03 april 2019

De Regionale Energie Strategie kan niet zonder participatie

 

Tijdens de raadsvergadering van 14 maart jl. stond het raadsvoorstel voor de Regionale Energie Strategie (RES) op de agenda. Met de RES moeten wij als regio een invulling gaan geven aan de opgave om 49% CO2 reductie te gaan realiseren. Voor ons als CDA is echter nog wel steeds onduidelijk wat die 49% t.o.v. wat dan is en hoe kunnen we dat dan meetbaar maken en hoe weten we dan ook of onze plannen voldoende zijn om die 49% te halen. 

Het raadsvoorstel zoals het er lag gaf wat het CDA betreft weinig ruimte of mogelijkheden om af te wijzen, want een stuk van de uitvoering is al in gang gezet, namelijk met de dialoogtafels die op 23 maart jl. zijn gestart. Daarbij, als we niet meedoen, dan besluit Den Haag hoe wij als Leusden en/of regio wel aan de opdracht moeten voldoen en dan besluiten zij voor ons waar de zonnevelden en windmolens komen. Het CDA was dan ook niet tegen het voorstel. Wel realiseren we ons dat het een immense opdracht is waar we voor staan en waarvan we op nog vrij weinig vlakken de gevolgen kunnen overzien. Zelfs van de dialoogtafels zijn we eigenlijk ongewis wat dit ons kan brengen en wat we er dan vervolgens mee kunnen gaan doen.

Het raadsvoorstel riep toch nog wel wat vragen op. In het stuk staan een hoop vaagheden en algemeenheden in. En juist om die vragen enigszins te bundelen, voor onszelf, maar zeker ook voor u de inwoners en de rest van de regio, hebben wij ons geroepen gevoelen dit te vertalen in een motie. Een motie voor die onderdelen die wij te weinig belicht vinden, een extra kader mee te geven bij het proces van de RES en de uitvoering van de RES. Het raadsvoorstel vindt u via deze link en de motie vindt u via deze link.

Graag lichten wij de onderdelen zoals wij deze hebben benoemd in de motie aan u toe, om u deelgenoot te maken van onze overwegingen.

1.     Energiebesparing hoort wat het CDA betreft een belangrijk onderdeel te zijn en dat er dus niet alleen naar de opwekking van energie moet worden gekeken. Juist ook hoe en waar kunnen we als eerste juist besparen. In dit raadsvoorstel wordt met name gezegd dat er in het voorstel gebruik moet worden gemaakt van de nu bekende en aanwezige mogelijkheden om warmte en elektriciteit op te wekken. Maar wanneer we eerst kijken waar we kunnen besparen, dan scheelt dat weer opwekken. En er lijkt nu naar vooral het huidig verbruik te worden gekeken en hoe gaan we daar dan die 49% op loslaten. 

2.     Participatie van de inwoners is cruciaal en het CDA vindt dan ook dat inwoners op 3 niveaus moeten kunnen participeren. De inwoners worden nu enkel genoemd in het raadsvoorstel op pagina 2 bij de dialoogtafels op pagina 2. Wij als CDA vinden dat de inwoners niet enkel aan de dialoogtafel een bijdrage zouden mogen leveren, maar ook bij de keuze van investering en ze ook laten profiteren van de opbrengsten. De samenleving denkt wat betreft het CDA mee over de strategie, participeert in het realiseren van (ook grootschaliger) energie-opwekking en profiteert dan uiteraard ook gewoon volop mee van de opbrengsten daarvan. In die participatie is dan daarmee het draagvlak waar we ook allemaal naar op zoen zijn impliciet geregeld. Dan is het niet van bestuurders (die draagvlak zoeken voor hun ding), maar van onszelf als samenleving omdat we meedoen (participeren). Vraag is of de bij de dialoogtafels uitgenodigde maatschappelijke groepen de inwoners voldoende worden vertegenwoordigd.... In het verlengde hiervan kom je dan gelijk bij punt 3. 

3.     Sociaal economische draagkracht. Wat betreft het CDA verdiende dit meer aandacht in de RES. ‘Energiearmoede’ moet geen rem worden op de opgave waarvoor wij staan, maar dat is nog niet helemaal vanzelfsprekend. Kijk maar naar de doorrekeningen van het PBL en CBS, de laagste inkomens lijken met deze plannen het zwaarst getroffen te gaan worden. Alle inwoners moeten kunnen meedoen en profiteren.

4.     Dan punt 4, de aandacht voor de effecten op gezondheid en leefomgeving. Termen die binnen de Omgevingswet en omgevingsvisies ook een enorm grote rol spelen. Daarom des te belangrijker wat ons betreft om deze RES extra benoemd te worden. In het huidige klimaatakkoord wordt het al benoemd: “Wanneer een regio dit wenst kunnen ook opgaven van andere tafels worden meegenomen in de RES, zoals maatregelen voor duurzame mobiliteit, industrie of landbouw en landgebruik”. Een brede scope om mee te nemen als het gaat om CO2, maar wat ons betreft wel allemaal met elkaar verweven en daarom belangrijk om als kader mee te geven.

En als laatste punt

5.      het tweejaarlijks herijken van de RES is wat ons betreft is dit een continue proces. Een transparant systeem van monitoring kan wat ons betreft alle raden en inwoners deelgenoot en eigenaar te laten zijn van deze RES. Herijken en monitoring mag wat betreft het CDA de voortgang niet verstoren. Helaas vinden wij zo'n instrument in het raadsvoorstel nu niet terug. 

Wij hopen u hiermee een klein beetje mee hebben kunnen nemen in onze ideeën en gedachten bij de RES. Helaas waren niet alle partijen het eens met onze standpunten. Maar wij als CDA Leusden zullen ons hard blijven maken als het gaat om participatie van de inwoners bij deze enorme klimaatopgave waar we met elkaar voor staan. Heeft u nog vragen hierover of wilt u een keer met ons van gedachten wisselen, neem dan vooral contact met ons op. [email protected]

 

Landelijk/​Provinciaal

De twaalf provinciale afdelingen vormen de schakel tussen de gemeentelijke afdelingen en het landelijke bestuur.