Reactie van het CDA op onderzoek wethouders
Het CDA Den Haag is erg geschrokken van het strafrechtelijk onderzoek van het OM naar de twee wethouders van GDM en een raadslid van GDM vanwege de verdenkingen van ambtelijke corruptie, omkoping en schending van het ambtsgeheim. In ons rechtssysteem ben je altijd onschuldig tot het tegendeel is bewezen, maar als er zulke ernstige verdenkingen bestaan tegen twee wethouders en een raadslid van de grootste coalitiepartij, moet er worden gehandeld in het belang van de stad. Nadat eerst op dinsdag door het college is gevraagd aan de twee wethouders om hun portefeuilles tijdelijk neer te leggen, zegde de coalitie gistermiddag het vertrouwen op in coalitiepartner Groep De Mos. Volgens het CDA Den Haag was dit de enige juiste beslissing die je kan nemen in zo’n situatie, in het belang van de stad. Immers; de integriteit van ons stadsbestuur moet boven alle twijfel verheven zijn en dat was het niet meer vanwege de ernstige verdenkingen van het OM jegens de twee wethouders.
Daarom heeft het CDA Den Haag gisteren in het spoeddebat over de ontstane situatie een motie van de overige drie coalitiepartijen gesteund waarin het vertrouwen in beide wethouders werd opgezegd. Ook hebben wij gisteren kritische vragen gesteld aan de overige drie coalitiepartijen naar hun eigen rol in het elkaar scherp houden op integriteit en het vermijden van elke schijn van belangenverstrengeling.
De bal ligt nu bij VVD, D66 en GL, zij zullen op korte termijn moeten aangeven hoe nu verder en wat hun plannen zijn voor een college met een stabiele meerderheid.
Lees hier de volledige inbreng van het Daniëlle Koster, fractievoorzitter CDA Den Haag tijdens de extra Raadsvergadering van 2 oktober jl. Gesproken woord geldt!
Voorzitter,
Dinsdag werden we allemaal overvallen door het nieuws over het onderzoek van het OM naar de twee wethouders van Hart voor Den Haag / Groep de Mos en een raadslid van die zelfde partij. De verdenkingen van het OM zijn ernstig en het CDA is van mening dat de overige coalitiepartijen een verstandig besluit hebben genomen door vandaag het vertrouwen in de twee wethouders op te zeggen.
Natuurlijk, in dit land is iedereen onschuldig tot het tegendeel bewezen is, maar de integriteit van het stadsbestuur moet boven alle twijfel verheven zijn. Het gaat hier om de belangen van Den Haag.
Dat is groter dan twee wethouders.
Dat is groter dan 1 partij.
Dat is groter dan 1 coalitie.
Dat is groter dan ons allemaal.
Na de verklaring van de overige drie coalitiepartijen vanmiddag hebben we vandaag weer een andere werkelijkheid. Deze verklaring roept veel vragen bij mij op.Net als de toelichting op de radio van wethouder Revis. Mijn eerste vraag is; wat is nu precies de status van het college?
Zet de coalitie alleen Hart voor Den Haag / Groep de Mos eruit of gooit de rest van het college ook de handdoek in de ring? En stellen zij ook hun portefeuilles ter beschikking?
In het eerste geval is het aan de Raad om het vertrouwen in de wethouders op te zeggen en niet aan het college. In het tweede geval, ben ik benieuwd wat er nu verder gaat gebeuren? Wie neemt het voortouw voor nieuwe onderhandelingen?
Ik hoorde wethouder Revis op de radio zeggen dat hij gesproken heeft met De Mos. En dat hij hem heeft gevraagd wat Hart voor Den Haag / Groep de Mos kan doen om het vertrouwen te herstellen. Volgens Revis gaf het antwoord van De Mos onvoldoende vertrouwen om met elkaar door te gaan. Mijn vraag aan wethouder Revis is:
Wat had De Mos moeten antwoorden om dat vertrouwen wel terug te krijgen?
In hun eigen verklaring van gisteren gaf Hart voor Den Haag / Groep de Mos aan graag verder te willen.
Is overwogen om aan Hart voor Den Haag / Groep de Mos te vragen of zij twee andere wethouders willen leveren?
Terecht geven VVD, GroenLinks en D66 aan veel waarde te hechten aan integriteit. Zoals ook in het coalitieakkoord staat beschreven. Maar met mooie woorden kom je er niet zoals nu lijkt.
Mijn vraag aan u allen is dan ook:
U wist dat er een integriteitsrisico was, dat hebben jullie ook bij de onderhandelingen en presentatie van het akkoord duidelijk aangegeven. Maar wat heeft u het afgelopen jaar concreet gedaan om dit risico te ondervangen? Hoe heeft u elkaar in het college scherp gehouden om elke schijn van belangenverstrengeling tegen te gaan? Zodat het niet alleen bij mooie woorden blijft.
In dit licht is het opmerkelijk dat de coalitie zich dit voorjaar niet kritischer heeft opgesteld toen De Mos zijn plannen voor ontheffing van de nachtvergunning presenteerde, namens het voltallige college en voorzien van een handtekening van de Burgemeester. Er was vanuit de oppositie veel kritiek op de manier waarop dit is gegaan. En al helemaal de procedure van ‘ wie het eerste komt wie het eerst maalt ‘.
Waarom hebben deze drie partijen toen niet ingegrepen om alle schijn van belangenverstrengeling te voorkomen zoals zij dat voorstaan?
Had de coalitie niet op zijn minst de procedure van ‘wie het eerst komt wie het eerst maalt’ moeten weigeren?
En waarom werden verstandige moties van de oppositie over volledige openheid van zaken rondom de vergunningverlening weggestemd?
Aan de voorzitter van deze Raad heb ik vervolgens de volgende vraag;
Een collega-raadslid van GDM is ook verdachte in deze zaak.
Hoe gaat de voorzitter van de Raad hiermee om?
En wat is haar advies aan ons om hiermee om te gaan?
Voorzitter, tot slot;
De stad kan niet zonder een integer stadsbestuur dat boven alle verdenking is verheven. Wij moeten leren van wat hier gebeurd is. Het lijkt mij dat wij zo snel mogelijk nu een integriteitstoets voor wethouders moeten invoeren. En verder ook nog eens kijken op welke gebieden onze integriteitsprotocollen voor College, ambtenaren en raadsleden moeten worden aangepast.