Re-integratieverordening Participatiewet 2024: Waardering voor de inspanningen, kritische noot bij budget en transparantie
Donderdag 29 februari - De gemeente staat voor de taak om een nieuwe re-integratieverordening vast te stellen in het kader van recente wijzigingen binnen de Participatiewet, onder de noemer Breed Offensief. Dit besluit omvat tevens de intrekking van de huidige Verordening re-integratie en tegenprestatie Participatiewet 2017. De juridische grondslag voor deze veranderingen ligt in de wetswijziging van de Participatiewet. Fractievoorzitter Frans van der Knaap voerde het woord namens het CDA.
Aanleiding
Het Breed Offensief, geïnitieerd vanaf 1 juli 2023, beoogt onder andere de verbetering van arbeidsmarktkansen voor mensen met een arbeidsbeperking en het transparanter maken van re-integratie-instrumenten. Het doel van dit besluit is een aangepaste re-integratieverordening die beter aansluit bij de huidige wetgeving en de doelstellingen van het Breed Offensief.
Argumenten
De voorgestelde wijzigingen zijn gebaseerd op een modelverordening van de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG), waarin onder meer processen en voorwaarden met betrekking tot loonwaardebepaling, loonkostensubsidie en jobcoaching zijn opgenomen.
Kanttekeningen
De noodzaak voor een nieuwe verordening moet zorgvuldig worden afgewogen tegen de bestaande regelgeving om te verzekeren dat de voorgestelde wijzigingen daadwerkelijk leiden tot verbeteringen in termen van transparantie en doeltreffendheid van de re-integratie-instrumenten.
Waardering voor de inspanningen, kritische noot bij budget en transparantie
Het CDA toont waardering voor de inspanningen van de gemeente Goes om de bestaande verordening te verbeteren. Deze verordening, bedoeld om processen rondom loonwaardebepaling, loonkostensubsidie en werkgeverssubsidie te verhelderen, wordt door het CDA toegejuicht vanwege het streven naar transparantie en doelmatigheid.
Echter, het CDA plaatst ook een kritische noot met betrekking tot het budget. Het succesvol toepassen van deze instrumenten kan kostenverhogend werken, waarbij een extra bijdrage vanuit het Rijk wenselijk zou zijn. Het CDA vraagt zich af of daar zicht op is.
Een tweede punt van zorg betreft de complexiteit van de verschillende instrumenten in de verordening. Het CDA vreest dat de veelheid aan op elkaar gelijkende instrumenten het overzicht bemoeilijkt, zowel bij de toepassing, monitoring als aanvraag ervan. De partij roept de portefeuillehouder op om hierover meer duidelijkheid te verschaffen.
In het kader van participatie oppert het CDA de mogelijkheid om inwoners meer te betrekken bij dit proces. Zo zou een soort cliëntenraad of seniorenberaad kunnen worden opgezet om de belangen van diverse groepen in de samenleving te behartigen. Hoewel dit momenteel wellicht niet van toepassing is, ziet het CDA hierin een waardevolle optie voor de toekomst.