Wegen vol vergeving
Op 31 oktober jl mocht ik in mijn eerste Statenvergadering direct mijn maidenspeech houden. Het onderwerp was de aanpak van de N411. Een kort stukje weg tussen Utrecht en Bunnik, maar een ellenlang proces van bespreking en besluitvorming.
Ik begon mijn inbreng met de vraag ‘Wat heeft een theoloog te zoeken bij het thema mobiliteit?’. Voordat ik lid werd van de Provinciale Staten, had ik mij namelijk nog nooit diepgaand met mobiliteit beziggehouden afgezien van mijn rol als participant in het verkeer.
Bij het inwerken op mijn portefeuille en het doornemen van de mobiliteitsvisie van de Provincie deed ik echter een verrassende ontdekking! Ons mobiliteitsbeleid is gebaseerd op de ‘Duurzaam Veilig’ principes en één daarvan is de ‘vergevingsgezindheid van de omgeving en van weggebruikers onderling’. Eindelijk herkenbaar jargon dacht ik direct.
Maar mijn gevoel van herkenning was van korte duur, want wat moet je met de fysieke vergevingsgezindheid van een weg? Barmhartige bomen en zachtmoedige bermen bestaan niet, daar kunnen mensen die een verkeersongeval hebben meegemaakt of daar iemand aan hebben verloren over meepraten. De associatie met ‘schuldige landschappen’ dringt zich aan je op. Ach, misschien zoek ik teveel achter een woord, waarschijnlijk is het een krukkige vertaling van een begrip uit het Engels.
De N411 is een onveilige weg. Er zijn gevaarlijke bochten en fietsers kunnen op veel plekken de weg oversteken. Op 31 oktober, de dag waarop we herdachten dat vergeving opnieuw onder het stof vandaan gehaald werd door Maarten Luther, besloten wij eindelijk dat de N411 aangepakt werd. Hopelijk wordt deze weg daardoor snel veiliger voor automobilisten, fietsers en wandelaars. En ik ga mij ervoor inzetten om op veel meer plekken in de provincie de veiligheid zo snel mogelijk te verbeteren.
Of vergevingsgezindheid daar het goede woord voor is? Ik denk het niet, wegen worden nooit vergevingsgezind. Mensen gelukkig wel en de aanvang van deze grote beweging van vergeving vieren wij binnenkort met Kerst. U ziet, als theoloog kan ik mijn lol op met mobiliteit.
Ik wens u goede dagen toe en roep u op om onveilige verkeerssituaties in onze provincie bij mij te melden!