Go Sharing is een ware plaag in Amersfoort: bijna 1000 klachten en flink wat brandstichtingen in één jaar tijd
UPDATE
In Amersfoort kan je niet meer om ze heen; de groene deelscooters van Go Sharing. De één vindt ze geweldig, de ander is ze liever kwijt dan rijk. Toch is één ding wel duidelijk nu ze een jaar in de stad zijn: het regent klachten en er vlogen al vijftien scooters in brand. Zondagavond was het weer raak.
Jeroen van der Veer 11-12-21, 15:30 Laatste update: 12-12-21, 17:29
In de tweede helft van 2022 wordt de pilot van Go Sharing in Amersfoort geëvalueerd met de gemeente. Daarbij zou een belangrijk gespreksonderwerp ongetwijfeld het vandalisme én de klachtenregen zijn. Maar liefst 875 keer kwam bij Go Sharing een melding binnen over foutgeparkeerde scooters, en bij de gemeente 181.
Daarnaast werden vijftien deelscooters in brand gestoken en ongeveer vijftig scooters zijn beschadigd door vernielingen. Dat schrijft de gemeente als antwoord op schriftelijke vragen van Jan de van der Schueren (CDA).
De hoge kosten worden verhaald op Go Sharing
Burgemeester Bolsius
Bij schade aan de openbare ruimte komt een gespecialiseerd bedrijf schoonmaken. ,,We hebben geen totaaloverzicht van de schade die door vandalen is aangericht aan de openbare ruimte, via de scooters van Go Sharing”, aldus de gemeente. ,,De hoge kosten worden verhaald op Go Sharing. Lagere kosten niet omdat het (administratief) doorbelasten van lage bedragen meer geld kost dan het oplevert.”
Evaluatie
Zondagavond moest de brandweer een deelscooter blussen aan de Hamseweg. Ondanks de grote hoeveelheid meldingen ziet de gemeente geen noodzaak om Go Sharing op de vingers te tikken en blijft de evaluatie gepland staan op midden 2022. ,,Uiteraard blijven we wel in gesprek met Go Sharing, handhaving en politie om het vandalisme zoveel als mogelijk te voorkomen en daders in beeld te krijgen. We begrijpen dat inwoners overlast ervaren als de scooters fout geparkeerd staan, en we zien ook dat het vandalisme aan de scooters overlast geeft. Dat willen we uiteraard voorkomen en heeft onze aandacht.”