Toekomst voor de Zeeuwse boer | CDA stelt vragen
Vrijdag 23 februari - ZEELAND - De CDA Statenfractie Zeeland heeft deze week schriftelijke vragen gesteld over de toekomst van de Zeeuwse boer. Aanleiding was het nieuws van LTO waarin geadviseerd wordt om de Kritische Depositiewaarde uit de wet te halen. Cas Vesseur stelde de vragen op.
Toekomst voor de Zeeuwse boer
De Minister voor Stikstof & Natuur, Van der Wal, onderzoekt alternatieven om de kritische depositiewaarde (KDW) uit de Wet Natuurbescherming te schrappen. LTO (Land- en Tuinbouw Organisatie Nederland) maakt geen onderdeel uit van deze werkgroep, maar heeft een eigen voorstel uitgewerkt waardoor de KDW uit de wet en de vergunningverlening gehaald kan worden. Dit werd op 16 februari bekend, een ontwikkeling die het CDA volledig omarmd1. Daarom stelt de CDA Statenfractie Zeeland de volgende vragen aan Gedeputeerde Staten (GS):
-
Heeft het college kennisgenomen van de voorstellen van de LTO en wat is de reflectie van GS hierop2?
-
Wat is de mogelijke betekenis van het doorvoeren van deze voorstellen voor de situatie in Zeeland?
-
Wil GS samen met andere provincies, bijvoorbeeld via het IPO, deze voorstellen ondersteunen zodat deze zo spoedig mogelijk worden ingevoerd?
Een belangrijke uitkomst van het LTO-voorstel is de legalisatie van de PAS-melders en interimmers, waar het ministerie zich ook aan gecommitteerd heeft om dit voor 2025 te doen.
-
Wordt de uitstoot van PAS-melders meegenomen in de huidige depositiebepaling van Natura2000-gebieden?
-
Verandert deze uitstoot wanneer de PAS-melders gelegaliseerd worden?
-
Zo niet, wat is dan de belemmering om de PAS-melders te legaliseren?
Daarnaast heeft het CDA kennisgenomen van het akkoord tussen de Vlaamse overheid en de landbouwsector3. Hierover heeft het CDA de volgende vragen:
-
Hoe beoordeelt het college de uitkomst van deze onderhandelingen en wat kan dit voor Zeeland betekenen?
-
In hoeverre kan er een ongewenste rechtsongelijkheid ontstaan tussen boeren in de grensregio Zeeuws-Vlaanderen en in België?
-
Kan het college, bijvoorbeeld via het IPO, bewerkstelligen dat Nederland of Zeeland zich bij de Vlaamse regering aansluit in gesprekken met de Europese Commissie over het behouden van Natura2000-gebieden?
De Vlaamse regering heeft de opkoop van landbouwgronden tijdelijk opgeschort.
-
Hoe kijkt het college hiernaar en hoe kan de provincie zorgen dat in Zeeland landbouwgrond op eenzelfde manier wordt beschermd zoals in België?
Tot slot las het CDA het bericht dat Zeeland slechts vier miljoen krijgt vanuit de eerste tranche van middelen voor het gebiedsprogramma.
-
Hoe kijkt het college naar deze ontwikkeling?
-
Blijven GS gecommitteerd aan de afgesproken stikstofdoelen?
-
Wat kan het college doen om het Zeeuwse integrale plan toch uitgevoerd te krijgen?
Tijd voor evenwichtig beleid
In het licht van de recente ontwikkelingen omtrent de kritische depositiewaarde (KDW) en de voorstellen van LTO, is het duidelijk dat er belangrijke stappen worden gezet richting een effectief stikstofbeleid. Als CDA Statenfractie Zeeland omarmen we deze voorstellen en erkennen we de potentiële voordelen die ze kunnen bieden, niet alleen voor onze provincie maar voor het gehele landbouw- en natuurlandschap. We roepen Gedeputeerde Staten op om deze voorstellen zorgvuldig te overwegen en actief deel te nemen aan de dialoog, zowel op provinciaal niveau als in samenwerking met andere betrokken partijen zoals het IPO. Het is van cruciaal belang dat er een evenwichtig beleid wordt gevoerd dat zowel de belangen van de landbouwsector als die van natuurbehoud behartigt. Tevens zullen we blijven streven naar gelijke behandeling van boeren in grensregio's en blijven we ons inzetten voor het behoud van Natura2000-gebieden, ook in samenwerking met onze Belgische buren. Met betrekking tot de ontvangen middelen voor het gebiedsprogramma en de gestelde stikstofdoelen, blijft het CDA zich inzetten voor een integraal plan dat recht doet aan de belangen van alle betrokkenen en de unieke kenmerken van onze prachtige provincie Zeeland.