Bijdrage Rinus van 't Westeinde over de frictiekosten van het BRZO
Vrijdag 20 september - MIDDELBURG - Gedurende de Statenvergadering heeft Statenlid Rinus van 't Westeinde een bijdrage geleverd over de frictiekosten van de BRZO.
Per 1 juli heeft het Rijk het besluit omgevingsrecht gewijzigd. Dit betekende dat het doormandateren van verantwoordelijkheid van de BRZO-taken (Besluit Risico's Zware Ongevallen) van Dienst Centrale Milieu Rijnmand (DCMR) naar de Regionale Uitvoeringsdienst (RUD) Zeeland niet langer is toegestaan.
Dit is een vaststaand feit.
Bij de implementatie van deze nieuwe werkwijze zijn er vijf voorwaarden/uitgangspunten meegegeven:
- Een blijvend robuuste RUD Zeeland.
- Geen ontslagen.
- Standplaats in Zeeland blijft behouden.
- Impact medewerkers nihil.
- Minimale frictiekosten.
Een onafhankelijke derde heeft de frictiekosten objectief in beeld gebracht. De Provincie heeft aangegeven in redelijkheid de frictiekosten te vergoeden, conform deze uitgangspunten.
In deze situatie zijn frictiekosten onoverkomelijk. In de commissie Ruimte werd door de Gedeputeerde toen aangegeven dat we rekening moeten houden met een bedrag van minstens zes nullen. Het CDA is hiervan geschrokken. Nog erger was het toen we te horen kregen dat het om een bedrag ging van 2,8 miljoen euro.
Toen de frictiekosten naar buiten kwamen, heeft dit veel stof op doen waaien. Bij zowel de Provinciale Staten als op straat. En terecht.
Extra commissies, tientallen vragen en reacties waren nodig om de herkomst van dit bedrag uit te leggen. De brief die 6 september is verschenen van Gedeputeerde Staten heeft veel duidelijkheid verschaft in deze onoverzichtelijke situatie, maar had in een veel eerder stadium mogen verschijnen. Is de Gedeputeerde het met ons eens dat het proces rondom de frictiekosten moeizaam is verlopen?
Het is gelopen zoals het gelopen is. Maar we kunnen hier wel lering uit trekken voor de toekomst. Wij gaan ervan uit dat onze bestuurder bij de RUD dit op een zorgvuldige en rechtvaardige wijze zal afhandelen.
We dienen samen met andere partijen een amendement in. Dit amendement stelt dat de vaste frictiekosten voldaan worden aan de RUD, en de resterende frictiekosten als voorschot jaarlijks worden betaald en verrekend worden met het daadwerkelijke bedrag. Dit is totaal maximaal 2,8 miljoen euro gedurende maximaal vijf jaar. Het doel van dit amendement is dat we zo beter en jaarlijks inzicht krijgen in de daadwerkelijke kosten, zonder dat we voor verrassingen komen te staan.