04 april 2019

Diversiteitsraad in Hilversum: overbodig

Het CDA Hilversum heeft gisteravond bij monde van raadslid Tjalke de Jong stelling genomen tegen de uitwerking van de door o.a. D’66 zo vurig gewenste diversiteitsraad in Hilversum. Ook heeft het CDA negatief geadviseerd over het -bij constatering dat een diversiteitsraad eigenlijk overbodig is in Hilversum- in het leven geroepen alternatief idee van een 'Doetank' met een budget van maximaal € 70.000,- / jaar (!)

Het CDA streeft naar een samenleving waarin iedereen mee doet, stigmatisering en polarisatie geen plaats heeft en inclusiviteit op alle vlakken en voor iedereen wordt doorgevoerd. Met het benadrukken van diversiteit, wordt inclusie niet bevorderd en oogsten de initiatiefnemers uiteindelijk alleen maar meer polarisatie.

Het CDA heeft geadviseerd de motie als 'ingevuld' en vervuld te zien.

Hieronder vindt u het betoog:

Voorzitter, 

Ik heb lang getwijfeld of ik het volgende betoog zou doen. Maar een opeenstapeling van uitingen van diverse politieke partijen én de negatieve polariserende werking op onze inwoners noopt me toch dit te doen.

Ik zal van wal steken. Het gaat in deze om de framing rondom diversiteit en de witte man. Of het nu de straatnaamgeving of de inclusie betreft, de witte man heeft het gedaan. En ze mogen –naar het schijnt– al helemaal niet heteroseksueel en op middelbare leeftijd zijn.

Het CDA ageert hier tegen. Omdat ‘wit’ net als ‘zwart’ of ‘rood’ of ‘geel’ discriminerend en racistisch is. Omdat wit geen huidskleur is. En omdat ieder individu uniek geschapen is en deze classificatie en wegzetting geen recht doet aan mensen.

Maar het frame gaat verder. In uitingen, waaronder de gespreksverslagen, lijkt het erop dat de witte man een onderdrukker, een bezetter is. Een bezetter van de banen. Een bezetter van de straatnamen en een bezetter van de geschiedenis.

Dit doet me pijn. Want na 1945 kennen we geen bezetter meer. En gelukkig maar. Dus we moeten het niet zo groot maken.

En ik weiger mezelf – als persoon, blijkbaar ook bedoeld in de groep witte mannen – zo te zien. Ik weiger ook mezelf EN anderen zo te laten portretteren.

Ik wil in een verbindende, inclusieve samenleving wonen en participeren. Ik wil dat mijn dochters daarin kunnen opgroeien. Die weten nog niet of ze hetero of lesbisch zijn, en dat maakt ook niet uit. Die spelen met hun Marokkaanse vriendinnetje, maar die zien helemaal geen andere huidskleur, ander geloof of andere achtergrond.

En juist deze discussie, die om de paar maanden oplaait in Hilversum, zorgt voor polarisatie.

Voorzitter, ik zal u uitleggen waarom. We hebben als raad in november een motie aangenomen. Het CDA was kritisch, onder meer omdat de uitgangspunten niet waren onderzocht. Met overwegingen dat de gemeente een maatschappelijke beweging op gang wilde zetten met de motie en deelname van een ieder te bevorderen, impliceerde de motie dat deze processen niet in gang waren gezet binnen de gemeente of onvoldoende geadresseerd werden, waardoor een raad, een diversiteitsraad noodzakelijk werd geacht.

Wat schetst de verbazing: na een rondje inventarisatie is er geen enkele behoefte aan een diversiteitsraad. Er zijn legio bestaande verbanden waarin op diversiteit en inclusie wordt ingezet. “Uit de gesprekken met verschillende externe partijen is gebleken dat diversiteit in de huidige samenleving alom aanwezig is.”

Op zich – met het feit dat de gemeenteraad een diversiteitsraad wilde EN de conclusie van de gesprekken is dat een diversiteitsraad NIET gewenst is – is het volstrekt uitlegbaar en verdedigbaar wanneer initiatiefnemers of het college besluiten dat invulling gegeven is aan de motie en we over kunnen gaan tot de orde van de dag.

Verbazing nummer 2: er moet iets anders komen.

Een doetank.

Om praktische resultaatgerichte interventies uit te voeren om inclusie onder alle inwoners van Hilversum te bevorderen op basis van thema-gestuurde halfjaarlijkse bijeenkomsten.

Om praktische resultaatgerichte interventies uit te voeren om inclusie onder alle inwoners van Hilversum te bevorderen op basis van thema-gestuurde halfjaarlijkse bijeenkomsten.

Om praktische resultaatgerichte interventies uit…

Enfin: om dingen aan te jagen die al in bestaande netwerken worden uitgevoerd. En hier is – maximaal – 70.000 voor nodig per jaar. Voor 2 thema-gestuurde bijeenkomsten per jaar en bezoldiging voor de doetankers. Met welk plan? Met welk resultaat?

Voorzitter, ik ben ondernemer. Wanneer iemand zich aanbiedt om de marketing van mijn onderneming op zich te nemen, geen idee heeft of het nodig is, wat hij gaat doen en bereiken, maar toch maximaal 70k vraagt, dan lijkt me het antwoord duidelijk.

Wanneer je een aannemer hebt die nog niet in je huis gekeken heeft, maar toch al een offerte doet, lijkt me dit geen goede stap.

En terecht hanteert de gemeente strikte eisen en procedures wanneer het externe partijen inhuurt, en wordt eerst een opdracht met doelstellingen en meetbare resultaten gedefinieerd alvorens een marktconsultatie te doen.

Daarom is het zo gek dat we – zonder plan – zomaar een bedrag roepen. Waarom maar 70.000? Wellicht is de inclusie binnen een gemeente wel meer waard dan dat. 

Voorzitter, als de initiatiefnemers van deze motie eerst wat onderzoek hadden gedaan, was toen al gebleken dat de diversiteitsraad niet wenselijk was. Met het benadrukken van diversiteit en zeker met discussies binnen rondetafelgesprekken wie wel of wie niet mag deelnemen, wordt inclusie niet bevorderd en oogsten de initiatiefnemers uiteindelijk alleen maar meer polarisatie.

Het CDA sluit af met het advies aan het college om de motie als ‘ingevuld’ en vervuld te zien en raadt het instellen van een dergelijke doetank af. Wanneer er – op specifieke gebieden – inzet moet worden gepleegd op inclusie, vinden we dat dit binnen het beleid (zoals HR) kan en moet plaatsvinden. Gegeven de diverse verdragen en wetten, zou inclusie en culturele diversiteit onderdeel moeten zijn van een gezonde organisatie, zo ook die van en binnen de gemeente Hilversum.

Afbeelding: Max Kisman voor het FD

Landelijk/​Provinciaal

De twaalf provinciale afdelingen vormen de schakel tussen de gemeentelijke afdelingen en het landelijke bestuur.