Gelukkig opgroeien en oud worden in Dinkelland. Dat wil toch iedereen. Daarbij heeft de jeugd de toekomst. Door in te zetten op het voorkomen van kinderarmoede en het versterken van de positie van kinderen maken we het verschil voor de volgende generatie. Preventie en vroeg signalering zijn de sleutel. Als je zorg of ondersteuning nodig hebt moet het er zijn. Dichtbij en laagdrempelig. Zo licht als mogelijk, zo zwaar als nodig.

CDA Dinkelland wil zorgen voor elkaar en dat iedereen kan meedoen:

  • We zetten ons in voor een veilige en inclusieve omgeving voor alle inwoners, op straat, in het onderwijs, bij (sport)verenigingen en op de werkvloer.
  • We vinden dat de gemeente Dinkelland haar wettelijke plicht moet uitvoeren bij het onderhouden van een anti-discriminatievoorziening. Dit moet meer zijn dan alleen een meldpunt. Er wordt ingezet op preventieactiviteiten en voorlichting.
  • We willen niet dat kinderen opgroeien in armoede. Vroegsignalering is van belang. Samenwerking met scholen en kinderopvang is belangrijk. Wordt een gemeentelijke belasting niet betaald, dan wordt niet direct een incassobureau ingezet maar persoonlijk contact opgenomen. Zijn er financiële problemen, waar kan de gemeente helpen?
  • We willen voorkomen dat kinderen uit onze gemeente (zware)jeugdzorg nodig hebben. Ook hierbij zetten we in op preventie en vroegsignalering.
  • We organiseren zorg en ondersteuning laagdrempelig en dichtbij. Zo licht als mogelijk, zo zwaar als nodig. Zoals de huiskamers in de verschillende kernen, de Wijk GGD’er en de dorpsondersteuner in Saasveld. Dit willen we naar behoefte uitbreiden naar andere kernen.
  • We vinden dat zorg betaalbaar moet blijven voor iedereen. Kritisch kijken welke voorzieningen nu echt nodig zijn. Niet waar heb ik recht op, maar waar kan ik niet zonder. Kansengelijkheid is het uitgangspunt.
  • We zetten in op de gezondheid van inwoners en stimuleren een gezonde levensstijl. Het preventieakkoord is daar een goed voorbeeld van. Vroeg eropaf, betrekken van (zorg)ondernemers, verenigingen en scholen.
  • We ondersteunen mantelzorgers zo goed als mogelijk. We benutten kansen door hen de middelen te geven die nodig zijn om hun belangrijke werk vol te houden. Oog hebben voor mantelzorgers, contacten tussen mantelzorgers te bevorderen en hierover het gesprek te voeren. Door een gezamenlijk diner, ‘ontzorgdagen’ voor overbelaste mantelzorgers en training over hoe om te gaan met mantelzorgtaken.
  • We stimuleren dat mensen elkaar blijven ontmoeten tot op hoge leeftijd. We zien het belang en faciliteren die ontmoeting. De open eettafels, duo-fietsen en ontmoetingsmiddagen in verschillende kernen zijn aansprekende voorbeelden.
  • We willen de grote gevolgen van laaggeletterdheid minimaliseren. Door actieve ondersteuning in de herkenning en erkenning zorgen we dat iedereen kan lezen en schrijven. We zien hierbij een centrale rol voor scholen en de bibliotheek.
  • We nemen de signalen van verborgen leed op het platteland zeer serieus. De ervencoach, die achter de voordeur komt, kan bijdragen aan het oplossen hiervan.
  • We willen overmatig alcohol- en drugsgebruik (ook lachgas) voorkomen. We kiezen hierbij voor een vroegtijdige aanpak die past bij Dinkelland door in te zetten op jongeren onder de 14 jaar en nauw samen te werken met ouders, scholen en verenigingen. Ook wel het IJslands preventiemodel wat goed past bij Dinkelland.
  • We stimuleren maatschappelijke organisaties en/of organisaties in wijken en kernen om elkaar te ondersteunen in de zorg voor jong en oud. Noaberhulp is in Twente een levenswijze.
  • We zetten actief in om eenzaamheid tegen te gaan. Bij jong en oud. Hierin kunnen de verschillende maatschappelijke organisaties in de kernen en wijken een actieve rol spelen. Hiervoor zal een project worden opgezet.

Landelijk/​Provinciaal

De twaalf provinciale afdelingen vormen de schakel tussen de gemeentelijke afdelingen en het landelijke bestuur.