Provincie komt bewoners aan kanaal Almelo-de Haandrik tegemoet
Ook de bewoners van de beschadigde huizen langs het kanaal Almelo-de Haandrik waarvan niet duidelijk is wat de oorzaak is van de schade, krijgen een schadevergoeding van de provincie. Daarmee komt de provincie ruim 200 bewoners tegemoet die lange tijd in onzekerheid zaten. Dit is het voorstel van het college van Gedeputeerde Staten. Op woensdag 28 oktober nemen Provinciale Staten hierover een definitief besluit. Het is de bedoeling dat alle 360 eigenaren van de woningen en bedrijfspanden met schade nog voor het einde van dit jaar weten waar ze aan toe zijn.
In het eerdere voorstel van het college zouden de gedupeerden, bij wie niet aangetoond is dat de schade aan hun panden was ontstaan door de provincie, alleen recht hebben op een lening van maximaal 200.000 euro voor het herstel. Het CDA kwam in juli al met het voorstel om van die lening af te zien en ook deze eigenaren een schadevergoeding toe te kennen. Daarvoor bleek toen onvoldoende steun, omdat mogelijk sprake zou zijn van precedentwerking.
Inmiddels is duidelijk na juridisch advies dat Provinciale Staten kunnen besluiten tot een onverplichte vergoeding. Reden voor Gedeputeerde Staten om in het nieuwe voorstel af te zien van de lening en te kiezen voor het betalen voor het herstel van de schade aan de huizen en bedrijfspanden.
‘Het enkele feit dat de betrokkenheid van de provincie bij het ontstaan van de schade niet is bewezen, mag wat het CDA betreft geen reden zijn om mensen niet tegemoet te komen. Het college heeft deze boodschap begrepen en is nu met een nieuw voorstel gekomen waarbij de bewoners langs het kanaal niet in de kou blijven staan’, aldus CDA-woordvoerder Bart van Moorsel. ‘Wij hopen dat nu de regeling snel definitief wordt en de schade-experts er dit jaar nog mee aan de slag gaan, zodat het geld snel kan worden uitbetaald en een begin wordt gemaakt met het herstel.’