14 december 2018

Verordening jeugdhulp en maatschappelijke ondersteuning

Het sociaal domein is en blijft, gezien de grote tekorten, een grote zorg voor het college, omdat er keuzes gemaakt moeten worden op basis van inkoop van zorgarrangementen, begeleidingstrajecten en hoe zaken beter te organiseren. Een gigantische klus die wat het CDA betreft niet ten koste mag gaan van onze kwetsbare inwoners. Voor ons als CDA blijft ondanks alles een ding bovenaan staan: dat ongeacht leeftijd en/ of achtergrond, iedereen de zorg of begeleiding moet krijgen waar iemand recht op heeft. Daarin is duidelijkheid, de juiste zorg en snelle afhandeling belangrijk voor iedereen die een hulpvraag heeft.

In de afgelopen weken hebben we in aanloop naar 2019, waar er weer gewerkt moet worden vanuit een nieuwe verordening, de discussie gevoerd of wij als raad kunnen instemmen met een verordening waarbij jeugdhulp en de WMO samenkomen in een verordening ‘Jeugdhulp en maatschappelijke ondersteuning’. Dit in het kader van de transformatieopdracht in het sociaal domein.

Na het lezen van de verordening jeugdhulp en maatschappelijke ondersteuning, kwamen we er al snel achter dat het in grote lijnen gaat om een letterlijke samenvoeging van de 2 verordeningen met een aanvulling van het nieuwe Twenstmodel en het weglaten van een aantal tekstuele herhalingen en wettelijke taken, waar wij als gemeente sowieso aan moeten voldoen.

In eerste instantie leek het dan ook op een hamerstuk en zouden wij als CDA, gezien de vraag om per 1 januari mee te kunnen doen met de inkoop volgens het nieuwe Twenstmodel, hier niet al te lang bij stil hoeven staan. Wij onderschrijven dan ook de ambitie om als gemeente van productgericht, d.m.v. aanbestedingstrajecten uit het nabije verleden, nu meer te willen aansluiten bij de hulp en ondersteuningsvraagstukken van onze inwoners op basis van resultaatgericht inkopen.

Dus meer maatwerk! En dat vinden wij als CDA erg belangrijk.

Dat neemt niet weg dat wij de omgekeerde werkwijze van het college niet als prettig hebben ervaren en we hebben dit tijdens Stedelijke commissie dan ook duidelijk uitgesproken. De normale gang van zaken is dat wij als raad eerst een beleidsplan ontvangen en daarna stemmen over een definitieve verordening. Met deze tijdelijke oplossing hebben wij dan ook om een bevestiging gevraagd en ook gekregen van de wethouder wat betreft het vervolgproces om tot een definitieve verordening te komen voor 2019.

Kort samengevat komt het erop neer dat als het beleidsplan aan de raad wordt gepresenteerd, er nog wel voldoende tijd en mogelijkheden moeten zijn om daar waar nodig als raad, volgens de normale procedure hierop te kunnen reageren en naast vragen, inspraak ook verbeterpunten in te kunnen dienen. Wij willen dus niet in het eerste kwartaal geconfronteerd worden met een beleidsplan en uiteindelijk een nieuwe verordening die al in beton zijn gegoten. De eerste stappen zijn hierin al gezet d.m.v. een technische sessie samen met de ambtenaren, waar er meer van zullen komen, maar dat is natuurlijk niet voldoende!

Graag hoor ik ook uw vragen, suggesties of twijfels als het gaat om zaken waar u tegen aanloopt i.v.m. de juiste zorg en begeleiding voor u of uw naaste. Want uiteindelijk gaat het om u en onze stad. Wij willen door in gesprek te blijven, toetsen of wij wel met de juiste zaken bezig zijn en daar hebben we u bij nodig.

Sara Nijenhuis, raadslid CDA Enschede

Landelijk/​Provinciaal

De twaalf provinciale afdelingen vormen de schakel tussen de gemeentelijke afdelingen en het landelijke bestuur.