Klimaatrobuust

Het begrip van klimaatrobuustheid kent zijn origine bij de waterschappen. Het zijn immers de dijken die het in alle klimaatomstandigheden robuust moet zijn. In periodes van hitte en droogte alsmede tijdens hoog water en laag water. Van origine zijn waterschappen klimaatrobuuste organisaties. Anno 2023 krijgt dit begrip meer betekenis. In het landelijk coalitieakkoord is benoemd dat water het leidend principe moet worden bij gebiedsontwikkelingen en dat is slechts een middel richting een meer klimaat robuust Nederland. In dit hoofdstuk zetten we uiteen hoe wij denken dat je een klimaat robuust Nederland creëert.

  • Toekomstig waterbeheer en inrichting van gebieden worden afgestemd op zowel afvoeren als vasthouden van water. De gebiedskenmerken geven daarbij de natuurlijke mogelijkheden weer om water in balans te brengen. Daarbij wordt ook gekeken naar de functies in de gebieden.

  • Bij nieuwe ontwikkeling wordt water als ordenend principe gehanteerd, daarmee wordt voorkomen dat er veel ingrepen nodig zijn in het watersysteem om de bebouwing op die locatie mogelijk te maken. We laten peil-volgt-functie steeds meer los en gaan naar functie-volgt-peil. Hoewel geen taak van het waterschap, kan het waterschap in overleg met de gemeenten ook inzetten op het vasthouden in plaats van afvoeren van water. Hier zijn diverse sturingsmogelijkheden voor. Voorbeelden zijn bijvoorbeeld waterdoorlatende parkeerplekken die door middel van wadi’s ondergronds water kunnen vasthouden.

  • In het coalitieakkoord 'Omzien naar elkaar, vooruitkijken naar de toekomst' staat benoemd dat water het leidend principe moet zijn bij ruimtelijke ontwikkelingen. Het CDA steunt dit voornemen en pleit ervoor dat de klimaat stresstest, watertoets en Systeemoverzicht Stedelijk Water (SSW) /Gemeentelijk Rioleringsplan (GRP) maatregelen meewerken aan dit voornemen. Plekken die letterlijk en figuurlijk dreigen te verzuipen zijn niet geschikt voor woningbouw. Functie volgt peil en niet andersom.

  • Goede monitoring van het grondwater; ondiep en diep geeft handvatten om langjarige trends goed in beeld te brengen. Tevens geeft dit inzicht in hoe voorraden zich herstellen. Proeven om grondwater extra aan te vullen met peilgestuurde drainage of andere technieken zoals freshmakers geven inzicht in hoe een waterbalans op perceelniveau kan worden gesloten. Het waterverdelingsvraagstuk van neerslagoverschot en neerslagtekort kan worden opgelost onder regie van het waterschap. De kennis van het gebied en de hydrologie van grondwater is bij het waterschap Rijn en IJssel van hoog niveau. Gezamenlijk met provincie en gemeenten verbetert het waterschap de grondwaterstanden.

  • De meest verdrogende gebieden zijn steden door versnelde afvoer van regenwater via verhardingen en relatief weinig groen. Het inzetten op meer vergroening en afkoppelen van regenwater van het riool heeft in de komende periode meer aandacht nodig vanuit het grondwater bezien. Bijkomend voordeel is dat deze maatregelen ook goed zijn om hittestress te voorkomen.

  • Deltaprogramma is leidend voor de gezamenlijke uitgangspunten inzake zeespiegelstijging. Waterschappen worden hierin aan de voorkant betrokken om te zorgen dat zij voorbereid zijn op de komende uitvoering en daarvoor ook de juiste instrumenten en middelen hebben.

  • Behouden en verbeteren van het solidariteitsprincipe in de financiering van de kustverdediging. Gebieden met veel waterkeringen en weinig inwoners zien nu een relatief zware last op de begroting afkomen. Het CDA pleit ervoor om de oeverversterkingen onder het HWWP te brengen. In veel projecten met de nieuwe participatieaanpak wordt het project aangevuld met maatregelen die niet direct bijdragen aan de waterveiligheid, maar wel aan natuur, leefbaarheid en recreatie. Deze aanpak dient zich te vertalen ook in een betere financieringsverhouding.

  • Een goede waterkwaliteit is in ieders belang. Het CDA wil goed en ecologisch water met daarbij de KRW-doelstellingen 3 als uitgangspunt.

  • Stimuleren van groene daken en waterbergingen stimuleren in samenwerking met de gemeenten.

  • Het bevorderen van biodiversiteit krijgt een steeds grotere rol binnen het Waterschap. Het CDA pleit ervoor om naast het optimaliseren van het maaibeleid ook de inrichting van haar Waterschapsterreinen aan te passen, zodat dit een bijdrage levert aan de biodiversiteit. Voorkomen moet worden dat “gifplanten” (o.a. Jacobskruiskruid) zich kunnen verspreiden.

Landelijk/​Provinciaal

De twaalf provinciale afdelingen vormen de schakel tussen de gemeentelijke afdelingen en het landelijke bestuur.