06 september 2017

Den Haag moet meer ambitie tonen OV-plannen 2040

De gemeente Den Haag is niet kritisch genoeg op de OV-plannen van de metropoolregio Rotterdam – Den Haag (MRDH). Dat stelt CDA-woordvoerder Openbaar Vervoer Michel Rogier. 

‘’Wanneer ik de plannen lees dan mis ik lef en visie,’’ aldus Rogier. ‘’De MRDH maakt plannen voor het verbeteren en uitbreiden van het Openbaar Vervoer tot en met 2040. Dan verwacht je grootste concrete plannen. Er wordt echter totaal niet out-of-the-box gedacht, zoals aan ondertunneling van tramlijnen. Durf ambitie te hebben! Met alleen de voorgestelde lichte maatregelen zoals het aanpassen van verkeerslichten of het omleggen van een bestaande tramlijn redden we het niet hoor.’’ Rogier verwijst naar de tramtunnel in het centrum die dankzij een voorstel van het CDA is gegraven. ‘’In het begin vond iedereen het een te fors plan. Maar nu is iedereen er blij mee. Wanneer je de stad wil laten groeien zijn forse maatregelen en investeringen nodig en dat begint met het uitspreken van je ambitie.’’ De wethouder is het eens met Rogier en belooft in een aangepaste zienswijze de toekomstambities op het gebied van OV vanuit Den Haag aan de metropoolregio kenbaar te maken.


Ook moet de Haagse wethouder in zijn reactie op de plannen volgens Rogier meer opkomen voor de Haagse belangen. ‘’Waarom mag Rotterdam voor 365 miljoen vanuit het MRDH-budget een directe lijn met Hoek van Holland aanleggen maar steggelen wij in Den Haag al jaren over het verbeteren van de OV-verbinding naar Scheveningen?’’

Halte dichtbij
Volgens Rogier is het daarnaast onverteerbaar dat door de MRDH wordt voorgesteld om haltes te laten verdwijnen waardoor ouderen en Hagenaars die minder mobiel zijn straks meer dan 500 meter naar een halte moeten lopen. De wethouder belooft Rogier gelukkig om bezwaar richting de MRDH te maken om dit te voorkomen.

 Zie hier ook de reportage van RTV-West met commentaar door Michel Rogier

Landelijk/​Provinciaal

De twaalf provinciale afdelingen vormen de schakel tussen de gemeentelijke afdelingen en het landelijke bestuur.