03 oktober 2024

Bijdrage Gerben van Voorden ter gelegenheid van 50 jaar CDA Hilversum

Partijgenoten, beste vrienden, wat een geweldig moment om samen dit jubileum te vieren. Ik zie mensen die ik nog niet eerder heb ontmoet, maar met wie ik mij wel verbonden voel. Bijzonder, vindt u niet?

De huidige afdeling staat op de schouders van reuzen; ik sta op de schouders van reuzen. Op uw schouders. De schouders van Haje, Puck, Anja, Piet Quist, Jan de Vries en zo kan ik nog wel even doorgaan.

En wij vormen de schouders voor de generatie na ons.

Soli Deo Gloria

Weet u nog wat dit betekent? Ik kom uit een gezin waar jubilea en promoties steevast werden afgesloten met de woorden Soli Deo Gloria—alleen God de eer.

Vijftig jaar geleden was een bijdrage met een Bijbelse verwijzing binnen het CDA Hilversum ook nog heel gebruikelijk. Speeches en bijdragen waren doordrenkt met onze christelijke tradities. Ze waren geworteld in het gedachtegoed van de christendemocratie, geredeneerd vanuit onze grondbeginselen. De accenten waren gekleurd vanuit welke denominatie en vanuit welke vereniging je binnen het CDA terechtkwam. Haje kan daar uitgebreid over vertellen.

Ik moest hieraan denken omdat we tegenwoordig minder vaak worden geconfronteerd met een redenatie vanuit een gedachtegoed. Het politieke gedachtegoed van het socialisme en liberalisme is, net als in sommige periodes binnen het CDA, wat naar de achtergrond verdwenen. Terwijl juist het kennen van je bronnen in mijn ogen zo belangrijk is voor je handelen.

Zelf word ik altijd geïnspireerd door de omschrijving van professor Woldring. Hij schrijft over de christendemocratie het volgende:

“De christendemocratie behoort iets te laten zien van wat haar ten diepste beweegt, welk verlangen haar drijft en waarnaar zij op weg is. De wereld ziet daar zelf met reikhalzend verlangen naar uit. In de politiek betekent dit dat niet de vraag centraal staat of de christendemocratie liefde, recht, rechtvaardigheid en waarheid aan haar kant heeft. De vraag waar het om gaat, is of de christendemocratie aan de kant staat van liefde, recht, rechtvaardigheid en waarheid.”

Hij bedoelt hiermee dat het gedachtegoed niet statisch is; er is geen hang naar het verleden, er is geen wens om alles bij het oude te laten. Een christendemocraat is iemand die waarde hecht aan traditie, maar die ook wil vernieuwen en openstaat voor maatschappelijke ontwikkelingen en uitdagingen voor de toekomst.

Ik denk oprecht dat onze afdeling, met vallen en opstaan, dit tracht na te leven en het ook telkens onderwerp van gesprek maakt.

We hebben de afgelopen vijftig jaar heel wat meegemaakt, nietwaar? Niet alleen als partij, maar ook als samenleving.

Een tijdje geleden las ik het boek van Tjeenk Willink ‘Kan de overheid de crises aan?’. Hij stelt dat we met de ontzuiling het kind met het badwater hebben weggegooid. Hij doelt daarmee op het verdwijnen van de zorgzame gemeenschappen. En daar wil ik het vandaag met u over hebben.

Ik durf de stelling wel aan: We zijn welvarender dan ooit, maar er zijn ook nog nooit zoveel mensen geweest die ernstig eenzaam zijn of kampen met mentale klachten.

Eén op de acht Hilversummers voelt zich ernstig eenzaam, één op de acht kinderen maakt gebruik van een jeugdhulptraject en een kwart van de volwassenen heeft het afgelopen jaar een psychische aandoening gehad. Laat dat eens op u inwerken…

Veel zorgzame gemeenschappen zijn verdwenen, en dat doet pijn. Ik moest zelf denken aan het feit dat ik ben opgegroeid met buurtgenoten die ik ooms en tantes noemde. Herkenbaar? Het waren mede-opvoeders. We vormden een gemeenschap. Een zorgzame gemeenschap is een plek waar je terecht kunt met je problemen, waar mensen opmerken als je de deur niet meer uitkomt, waar aandacht is, waar je wordt gecorrigeerd en waar je je durft te laten corrigeren, waar je wordt gezien en waar samen een referentiekader wordt bepaald.

Gelukkig zien we steeds meer publicaties over de waarde van gemeenschappen—het wordt steeds meer bevestigd door anderen. Steeds vaker verschijnen er artikelen in de NRC en de Volkskrant over de waarde van gemeenschap. We lezen massaal boeken van Dirk de Wachter en ook de bekende psychiater Jim van Os benadrukt het belang van de omgeving.

De verregaande individualisering heeft ook effecten op de zorg. We hebben van ons lijden een ‘markt’ gemaakt. Perverse prikkels in het zorgsysteem zorgen ervoor dat zorgprofessionals niet verwijzen naar een informeel netwerk, maar zelf door blijven behandelen. De overheid als probleemoplosser. Terwijl de oplossing voor veel maatschappelijke vraagstukken juist bij de samenleving ligt, bij die zorgzame gemeenschappen.

Een mooi voorbeeld is de buurtmobi in Kerkelanden en de Hilversumse Meent. De buurtmobi is een overdekt golfkarretje waarmee tientallen vrijwilligers mensen uit de buurt naar het buurthuis, de dokter of een koffieafspraak brengen. Het is een gemeenschap geworden. Eenvoudige initiatieven, maar van grote schoonheid.

Maar helaas zien we ook in Hilversum gemeenschappen slinken. Kerken sluiten en verenigingen worstelen om te blijven bestaan, omdat er geen nieuwe vrijwilligers zijn. Dit is de realiteit van 2024. Gemeenschappen verdwijnen en er komt te weinig voor in de plaats.

Een samenleving van individuen leidt uiteindelijk tot polarisatie en cynisme, zegt auteur en hoogleraar Norena Hertz in haar boek De eenzame eeuw. Ik denk dat dit ook zo is.

Maar welvarend zijn we wel. Kijk maar naar de social media-profielen van je buurman, vrienden of collega’s. Het gras lijkt altijd groener.

Dat heeft invloed op ons, of we het nu willen toegeven of niet. Het is naïef om te denken dat het ons niet beïnvloedt. We laten ons verleiden door algoritmen, welvaart en de tijdgeest. Soms is het bijna onmogelijk om je ‘eigen verantwoordelijkheid’ te kunnen dragen. Dit geldt zeker voor jongeren.

Het ontbreken van aandacht voor zorgzame gemeenschappen zien we niet alleen in sociale vraagstukken, maar ook op economisch vlak. We verruimen de zondagsopenstelling en faciliteren steeds meer consumentisme. Alles lijkt vrijgegeven ten faveure van het individu.

Maar is dit nu wenselijk? Zou de vraag niet moeten zijn: wat betekent verdere verruiming van de winkeltijden voor onze kleine lokale ondernemers, voor de gezinnen en voor de verenigingen? Wat doet het met onze inwoners? Wat betekent het voor onze samenleving? Gelukkig heeft ons raadslid Jacobine van Dijk dit onderwerp goed in beeld en ervoor gezorgd dat er een debat op gang komt.

We zien ook goede initiatieven zoals de buurtmobi en Hilversum kent een bloeiende seniorenvereniging. Maar we zijn in de afgelopen vijftig jaar wel veranderd van een samenleving van zorgzame gemeenschappen naar een maatschappij van individuen. En de maatschappelijke gevolgen zijn groot.

De afgelopen jaren heeft CDA Hilversum met succes een koers gevaren tegen de tijdgeest in. We hebben structureel gebouwd aan een verhaal van hoop, onder de slogan #goedvoorHilversum. We zijn op zoek gegaan naar inwoners die van grote betekenis zijn in het maatschappelijk middenveld. Onder het genot van een mooi biertje en een goede pizza zijn we met elkaar in gesprek gegaan. Allemaal verschillende bubbels, maar we sloten de avond af met de eindconclusie dat we elkaar op de inhoud best goed weten te vinden.

We hebben de afgelopen jaren het CDA Hilversum opnieuw vormgegeven, zowel in inhoud als in uitstraling. Die twee gingen hand in hand. We moeten zijn “als een stad op een berg”. Zichtbaar.

En ons verhaal begint aan te slaan: het verhaal van hoop en waarden. In een van onze campagnefilms verwoordden we het als volgt: “We beschermen wat van waarde is.” Dit gaat over de natuur, het ondersteunen van lokale ondernemers en een politiek waarin het “wij” belangrijker is dan het “ik”.

Vijftig jaar geleden was dit ons verhaal, en het is nog steeds ons verhaal. Het is een tijdlang naar de achtergrond verdwenen, maar het verhaal is weer terug. Springlevend binnen onze fractie, en nu ook weer springlevend in Den Haag. En ik hoop dat wij lokaal en landelijk ook onze mensen trainen in dat verhaal. Het is het allerbelangrijkste voor CDA-politici: een verhaal brengen van hoop!

Dit is wat ons als christendemocraten in Hilversum drijft: Wij bieden hoop in plaats van pessimisme. Dat was onze verkiezingsbelofte, en dit is onze roeping.

Ons gedachtegoed is springlevend. Wij hebben het verhaal, gebaseerd op onze tradities. Wij hebben een programma van uitgangspunten. Soli Deo Gloria!

Onze fractie trekt er sinds 2018 elk jaar een weekend op uit om ons voor te bereiden op het politieke seizoen. Met Post-its, heel veel Post-its. En tot laat in de nacht Triviant spelen (al verlies ik altijd). We stellen dan vragen over hoe ons gedachtegoed zich vertaalt naar de praktijk. Vragen zoals: Wat is de rol van de overheid bij het vormgeven van zorgzame gemeenschappen? Wie bepaalt dat? Hoe organiseer je dat? Wat is de rol van de overheid in het ondersteunen van ondernemers? Hoe bestrijd je eenzaamheid? Hoe bevorder je mentale gezondheid? Is dat een overheidsvraagstuk, een zorgvraagstuk of een samenlevingsvraagstuk? Gaat het alleen over het sociale domein, of misschien ook over de fysieke leefomgeving? Dit zijn vraagstukken die ons als afdeling bezighouden. Ze worden geadresseerd en vervolgens vertaald in ons handelen en in onze kwalitatief sterke marketingcampagnes. Dwars tegen de tijdgeest in hebben we toch vier zetels behaald. Het kan dus wel: politiek bedrijven vanuit onze kernwaarden. Maar dat kan alleen ook met de goede mensen. En ik wil, zonder anderen tekort te doen, Jacobine van Dijk in het bijzonder uitlichten. Ze heeft de afgelopen jaren onze afdeling stap voor stap meegenomen in een andere aanpak op inhoud en vorm. Wat uiteindelijk heeft geresulteerd in een lokale partij met een professionele uitstraling, met een enorm bereik. Veel dank Jacobine!  

Mede dankzij uw (financiële) steun. En daar danken wij u voor. En ik maak graag van de gelegenheid gebruik om ook in de toekomst een beroep op u te doen.

We zien dat het verhaal aanslaat, niet alleen lokaal, maar ook landelijk. Steeds meer mensen komen tot de conclusie dat hyperindividualisme geen vreugde brengt.

Ik durf haast te beweren dat onze fractie de mooiste is van de afgelopen vijftig jaar. Ik neem aan dat u het daarmee eens bent.

Ook wij zijn als fractie en als afdeling een gemeenschap. Het kan, zelfs in de politiek. Want binnen onze partij is het “wij” belangrijker dan het “ik”. Natuurlijk gaat dit ook gepaard met zware en intensieve discussies, teleurstellingen en zwaar overdreven reacties—ik noem geen namen… Want ook dat hoort bij een gemeenschap.

Uitgesproken op vrijdag 27 september j.l. ter gelegenheid van het 50-jarig bestaan van CDA Hilversum door CDA-wethouder Gerben van Voorden

Landelijk/​Provinciaal

De twaalf provinciale afdelingen vormen de schakel tussen de gemeentelijke afdelingen en het landelijke bestuur.