens D66. Dankuwel.
Gertjan Postma, raadslid CDA Hilversum