Kernenergie is onmisbaar in een brede energiemix
Dinsdag 2 november - ZEELAND - Kernenergie is onmisbaar in een brede energiemix' aldus Jeffrey Oudeman (Statenlid) en Tom Berendsen (Lid van het Europees Parlement). Dit artikel is verschenen in de PZC op 2 november 2021.
In Glasgow vergaderen de wereldleiders tijdens de klimaattop over de klimaatdoelen en hoe die te behalen. Tal van rapporten worden besproken, met als kern dat de aanpak van de klimaatverandering topprioriteit blijft. Ieder land zal verantwoordelijkheid moeten nemen om de CO2-uitstoot enorm terug te dringen.
In de afgelopen zomer verschenen christendemocratische visie op klimaatbeleid pleiten wij daarom voor groene industriepolitiek. Waarin overheid en bedrijfsleven samen grote stappen zetten in de verduurzaming van Nederland en tegelijkertijd het verdienvermogen versterken. De uitdaging om in 2050 op een CO2-vrije manier invulling te geven aan de energie- en grondstoffenvraag is vanuit die visie groot. Het spectrum van oplossingen is breed. Van besparen tot de opslag van CO2 in lege gasvelden, van de inzet van waterstof tot een toename van het gebruik van elektriciteit.
Dat laatste zal enorm zijn. Als de industrie grootschalig haar processen op basis van elektriciteit en waterstof inricht, zal er een verveelvoudiging van de vraag zijn. Dat betekent in onze beleving dat we niet de luxe hebben om welke technologie dan ook uit te sluiten. Een brede mix van energieopwekking zal nodig zijn. Kernenergie kan de noodzakelijke stabiele basis vormen voor ons energiesysteem en ons tegelijkertijd minder afhankelijk maken van andere delen van de wereld, zoals Rusland en het Midden-Oosten.
Wat ons betreft is kernenergie dus onmisbaar. Allereerst levert een kerncentrale voortdurend stroom. Wind- en zonneparken leveren alleen wanneer er wind is of wanneer de zon schijnt. De industrie en ook wijzelf als consumenten willen de elektriciteit echter voortdurend beschikbaar hebben.
Daarnaast is kernenergie goedkoper dan vaak gedacht. Tenminste, als de overheid de (financiële) randvoorwaarden voor de verschillende vormen van energieopwekking gelijk stelt. In opdracht van de provincie Zeeland is onafhankelijk onderzoek gedaan waaruit blijkt dat kernenergie niet alleen een concurrerende technologie is, maar zeker ook financieel haalbaar. Dat blijkt ook uit de bouw van nieuwe kerncentrales in andere landen, bijvoorbeeld het Verenigd-Koninkrijk en Frankrijk. Hoewel daar leergeld is betaald in de vorm van kostenoverschrijdingen, onder meer te wijten aan 'ouderwets en falend projectmanagement'. Juist door voor opschaling te kiezen en door technieken door te ontwikkelen wordt kernenergie goedkoper. Zo kunnen de stappen die nu gezet worden om op grotere schaal kleine, modulaire kerncentrales te ontwikkelen (SMRs) de bouwtijd en kosten aanzienlijk verminderen. Zeker als we in Europees verband gaan samenwerken, kunnen we kernenergie dus betaalbaar opschalen.
Kernenergie is, als derde, een veilige optie. Kernreactoren moeten voldoen aan hele strenge veiligheidseisen waarop wordt toegezien door nationale en internationale autoriteiten. Zo kan de huidige centrale in Borssele extreme aardbevingen aan en is deze bestand tegen overstromingen van meer dan vijf meter.
Als vierde vraagt kernenergie weinig ruimtebeslag. Het draagvlak voor wind- en zonneparken is niet vanzelfsprekend. Een kerncentrale past in dit vergelijk op een postzegel. Dat is belangrijk, want er spelen nog genoeg andere vraagstukken in Nederland die een fors ruimtebeslag met zich meebrengen.
Kernenergie zorgt voor kennisontwikkeling en innovatie. Door het debat over kernenergie de afgelopen jaren is er enorm afgeschaald in onderzoek en innovatie. Terwijl er enorme kansen liggen. Er wordt nu gewerkt aan de ontwikkeling van SMR's. Met de toenemende aandacht zal er ook intensiever worden gewerkt aan de ontwikkeling van thoriumcentrales en zelfs kernfusie lijkt haalbaar de komende decennia.
Natuurlijk, er zijn nadelen.
Allereerst het afvalvraagstuk. Een kerncentrale levert ongeveer een regenton aan nucleair afval per jaar. Maar, we zijn met de Covra goed in staat om dat beheersbaar te bewaren. Tegelijk wordt er (onder andere in Finland) gewerkt aan eindberging van nucleair afval. Bovendien kan een groot percentage van het ‘afval’ al gerecycled en opnieuw gebruikt worden.
Een nieuwe centrale staat er niet voor 2030, maar ook daarna hebben we volop energie nodig. Daarom is het goed om tot 2030 zowel de focus te leggen op de ontwikkeling van wind-, zon- en getijdenenergie als op het langer openhouden van de huidige kerncentrale in Borssele en de start van de ontwikkeling van een (of meer) nieuwe kerncentrale(s). Een mooie opdracht voor het nieuwe kabinet. Een opdracht die ook gepaard moet gaan met een open proces, gericht op draagvlak voor die hele brede energiemix.
Wij zijn voor die brede energiemix, omdat we via groene industriepolitiek van het CO2-probleem af willen en daarmee onze mooie aarde ook mooi door kunnen geven aan volgende generaties.