Ellie Oomen, "Wijkmoeder Poelenburg"
Ellie Oomen, ‘wijkmoeder Poelenburg’
Onlangs mocht Ellie Oomen op het landelijk CDA congres (Veghel, 12 november 2016) haar beschouwing geven op de wijk Poelenburg. Ellie woont daar sinds 1974 en heeft zich vrijwel al die jaren ingezet als vrijwilliger in de wijk.
Ellie heeft in 2014 de Zaanse vrijwilligers prijs gewonnen. Oomen werd beloond voor haar niet aflatende inzet voor Poelenburg, waar ze actief is voor bejaarden, gehandicapten, de viering van 50 jaar Poelenburg mede heeft mogelijk gemaakt, en zich sterk maakte voor heropening van de Poelenburcht.
Delen uit haar beschouwing op 12 november jl.:
“Iedereen wil wonen op een plek waar je je thuis en veilig voelt. Voor mij is die plek sinds 1974 de wijk Poelenburg in Zaanstad – een wijk in beweging”.
Poelenburg, een groen schiereiland, tussen de Gouw, de Zuidervaart en de Watering. Met klassieke hoogbouw en laagbouw. Vanaf 1963 kwamen hier mensen wonen vanuit Groningen, Friesland en Amsterdam. Zij werkten hier in de Zaanstreek bij bedrijven als Bruijnzeel, AH en Verkade. Of in Amsterdam bij NDSM of de Fordfabriek. De eerste gastarbeiders waren Italianen die hun gezinnen konden laten overkomen. Zij woonden in de Italianenflat met de bijnaam Spaghettiflat. Hiervan is een boek en film verschenen. Rond 1970 kwamen veel werknemers vanuit Turkije. Eerst woonde zij in een barak aan de rand van Zaandam. Ook hun gezinnen kwamen over. Zo werd de wijk Poelenburg een gemêleerde wijk.
Vanaf 1964 was er voor de eerste 600 bewoners behoefte aan een buurthuis. Dat werd “De Poelenburcht”. Hier kon men elkaar ontmoeten en tevens was het een vraagbaak voor de nieuwe bewoners die niet gewend waren om in een flat te wonen.
Nadat de wijk ‘voltooid’ was, was er behoefte aan een groter buurthuis. In 1978 werd het buurthuis, opnieuw genaamd “De Poelenburcht” officieel geopend door drie Brinkmannen, te weten: wijlen Joop Brinkman, voorzitter van de beleidsraad, Ton Brinkman (CDA) wethouder van Welzijn van Zaanstad en Eelco Brinkman minister van C.R.M.
Vanaf het begin heeft dit buurthuis goed gefunctioneerd. Altijd levendig, met activiteiten voor jong en oud. Het opbouwwerk heeft taallessen gegeven aan anderstaligen en hen geholpen met papieren en werk. Beroepskrachten en vrijwilligers werkten goed samen. Zelf was ik een van deze vrijwilligers.
Toch ging het vanaf 1985 niet zo goed. De wijk kreeg te maken met werkeloosheid, achterstand in opleiding en integratieproblemen. Later werd de wijk aangemerkt als ‘Achterstandswijk’ – ‘Vogelaarswijk’. Er kwam extra geld en mensen vanuit de gemeente. Er werd een masterplan voor de wijk gemaakt. Diverse ontwikkelaars hebben tekeningen en maquettes gemaakt voor de wijk. Helaas is hier weinig van terecht gekomen.
De wijk is onlangs in negatieve zin in het nieuws gekomen, niet voor de eerste keer. Het komt telkens om een aantal jaren weer terug. Het is een soort vicieuze cirkel. Jonge kinderen en pubers groeien hier op en zoeken naar hun eigen plek, een eigen geluid. En dat gaat soms mis, zeker als er niet altijd ouders, verzorger of anderen zijn die hen kunnen corrigeren.
Na meer dan 50 jaar is de wijk nog steeds niet af. Dat is spijtig, maar ook een kans. Er komen nieuwe woningen bij. Ook zijn wij proeftuin voor het groen met het planten van het oerbos en hebben we een buurttuin die wordt bijgehouden door vrijwilligers. En heel belangrijk, er is meer aandacht voor de jongeren. Met goede begeleiding, scholing en werk moet het goed komen met de jongeren.
Nog steeds wonen we met groot plezier in deze wijk in beweging en zoals al heel lang, zal ik de veranderingen met de camera vastleggen.
Tot slot, wil ik het CDA landelijk vragen om veel aandacht te besteden aan de maatschappelijke problematiek in heel Nederland, want Poelenburg staat niet op zich.
Ellie Oomen