Fusiedrang rijksoverheid onnodig!
Regionale samenwerking
Samenwerken omdat het moet of omdat het nodig is.
Het rijk stoot taken af naar gemeenten en gemeenten tuigen nieuwe bestuurslagen op om die taken uit te voeren. Als we het goed beschouwen zijn we in overheidsland helemaal verkeerd bezig. De Jeugdzorg moet van de provincies worden overgeheveld naar gemeenten omdat de uitvoering dichter bij de burgers moet. Op zich kunnen we ons daar wel in vinden, de gedachte is goed. Maar gemeenten roepen in koor dat ze deze taak niet aankunnen en zoeken samenwerkingsverbanden om dat op te lossen. Zelfs grote gemeenten pakken de jeugdzorg niet zelfstandig op. Waarom dan bij de provincie weghalen? We zijn lang niet altijd enthousiast over de provinciale overheden. Maar ze bestaan en zijn historisch geworteld. Wanneer we vinden dat het allemaal groter moet, dan is het beter de taken die gemeenten niet zelfstandig kunnen, bij de provincies te laten of daar onder te brengen. Minister Plasterk overweegt het aantal provincies terug te brengen tot enkele super provincies, maar wanneer we daarvoor in de plaats allerlei nieuwe bestuurslagen krijgen, schieten we er niets mee op.
De belangrijkste beweegreden voor schaalvergroting is van financiële aard. Het CDA heeft vaker benoemd dat schaalvergroting niet per definitie goedkoper is. We hebben daar recent weer voorbeelden van gezien die dat aantonen. Carinova stopt met de consultatiebureaus en dat wordt nu ondergebracht bij de GGD. De kosten waren in Staphorst het laagst, maar door het opgaan in een groter verband worden deze voor onze gemeente hoger. Voor de regionale brandweer geldt hetzelfde: de overheadkosten waren in Staphorst het laagst maar worden door de overgang naar een grote veiligheidsregio hoger.
Wanneer we kijken naar het aantal ambtenaren per inwoner, dan scoren fusiegemeenten over het algemeen hoog. Dat werd in de Stentor van 14 mei bevestigd waarin verwezen wordt naar een rapport van enkele Groningse economen. Uit dat rapport blijkt dat de kosten in fusiegemeenten sterker zijn gestegen dan in niet-fuserende gemeenten. Dat gold niet alleen op de korte termijn maar ook op de lange termijn.
De CDA fractie heeft zich voortdurend sceptisch opgesteld als het ging om regionale samenwerking. Niet dat we samenwerken niet goed of niet nodig vinden, maar het moet geen doel op zich zijn. We hebben jaren gesproken over wat we allemaal wel niet samen kunnen doen met verschillende gemeenten. Het heeft allemaal weinig opgeleverd. De kosten zouden minder meer geworden zijn...
Voortdurend horen we: dat kunnen we niet zelf, daar ze we te klein voor. Maar is dat ook zo? Door maar vaak en veel te roepen dat het allemaal groter moet, gaan we er bijna zelf in geloven. Maar heel veel kunnen we wel zelf. Feit is dat bij kleine instanties, bedrijven of overheden gekeken wordt naar schaalvergroting en zodra het allemaal groot is, ontstaan er weer kleine afdelingen, dependances, deelraden enz.
Groot is niet altijd beter en goedkoper!
Al met al vinden wij dat provincies meer een faciliterende rol voor gemeenten moeten vervullen en dat we af moeten van allerlei tussenlagen. Waarom een veiligheidsregio optuigen terwijl dat heel goed bij de provincies ondergebracht kan worden.
Maar de realiteit is dat de minister van binnenlandse zaken daar anders over denkt. De druk van de minister is wel enigszins van de ketel maar er wordt wel degelijk op aangedrongen te kijken naar grotere verbanden.
Staphorst heeft een aantal jaren gesnuffeld aan een aantal buurgemeenten maar echte liefde is het nooit geworden. Ik zat net in de raad en opperde eens waarom niet meer naar Meppel werd gekeken, maar dat was not done. We waren in gesprek met een aantal Overijsselse gemeenten en dat was veel logischer. Ondertussen zijn de meningen in raad en college wel wat veranderd…
Het college heeft gevraagd een richting aan te geven. Met alle voorbehouden die we hebben en hierboven zijn benoemd heb, hebben we we dat gedaan.
In de eerste plaats is het CDA niet voor een bestuurlijke- of ambtelijke fusie en maken de keuze voor meervoudige samenwerking. De nadruk moet dan liggen op onderwerpen die we zelfstandig niet kunnen. Gewoon pragmatisch knelpunten met elkaar afstemmen, wat kan een partner voor Staphorst betekenen en andersom.
De scenario’s:
Scenario 1 met Dalfsen en Zwartewaterland. Deze mogelijkheid is al voldoende besproken en lijkt geen succes te kunnen worden. Het heeft geen zin hier langer veel energie in te steken, deze valt af.
Scenario 4, hetzelfde als 1 maar dan met Zwolle erbij en wellicht komt daar ook Kampen nog bij. Staphorst zal in een dergelijk verband echt een kleintje zijn en efficiency voordelen zullen vooral naar de grote partners gaan. Deze optie valt ook af.
Dan scenario 3 met Meppel, Steenwijkerland en Westerveld en scenario 2 met dezelfde gemeenten, aangevuld met Zwartewaterland. Het CDA maakt de keuze voor optie 2, maar de vraag is welke richting Zwartewaterland op gaat. Stel dat die een andere keuze maken, komen we vanzelf op optie 3 en dat is een goed alternatief. Staphorst heeft sociaal en economisch veel met Meppel en samenwerking met die gemeente is het meest logisch. We doen al een aantal dingen samen en geografisch ligt het ook voor de hand. In het verleden werd vaak gesproken over de provinciegrens die samenwerking in de weg zou staan. Maar waar we al samenwerken, zoals met de sociale werkvoorvoorziening Reestmond en het openbaar onderwijs, horen we dat bezwaar helemaal niet.
Conclusie: voor Nederland is het beter dat provincies anders, meer faciliterend worden en het aantal nieuwe bestuurslagen wordt beperkt en teruggedrongen. Omdat onze invloed in Den Haag helaas beperkt is en we overgeleverd zijn aan de gedachten van partijen die vooral een sterke randstad voorstaan, moeten we zorgen dat we zelf een keuze voor samenwerking maken, voordat die voor ons gemaakt wordt. De CDA fractie kiest dan voor een meervoudige, pragmatische samenwerking met Meppel, Steenwijkerland, Westerveld en Zwartewaterland.
Jacob Spiker