Aanpak misbruik in de prostitutie is onze morele plicht
Recent is de “Wet strafbaarstelling misbruik prostitué(s) die slachtoffer zijn van mensenhandel” aangenomen. Wat betreft de CU-SGP Den Haag en het CDA Den Haag gaan we deze wet in Den Haag zo snel mogelijk handen en voeten geven. Want we zouden ons in Den Haag niet moeten neerleggen bij misbruik, mensenhandel en mensonterende toestanden. Het is onze morele plicht, onze verantwoordelijkheid, om dit aan te pakken. Lees de schriftelijke vragen van Judith Klokkenburg (CU-SGP) en Kavish Partiman (CDA) hier:
Het actualiteitenprogramma EenVandaag heeft bij de Raad voor de Rechtspraak de cijfers opgevraagd van het aantal veroordeelde klanten van minderjarige prostituees sinds 2015, het jaar dat de ‘Loverboyzaak’ in Valkenburg onder de rechter was. Hieruit blijkt dat de afgelopen jaren gemiddeld nog geen tien klanten per jaar veroordeeld zijn (zie bijlage).
Overeenkomstig art. 30 van het Reglement van orde stellen de raadsleden Judith Klokkenburg (ChristenUnie/SGP) en Kavish Partiman (CDA) de volgende vragen:
1) Kan het college aangeven hoeveel klanten vanaf 2015 voor de rechter zijn verschenen in Den Haag, omdat zij verdacht werden van seks met een minderjarige in Den Haag? Hoeveel klanten zijn er ook daadwerkelijk veroordeeld? Zo niet, waarom heeft het college hier geen zicht op?
2) Kan het college aangeven hoeveel daders van mensenhandel er in Den Haag vanaf 2015 voor de rechter zijn verschenen en hoeveel er daadwerkelijk zijn veroordeeld? Zo niet, waarom niet?
3) Wat wordt er op dit moment gedaan om klanten te waarschuwen voor het bezoeken van een minderjarige prostituee?
4) Welke mogelijkheden ziet het college om klanten te wijzen op de signalen en de consequenties aan seks met een minderjarige prostituee? Is het college bijvoorbeeld bereid om het meldpunt Meld Misdaad Anoniem onder de aandacht te brengen van bezoekers in de prostitutiezone?
In het artikel pleit de Nationaal Rapporteur Mensenhandel Herman Bolhaar voor een brede aanpak waarbij maatschappelijke alertheid een belangrijke rol speelt.
5) Op welke manieren doet het college een beroep op de maatschappelijke alertheid bij het bestrijden van minderjarige prostitutie, bijvoorbeeld door een beroep te doen op hoteleigenaren?
In 2015 stelden Groep de Mos, ChristenUnie/SGP en CDA schriftelijke vragen over het verhogen van de prostitutieleeftijd naar 21 jaar (RIS281631), waarna de minimumleeftijd voor prostitutie verhoogd werd van 18 naar 21.
6) Zijn er sindsdien prostituees gesignaleerd die jonger waren dan 21? Zo ja, om hoeveel signalen gaat dat, van wie kwamen deze en wat is er met die signalen gebeurd?
7) Zijn er in de afgelopen 6 jaar pooiers en/of exploitanten opgepakt vanwege het laten werken van een minderjarige prostituee?
8) Hoeveel (minderjarige) slachtoffers van mensenhandel heeft SHOP de afgelopen 5 jaar opgevangen? Hoeveel slachtoffers heeft zij op dit moment in behandeling?
Op 22 maart 2021 is in de Eerste Kamer het Initiatiefwetsvoorstel-Segers, Kuiken, Van Nispen en Kuik “Wet strafbaarstelling misbruik prostitué(s) die slachtoffer zijn van mensenhandel” aangenomen . Met dit initiatiefwetsvoorstel wordt de strafbaarstelling geregeld van degene die seksuele handelingen verricht met een prostituee, terwijl hij of zij weet of redelijkerwijs moet vermoeden dat de prostituee daartoe is gedwongen of bewogen, en daarmee slachtoffer is van mensenhandel.
9) Hoe staat het met de lokale voorbereidingen voor de implementatie van deze wet? Welke stappen moeten volgens het college nog worden gezet om klanten van (vermoedelijke) slachtoffers van mensenhandel op te sporen?
Judith Klokkenburg Kavish Partiman
ChristenUnie/SGP CDA