21 december 2016

Geld voor onderwijs hoort thuis in de klas

Wekelijks bezoek ik meerdere scholen om mijn licht op te steken voor de debatten in de Tweede kamer en om kennis te maken met goede praktijkvoorbeelden. Afgelopen week werd ik onaangenaam verrast door het bericht ‘School lokt leerling met vliegreisje’ (*1). Maar dit bericht deed me ook weer denken aan een goed voorbeeld dat ik tegenkwam tijdens een geslaagde onderwijstour met CDA Brabant in Breda. Want daar werken scholen voor voortgezet onderwijs wél samen en zorgen zo dat leerlingen terechtkomen op de school die bij hen past en is er geen sprake van rare fratsen om potentiele leerlingen te lokken. Deze week heb ik vragen gesteld aan de staatssecretaris om deze manier van werken breder bekend te maken! (*2)

Vliegreisje
Rotterdamse voortgezet onderwijs scholen proberen leerlingen uit groep 8 te interesseren voor hun school met kekke 3D filmpjes, ‘goodie bags’ en op één school wordt zelfs een rondvlucht in een vliegtuigje verloot onder de deelnemers aan de open dag. De PR-machine van de scholen draait op volle toeren. De reden voor deze gelikte reclamecampagnes wordt opgetekend uit de mond van de schoolbestuurders: meer leerlingen betekent ook meer geld voor de scholen.

Meer marketing, betekent minder geld voor onderwijs
Het doel van scholen zou niet moeten zijn om meer leerlingen te verleiden om voor hun school te kiezen, maar om goed onderwijs te bieden. En de keerzijde van deze moordende concurrentieslag blijft helaas onderbelicht: méér geld voor PR en marketing, betekent mínder geld voor onderwijs. Juist in een tijd waarin schooldirecteuren, leraren en leerlingen klagen over werkdruk en volle klassen, zou van schoolbesturen terughoudendheid verwacht mogen worden bij het besteden van onderwijsgeld aan glossy brochures reclamemateriaal.

Bredase aanpak
Dat dit ook anders kan, bewijzen de schoolbesturen in Breda, waar duidelijke bestuurlijke afspraken zijn gemaakt tussen de verschillende scholen voor voortgezet onderwijs. Gemeenschappelijke voorlichtingsavonden, afspraken over snuffelmiddagen en Open Dagen die zijn geconcentreerd op twee zaterdagen. In Breda is er geen sprake van een haasje-over-effect met tijdrovende, geldverslindende campagnes, maar van adequate, sobere voorlichting, zoals dat past in het onderwijs. Door dergelijke afspraken ontstaat er een gelijk speelveld tussen scholen, terwijl het pluriforme scholenaanbod blijft behouden. Maar de kosten voor de werving van leerlingen verminderen aanzienlijk. Zo kan het geld dat bedoeld was voor onderwijs weer terecht komen waar het hoort: in de klas!

*1: http://www.ad.nl/rotterdam/school-lokt-leerling-met-vliegreisje~a07a7df2/
*2 https://www.tweedekamer.nl/kamerstukken/kamervragen/detail?id=2017Z00670&did=2017D01441

Landelijk/​Provinciaal

De twaalf provinciale afdelingen vormen de schakel tussen de gemeentelijke afdelingen en het landelijke bestuur.