Over de regionale mobiliteitsstrategie: " Het CDA waardeert dat niet wordt gekeken vanuit verschillende mobiliteitsvormen, maar dat de reiziger centraal wordt gesteld."
Vrijdag 17 december - MIDDELBURG - Statenlid Maarten Janssens heeft gesproken over de Regionale Mobiliteitsstrategie. De afgelopen decennia is er veel veranderd op het gebied van mobiliteit. Een auto voor velen, volle bussen, toenemende veiligheid, streven naar minder vervuiling, elektrische fietsen, stijgende brandstofprijzen… En op al deze veranderingen moet worden ingespeeld, ook in onze provincie. Daarom spreken wij vandaag over de Regionale Mobiliteitsstrategie, waarmee mobiliteit voor zowel de Zeeuwse burgers als voor bezoekers van onze mooie provincie tot 2035 moet worden gewaarborgd. Een uitdagende opgave, omdat mobiliteit belangrijk is voor de leefbaarheid van Zeeland. Een fijnmazig netwerk binnen Zeeland, én goede verbindingen naar steden buiten de provincie bepalen naast leefbaarheid ook de kwaliteit van het vestigingsklimaat.
In deze strategie wordt anders gekeken naar mobiliteit. Er is geen sprake van één oplossing, maar van een in elkaar grijpende, ingewikkelde puzzel waarmee niet alleen meerdere mogelijke vormen van vervoer gemoeid zijn, maar waarbij ook vele partijen betrokken zijn. Het anders kijken uit zich ook in het zoeken naar slimme technieken om zo efficiënt mogelijk de vele verschillende typen reizigers op zo goed en goedkoop mogelijke wijze te bedienen. En dat vraagt niet alleen om keuzes, maar dat vraagt ook veel inspanning van alle betrokkenen.
Laat ik daarom starten met een aantal complimenten aan de ambtenaren, bestuurders en anderen die deze strategie hebben geschreven. Het CDA waardeert dat niet wordt gekeken vanuit verschillende mobiliteitsvormen, maar dat de reiziger centraal wordt gesteld. En ook reizigers met een beperking worden expliciet genoemd. Het lijkt het CDA goed om dit dan ook meteen te koppelen aan het normenkader waarvoor tijdens de behandeling van de voorjaarsnota een motie van deze strekking met grote meerderheid is aangenomen. Daarom vraagt het CDA de gedeputeerde toe te zeggen dat de uitvoering van deze strategie gaat passen binnen dit normenkader.
Vrijwilligers zijn belangrijk
Het blijven inzetten van vrijwilligers bij de uitvoering van deze strategie is ook een compliment waard: vrijwilligers zijn belangrijk. Maar werken met vrijwilligers kan ook kwetsbaar maken; daarom is het goed dat het inzetten van vrijwilligers een ‘plus’ is op de professionele uitvoering. Het verzoek aan de gedeputeerde is om te verzekeren dat dit inderdaad het geval is.
Zeeland is een fietsprovincie, en in deze strategie wordt daar nadrukkelijk rekening mee gehouden. Dat kan ook een bijdrage leveren aan het streven naar een zo laag mogelijke emissie als aansluiting op de Regionale Energie Strategie.
Het inzetten van slimme algoritmen om voor iedere individuele reiziger het traject van begin tot eind te begeleiden moet leiden tot efficiënte en effectieve mobiliteit. Gecombineerd met de in deze strategie beschreven fijnmazigheid (waarbij een opstappunt nooit ver weg is) en goed geoutilleerde hubs moet dat leiden tot een gevoel van zekerheid en van veiligheid bij de reiziger. Met name het dynamische aspect (dus dat bij vertraging in een reisonderdeel de overige onderdelen qua tijden automatisch worden aangepast) is een compliment aan de ontwerpers van deze strategie waard. Wel verzoeken we de gedeputeerde te bevestigen dat de reisbegeleiding voor individuele reizigers inderdaad dit dynamische aspect gaat borgen.
Ook een compliment verdienen de normen die in deze mobiliteitsstrategie zijn opgenomen. Waar ik in 2016 nog mijn verbazing uitsprak over het ontbreken van normen in de toenmalige mobiliteitsvisie, kunnen deze in de voorliggende strategie makkelijk worden gevonden.
Steun gemeenten nodig
Als laatste, voorzitter, wil het CDA de gedeputeerde oproepen alles te doen wat in zijn macht ligt om ervoor te zorgen dat alle gemeenten voor deze mobiliteitsstrategie kiezen. Want, gemeenten die niet meedoen, bieden hun inwoners en gasten niet het gemak van een maximale afstand tot een opstaplocatie van 500 meter binnen, en 2500 meter buiten de bebouwde kom. Graag krijgt het CDA deze toezegging van de gedeputeerde.
Afsluitend, voorzitter, haal ik graag een uitspraak aan van ongeveer tweeëneenhalf duizend jaar geleden. Sun Tzu, een Chinese strateeg, sprak toen de woorden: “Strategie zonder tactiek is de langzaamste route naar de overwinning”. Daarom zal het CDA met belangstelling de stappen volgen die leiden tot de uitvoering van deze mobiliteitsstrategie. Wij gaan er dan ook van uit dat provinciale staten regelmatig van de voortgang op de hoogte zullen worden gehouden.